Operation Manual

CS250/CS240/CS231 4-7
Ontvangst
4
4.5 Tijdelijke geheugenontvangst
Tijdelijke geheugenontvangst
Als een ontvangen document niet kan worden afgedrukt, bijvoorbeeld omdat het papier is vastgelopen, wordt
het document in het geheugen opgeslagen totdat dit kan worden afgedrukt. Dit wordt ook wel een 'tijdelijke
geheugenontvangst' genoemd.
Zodra de problemen, zoals het vastgelopen papier, zijn opgelost, wordt het ontvangen document afgedrukt.
Als het geheugen vol is, is tijdelijke geheugenontvangst niet mogelijk.
Een opdracht vanuit het tijdelijk geheugen doorsturen
Een opdracht die in het tijdelijke geheugen is opgeslagen, kan naar een andere bestemming worden
doorgestuurd.
1 Druk op [Opdr. lijst].
2 Druk op [Opdrachtdetails].
3 Druk op [Ontvangen].
4 Selecteer de opdracht die u wilt doorsturen in de lijst en druk op [Doorsturen].
5 Selecteer de opdracht die u wilt doorsturen in de lijst en druk op [Bestem.].
6 Geef het adres op.
Druk op [Directe invoer] als u het adres direct wilt invoeren.
Druk op [Geregistrerde adres] als u een eerder geregistreerd adres wilt selecteren.
Raadpleeg "Opgeven via directe invoer' op pagina 3-17 voor directe invoermethoden en
"Selecteren uit geregistreerde adressen' op pagina 3-13 voor methoden voor het selecteren van
een geregistreerd adres.
7 Druk op [OK].
De fax wordt verzonden.