Operation Manual
5
Problemen oplossen
5-4 CS250/CS240/CS231
5.2 Fax kan niet worden ontvangen
Raadpleeg de onderstaande tabel en voer de aangegeven handelingen uit als een fax niet kan worden
ontvangen. Als alle instructies zijn uitgevoerd en u kunt de fax nog steeds niet ontvangen, dient u contact op
te nemen met uw technische vertegenwoordiger.
!
Detail
Als de fax niet kan worden verzonden, wordt een rapport afgedrukt. Zie "TX resultaten rapport' op
pagina 12-9 voor meer informatie. (Wanneer TX rapport is ingeschakeld)
Raadpleeg "Foutberichten' op pagina 5-5 voor informatie over foutberichten.
Raadpleeg de Handleiding - Kopieerbewerkingen voor informatie over het oplossen van problemen met
vastgelopen papier, slechte afdrukkwaliteit, of lege toner.
Symptomen Controles Oplossing
Fax kan niet wor-
den ontvangen
Heeft het apparaat papier? Als het signaal voor papier plaatsen brandt en de papierlade leeg
is, wordt het ontvangen document in het geheugen opgeslagen.
Vul het papier bij.
Raadpleeg ‘Handleiding – Kopieerbewerkingen’ voor informatie
over het plaatsen van papier.
Is een vel papier vastgelo-
pen?
Als papier in het apparaat is vastgelopen, wordt het ontvangen
document in het geheugen opgeslagen.
Verwijder het vastgelopen papier.
Raadpleeg ‘Handleiding – Kopieerbewerkingen’ voor informatie
over het verwijderen van vastgelopen papier.
Is de toner leeg? Er kunnen geen faxen worden ontvangen als de toner leeg is.
Vervang de tonercassette onmiddellijk.
Raadpleeg ‘Handleiding – Kopieerbewerkingen’ voor informatie
over het vervangen van tonercassettes.
Is het apparaat ingesteld
om handmatig faxen te
ontvangen?
Als de [ontvangstmodus] in Hulpprogramma is ingesteld op
[Handm. RX], moeten handelingen worden uitgevoerd om een
fax te ontvangen. Raadpleeg "Handmatige ontvangst (modus
voor alleen-telefoneren)' op pagina 4-5 en voer de handelingen
voor ontvangst uit.
Is de telefoonlijn correct
aangesloten?
Is het telefoonsnoer aangesloten?
Controleer de verbinding van de telefoonlijn en sluit het snoer zo
nodig aan.
Is [Gesl. netwerk RX] inge-
schakeld?
Als [Gesl. netwerk RX] is ingeschakeld, kunnen alleen faxen van
specifieke afzenders worden ontvangen.
Neem contact op met uw systeembeheerder.
Heeft de afzender de fax
verzonden met een onjuist
SUB-adres in de F-code?
Als een fout SUB-adres wordt ontvangen terwijl de vertrouwelijke
gebruikersbox of de Relay-gebruikersbox is ingesteld, treedt er
een verzendfout op en kan de fax niet worden ontvangen. Con-
troleer de instelling voor het SUB-adres op het faxapparaat van
de afzender.
Fax kan niet wor-
den afgedrukt
Is de functie PC-Fax RX in-
geschakeld?
Controleer de box die in de functies PC-Fax RX is opgeslagen.
Is de TSI gebruikersbox in-
geschakeld?
Controleer de opslaglocatie voor TSI Gebruikersbox instelling.
Is de functie Geheugen RX
ingeschakeld?
Als de functie Geheugen RX is ingeschakeld, wordt de ontvan-
gen fax als volgt afgedrukt:
1. Druk op de toets [Gebruikersbox].
2. Druk op [Document].
3. Druk op [Systeem].
4. Druk op [Geheugen RX gebruikersbox] en vervolgens op [OK].
5. Als er een wachtwoord is ingesteld, voert u het wachtwoord in
en drukt u op [OK].
6. Selecteer het document dat u wilt afdrukken en druk op [Prin-
ten].
Of stel [Geheugen RX instelling] in op [Nee].