Operation Manual

CS250/CS240/CS231 5-3
Netwerkinstellingen
5
5 Netwerkinstellingen
5.1 Beschikbare parameters netwerkinstellingen
De parameters voor Netwerkinstellingen worden opgegeven vanaf het scherm Beheerderinstellingen.
Raadpleeg "Het scherm Beheerderinstellingen weergeven" op pagina 4-6 voor meer informatie over het
weergeven van het scherm Beheerderinstelling.
De volgende parameters zijn beschikbaar vanaf het scherm Netwerkinstellingen.
!
Detail
Er kunnen ook netwerkinstellingen worden opgegeven met Web Connection.
Omdat sommige instellingen alleen kunnen worden opgegeven met Web Connection, moet u de
handleiding – Bewerkingen Web Connection raadplegen voor meer informatie.
Parameter Omschrijving Paginaverwijzing
TCP/IP instelling Geef het adres en de hostinstellingen op het net-
werk op.
"TCP/IP-instellingen" op
pagina 5-13
NetWare instelling Geef de instellingen op voor het afdrukken met
NetWare.
"NetWare instellingen" op
pagina 5-29
http-serverinstellingen Geef de http-serverinstellingen op. "http serverinstellingen" op
pagina 5-34
FTP instelling Geef de instellingen op voor het uitvoeren van
FTP-verzendingen.
"FTP-instellingen" op pagina 5-40
SMB instelling Geef de instellingen op voor de SMB-client, het af-
drukken en WINS.
"SMB-instellingen" op pagina 5-43
LDAP instelling Geef de server op dit moet worden verbonden als
een LDAP-server wordt gebruikt.
"LDAP-instellingen" op
pagina 5-47
"Instellen LDAP" op pagina 5-48
"Standaard zoekinstellingen" op
pagina 5-53
E-mail instelling Geef de instellingen op voor het verzenden en ont-
vangen van e-mail.
"E-mail TX (SMTP)" op
pagina 5-54
"E-mail RX (POP)" op pagina 5-61
"S/MIME communicatie-instel-
ling" op pagina 5-65
SNMP instelling Geef de instellingen op voor het gebruik van
SNMP.
"SNMP-instellingen" op
pagina 5-69
AppleTalk instelling Geef de instellingen op voor het gebruik van
AppleTalk.
"AppleTalk-instellingen" op
pagina 5-76
Bonjour-instellingen Geef de instellingen op voor het gebruik van
Bonjour.
"Bonjour-instellingen" op
pagina 5-77
TCP-socketinstellingen Geef de instellingen op voor het gebruik van de
TCP-socket.
"TCP-socketinstellingen" op
pagina 5-78
Detailinstellingen Geef de andere instellingen op voor de netwerkver-
binding.
"Apparaatinstelling" op
pagina 5-81
"Tijd aanpassing instelling" op
pagina 5-82
"Status melding instelling" op
pagina 5-84
"Instelling totaalteller melding" op
pagina 5-90
"PING-bevestiging" op
pagina 5-95
"SLP instelling" op pagina 5-97
"LPD instelling" op pagina 5-98
"Prefix/Suffix-instelling" op
pagina 5-99
"Actie voor ongeldig certificaat" op
pagina 5-102