Operation Manual
Sectie 1 Faxbediening (Namen van onderdelen/Voorbereidingen/Kenmerken en functies van deze fax)
1-3
Basisfaxscherm op het aanraakpaneel
Het beginscherm dat op het aanraakpaneel verschijnt wanneer u tijdens een andere bedieningsmodus de faxtoets indrukt om over te schakelen naar de faxmodus,
wordt het „basisfaxscherm” genoemd. Hierna volgt informatie over de basistoetsen die op dit scherm verschijnen en hun functies.
(1) Berichtenvenster In dit venster worden de huidige status, de volgende stap in een procedure en foutberichten weergegeven.
(2) Weergavegebied aantal
bestemmingen
In dit gebied wordt het gekozen aantal bestemmingen weergegeven.
(3) Snelkiestoetsen Toetsen die u hebt geregistreerd als one-touch toets, groepsgewijze inbeltoets (G), programmatoets (P) of gekoppelde
inbeltoets (C), worden hier weergegeven.
(4) Toets „Address book” Druk op deze toets om het adresboek te gebruiken.
(5) Toets „Abbrev.” Druk op deze toets als u het verkorte nummer wilt gebruiken waaronder een bestemmingsnummer is opgeslagen om dit
nummer te kiezen.
(6) Toets „TX setting” Druk op deze toets om instellingen uit te voeren die betrekking hebben op de verzending, bijvoorbeeld de grootte van
de te verzenden documenten, de beeldkwaliteit van deze documenten, het contrast waarmee u ze wilt verzenden en het
tijdstip waarop ze moeten worden verzonden. Wanneer u op deze toets drukt, verschijnt het verzend-instelscherm.
(7) Cursortoetsen „T” en „S” Gebruik deze toetsen om andere dan de momenteel weergegeven snelkiestoetsen weer te geven.
(1)
(2)
(3)
(4) (5) (6)
(7)
(1)
(2)
(3)
(4) (5) (6)
(7)
Inch
Metrisch