Operation Manual
14
Verhelpen van storingen
14-6 CS 193/173/163
14.2.2 Anders
14.2.3 Foutmelding
De perforatiegaatjes zit niet op de ver-
wachte plaats.
De instelling Afdrukstand is niet cor-
rect.
Controleer de nietpositie in het dia-
loogvenster voor het instellen van
het printerstuurprogramma en druk
af.
De overlay is niet correct afgedrukt. Er is mogelijk onvoldoende beschik-
bare geheugenruimte op de compu-
ter.
Vereenvoudig de overlay om het ge-
gevensformaat te verkleinen.
De afbeeldingen worden niet correct
afgedrukt.
Er is mogelijk onvoldoende beschik-
bare geheugenruimte op de compu-
ter.
Vereenvoudig de afbeeldingen om
het gegevensformaat te verkleinen.
Papier wordt niet ingevoerd uit de op-
gegeven papierlade.
Papier kan niet worden ingevoerd
vanuit de opgegeven papierbron als
deze bron papier met een ander for-
maat of een andere richting bevat.
Plaats papier van het juiste formaat
en met de juiste richting in de pa-
pierbron.
Het veld voor de instelling Gebrui-
kersauthenticatie (Gebruikersregistra-
tie) wordt grijs weergegeven,
waardoor de instelling is uitgescha-
keld.
De functie Gebruikersauthenticatie
(Gebruikersregistratie) is mogelijk
uitgeschakeld in het printerstuurpro-
gramma.
Geef in "Configureren" een instelling
op voor Gebruikersauthenticatie
(Gebruikersregistratie).
Probleem Oorzaak Oplossing
Probleem Oorzaak Oplossing
De installatie van het printerstuur-
programma is mislukt.
Het is al geïnstalleerd als een printer
met Webservice-ondersteuning in
Windows Vista.
In Windows Vista wordt de installa-
tie van het printerstuurprogramma
beschouwd als "niet voltooid" als de
installatie werd uitgevoerd via de
Webservice-afdruk. Verwijder de
printer in het venster Netwerk en in-
stalleer deze vervolgens opnieuw.
De afdrukopdracht blijft bestaan on-
danks het feit dat het afdrukken is
voltooid.
"Netwerkdetectie" is mogelijk uitge-
schakeld in Windows Vista.
Om de Webservice-afdruk te ge-
bruiken in Windows Vista, moet u
"Netwerkopsporing" inschakelen in
"Centrum voor netwerk en delen" op
de computer.
Bericht Oorzaak en oplossing
Kan geen verbinding maken met het
netwerk.
Er kan geen verbinding worden gemaakt met het netwerk. Controleer of de
netwerkkabel correct is aangesloten. Controleer daarnaast of de parameters
voor de "Netwerkinstelling" in de Beheerderfunctie correct werden opgege-
ven.