Operation Manual
Sectie 6 Diverse instellingen en vastleggen van gegevens
6-2
Druk op de toets „Change #”.
Stel in of het activiteitenrapport al dan niet automatisch moet
worden afgedrukt. Druk op de toets „On” om het rapport automa-
tisch te laten afdrukken en op de toets „Off” om het afdrukken
uit te schakelen.
(Inch)
(Metrisch)
Stel in het scherm voor stap 5 in of het verzendrapport al dan niet
automatisch moet worden afgedrukt. Druk op de toets „On” om het
rapport automatisch te laten afdrukken en op de toets „Off” om het
afdrukken uit te schakelen. Als u wilt dat het rapport enkel onder
bepaalde voorwaarden wordt afgedrukt, drukt u op de toets
„Output on condition”.
Stel in het scherm voor stap 5 in of het ontvangstrapport al dan niet
automatisch moet worden afgedrukt. Druk op de toets „On” om het
rapport automatisch te laten afdrukken en op de toets „Off” om het
afdrukken uit te schakelen. Als u wilt dat het rapport enkel onder
bepaalde voorwaarden wordt afgedrukt, drukt u op de toets
„Output on condition”.
Stel in het scherm voor stap 5 in of het uitgestelde-communica-
tierapport al dan niet automatisch moet worden afgedrukt. Druk
op de toets „On” om het rapport automatisch te laten afdrukken
en op de toets „Off” om het afdrukken uit te schakelen.
Stel in het scherm voor stap 5 in of het rapport beperkte toegang
al dan niet automatisch moet worden afgedrukt. Druk op de toets
„On” om het rapport automatisch te laten afdrukken en op de toets
„Off” om het afdrukken uit te schakelen.
Stel in het scherm voor stap 5 in of het NW-FAX-verzendrapport
al dan niet automatisch moet worden verzonden via e-mail
wanneer de optionele Printer/Scanner Kit is geïnstalleerd op het
faxapparaat. Druk op de toets „On” als u wilt dat het rapport
automatisch wordt verzonden en op de toets „Off” om het niet
te verzenden. Druk op de toets „Output on condition” als u het
rapport enkel onder bepaalde voorwaarden wilt verzenden
(in geval van een communicatiefout, een rondzendverzending
en een verzending die gebruikmaakt van de timer.).
Druk op de toets „Close”. Als u klaar bent met het kiezen van
instellingen, drukt u op de Reset-toets om terug te keren naar
de startmodus.
4
5
6
7
8
9
10
11