Operation Manual

NL
18
Uw camera voorbereiden
De batterijen plaatsen
U kunt 2 AA-batterijen (Ni-MH of CR-V3) gebruiken als voeding voor de camera.
Batterijvermogen is handig om foto’s te maken of videoclips op te nemen.
1. Zorg ervoor dat de camera is uitgeschakeld.
2. Schuif het klepje over de batterijen/SD-geheugenkaart.
3. Plaats de batterijen in overeenstemming met de polariteittekens (+ of -).
4. Sluit het klepje over de batterijen/SD-geheugenkaart.
Nieuwe batterijen of batterijen die lange tijd niet gebruikt zijn (batterijen die vervallen zijn vormen
uitzonderingen) kunnen een invloed hebben op het aantal foto’s dat u kunt maken. Om het prestatievermogen
en de levensduur van de batterijen te maximaliseren, raden wij u dan ook aan de batterijen vóór gebruik
minstens één volledige cyclus te laden en te ontladen.
Gebruik nooit mangaanbatterijen.
Gebruik nooit verschillende batterijen tegelijk en combineer geen oude en nieuwe batterijen.
Gebruik de batterijen niet in extreem koude omgevingen, aangezien lage temperaturen de levensduur van
de batterijen verkorten en de prestaties van de camera hierdoor afnemen.
Lage temperaturen zullen een invloed hebben op het prestatievermogen van alkalinebatterijen. Het gebruik
van herlaadbare Ni-MH-batterijen wordt aanbevolen.
Als u de batterijen gedurende langere tijd niet gebruikt, verwijder ze dan uit de camera om lekkage of
corrosie te voorkomen.