Operation Manual

CS250/CS240/CS231 11-51
De modus Hulpprogramma
11
11.18 Instellingen voor ontvangst door specifieke gebruiker (Gesloten
netwerk RX)
Hiermee wordt ingesteld of de functie voor gesloten netwerkontvangst wel dan niet wordt gebruikt. Als deze
instellingen zijn opgegeven, moet een wachtwoord van maximaal 4 cijfers worden ingesteld voor gesloten
netwerkontvangst.
Met gesloten netwerkontvangst kan alleen worden ontvangen van een verzendend apparaat met een
overeenkomstig wachtwoord.
Indien gesloten netwerkontvangst is ingesteld, wordt het wachtwoord dat hier is ingevoerd vergeleken met
het wachtwoord dat vanaf het verzendende faxapparaat is gestuurd. Als de twee wachtwoorden niet
overeenkomen, wordt de communicatie afgewezen.
Gesloten netwerk RX functie: Wachtwoord van 4 cijfers opgeven/Nee*
* is de standaardwaarde zoals ingesteld op de fabriek.
2
Opmerking
Deze functie kan uitsluitend worden gebruikt als het faxapparaat van de ontvanger over een
wachtwoordfunctie beschikt.
1 Zie "Scherm Beheerderinstelling weergeven' op pagina 11-4 om het scherm Beheerderinstelling te
openen.
Sommige opties worden mogelijk niet weergegeven afhankelijk van elders gekozen instellingen.
2 Druk op [Faxinstelling].
Het nummer dat op een toets in Hulpprogramma wordt weergegeven, kan via het toetsenbord
worden ingevoerd en geselecteerd. Druk voor [Faxinstelling] op nummer [8] op het toetsenbord.
3 Druk op [Functie-instelling].