Operation Manual
Sectie 1 Faxbediening (Namen van onderdelen/Voorbereidingen/Kenmerken en functies van deze fax)
1-9
Druk op de toets „OK”. Het berichtenvenster keert terug naar het
scherm dat werd weergegeven in stap 2.
z Naam station vastleggen
Voer de gewenste naam voor uw station in. (Zie „Tekens invoeren”
op bladzijde 2-11.)
* De naam van uw station mag maximaal 32 tekens lang zijn.
Druk op de toets „End” op het tekeninvoerscherm. Het berichten-
venster keert terug naar het scherm dat werd weergegeven in stap 2.
z ID van uw station vastleggen
Voer met behulp van het toetsenblok de gewenste station-ID in
(4 cijfers).
* Als u het weergegeven nummer wilt terugzetten op „0000”,
drukt u op de toets Stop/wissen.
* Als u het ingevoerde nummer wilt wijzigen, drukt u op de
cursortoets „” of „” om de cursor te verplaatsen naar het
nummer dat u wilt wijzigen. Voer vervolgens het juiste nummer
in.
(Inch)
(Metrisch)
Druk op de toets „Confirm”. Het berichtenvenster keert terug naar
het scherm dat werd weergegeven in stap 2.
Als u klaar bent met het kiezen van instellingen, drukt u op de
Reset-toets om terug te keren naar de beginmodus.
Huidige datum en tijd instellen
(instelling Date & Time)
Hier stelt u de datum en de tijd in die worden weergegeven in het berichten-
venster. Zorg dat de datum en tijd die u hier instelt CORRECT zijn omdat
deze dienen als basis voor alle vormen van faxcommunicatie waarvoor
de timer wordt gebruikt.
* Controleer vóór de bediening het berichtenvenster om na te gaan of het
bedieningspaneel in de startmodus voor faxbediening staat.
(Zie „Wat is de „startmodus”?” op bladzijde 1-11.)
* Als u deze procedure op een bepaald moment wilt onderbreken, drukt
uopde Reset-toets.
Druk op de toets „Register”. Het registratiekeuzescherm
verschijnt.
(Inch)
(Metrisch)
Druk op de toets „Date & Time”. De momenteel geregistreerde
informatie wordt weergegeven.
(Inch)
(Metrisch)
4
5
6
7
8
9
1
2