Operation Manual
5-10
Bediening
Huidige datum: 7 juillet 2006
C:\Documents and Settings\Administrateur\Mes documents\HFF\a_corriger\252776711_LU MFF-V2 B4525-4545 MFP_OKI_ NL\Utilisation
NL.fm
Een bestand op de FTP-server plaatsen
Plaats het document in een van de scanners (zie sectie Documenten plaatsen, pagina 5-1).
Druk op de toets PC. Er verschijnt een selectievenster.
Selecteer Scan naar FTP met toets of en druk vervolgens op de toets OK.
Voer het FTP-adres van de server in of selecteer het uit het telefoonboek door de toets in te
drukken.
Voer de gebruikersnaam voor de FTP-server in (niet mogelijk als het adres in het telefoonboek
staat).
Voer het wachtwoord voor de FTP-server in (niet nodig als het adres uit het telefoonboek is
geselecteerd).
Selecteer de scanner waarmee u het document wilt scannen: ADF-SCANNER (automatische
invoer) of VLAKBEDSCANNER (zie sectie Beschrijving, pagina 1-7).
Druk ter bevestiging op de toets OK.
Selecteer Z/W SCAN om een document in zwart-wit te verzenden of KLEURENSCAN om een
document in kleur te verzenden. Bevestig uw selectie met de toets OK (deze instelling kunt u
tijdens het verzenden nog altijd wijzigen met de kleurentoets).
Voer een naam in voor de bijlage en bevestig met OK.
Wijzig eventueel het formaat van de bijlage: PDF of AFBEELD en bevestig uw keuze met OK.
Als u gestart bent met het scannen op de vlakbedscanner, kunt u nu de volgende pagina's
scannen. Leg de tweede pagina op de scanner, selecteer VOLGENDE en bevestig met OK.
Rondsturen
Verzenden naar meer FTP-adressen (rondsturen) is niet mogelijk met de toets bestemd voor het
rondsturen.
U kunt alleen maar een document rondsturen naar FTP-adressen door een groep aan te maken met
alleen maar de FTP-adressen erin.
Voer daarna dezelfde stappen uit als bij het versturen naar een enkel adres, maar selecteer nu een groep
van FTP-adressen in het telefoonboek in plaats van een enkel adres.
Scan naar Harde schijf
Met de functie Scan naar Harde schijf, kunt u uw bestanden van het type TIFF, JPEG en PDF in een
gemeenschappelijke map plaatsen, bijvoorbeeld op uw PC.
Voor toegang tot de gemeenschappelijke map moet u een gebruikersnaam en een paswoord verstrekken
om op het netwerk in te kunnen loggen.
Wanneer bestanden verzonden moeten worden, brengt uw machine automatisch een verbinding met de
terminal tot stand waarop de gemeenschappelijke map geïnstalleerd is (bijvoorbeeld uw PC).
Basisprincipe om een bestand in een gemeenschappelijke map op te slaan:
Plaats een document in één van de scanners (zie sectie Documenten plaatsen, pagina 5-1).










