Installation Instructions
Table Of Contents
- 1 Introductie
- 2 Voor uw veiligheid
- 3 Produktoverzicht
- 4 Opmerkingen voor de ontwerper
- 5 Montage en installatie
- 5.1 Belangrijk opmerkingen bij montage en installatie
- 5.2 Installatieoverzicht
- 5.3 Montage van de unit
- 5.4 Stoominstallatie
- 5.4.1 Overzicht stoominstallatie
- 5.4.2 Plaatsen en monteren van de stoomverdeelpijp
- 5.4.3 Montage van de stoomverdelers
- 5.4.4 Plaatsen en monteren van de ventilatorunits FAN4… en Turbo…
- 5.4.5 Montage van de stoomslang en de condensaatslang
- 5.4.6 Veel voorkomende fouten bij het aanleggen van de stoom- en condensaatleiding
- 5.4.7 Controle van de stoominstallatie
- 5.5 Waterinstallatie
- 5.6 Elektrische installatie
- 6 Productspecificaties

37
voor diffusor
voor/na lter/register voor/na ventilator, zone exit
* 2,5 x B
N
voor absoluut lter
Opmerkingen bij de montage en afmetingen
De stoomverdeelpijpen zijn ontworpen voor horizontale montage (op de
kanaalwand) of, met accessoires, voor verticale montage (in de kanaal-
vloer). De uitblaasopeningen moeten altijd aan de bovenkant zitten en
loodrecht op de luchtstroom.
Zo mogelijk moeten de stoomverdeelpijpen worden gemonteerd aan de
drukzijde van het kanaal (max. kanaaldruk 1500 Pa). Worden de stoom-
verdeelpijpen gemonteerd aan de zuigzijde van het kanaal, dan mag de
maximum onderdruk niet hoger zijn dan 800 Pa.
Kies een plaats voor de installatie, die is afgestemd op het kanaal (zie de
volgende illustraties) en plaats de stoomverdeelpijpen in het kanaal zodat
een gelijkmatige stoomverdeling wordt bereikt.
voor regelsensor
+
1.5 x B
N *
50 mm
50 mm
1 x B
N
1 x B
N
1 x B
N
5 x B
N










