Operation Manual

- 35 -
Foto’s maken in de modus voor sluitertijdvoorkeuze
In deze modus maakt u foto’s waarbij u de sluitertijd zelf instelt. De camera stelt automatisch de diafragmawaarde
in op basis van de sluitertijd.
Een kortere sluitertijd levert een foto op waarbij het lijkt alsof een bewegend object stilstaat.
Een langere sluitertijd levert een foto op waarop bewegende objecten ook echt lijken te bewegen.
Stel de modusknop in op de modus .
Druk op de knop ENTER.
De opties voor handmatige instelling worden weergegeven.
Druk op de knop of om EXP. te selecteren.
Druk op de knop om het optiemenu weer te geven, druk op of
om Tv te selecteren en druk op de knop ENTER.
Druk op de knop ENTER.
Druk op de knop of om de sluitertijd in te stellen.
U kunt kiezen uit de volgende instellingen:
1/1000, 1/750, 1/500, 1/350, 1/250, 1/180, 1/125, 1/90, 1/60, 1/45,
1/30, 1/20, 1/15, 1/10, 1/8, 1/6, 1/4, 1/3, 1/2, 0”7, 1”, 1”5, 2”, 3”, 4”, 6”,
8”, 10”, 15”.
De sluitertijd en de diafragmawaarde die daarmee overeenstemt
worden weergegeven op het LCD-scherm.
Druk op de knop om de sluitertijd te verhogen en druk op de knop om de sluitertijd te verlagen.
Druk op de knop of om de waarde voor belichtingscompensatie te wijzigen.
Kadreer de foto en druk op de sluiterknop.