Operation Manual
Handleiding
30
PROBLEEMWIJZER
INFO OVER PROBLEEMWIJZER
Dit hoofdstuk bevat procedures voor het identificeren en oplossen van problemen die bij de
opstelling en installatie van de printer kunnen optreden.
PROBLEMEN BIJ OPSTARTEN
Als u problemen ondervindt bij het aanzetten van de printer, kunt u zoeken naar de mogelijke
oorzaken in onderstaande tabel. Als de printer niet start na controle van deze punten, zet u
de printer uit, trekt u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en neemt u contact op
met uw dealer of een erkend serviceprovider.
Omschrijving Mogelijke oorzaak Oplossing
De aan/uit-schakelaar staat niet
op [ I ] (aan).
Controleer de aan/uit-schakelaar.
Het netsnoer steekt niet op juiste
wijze in een stopcontact of in de
netsnoeraansluiting aan de
achterzijde van de printer.
Zet de aan/uit-schakelaar op [ O ] (uit).
Steek het netsnoer vervolgens stevig in
de netsnoeraansluiting en in het
stopcontact.
De netspanning is onjuist. Controleer of de spanning van het
stopcontact overeenstemt met de
spanning van uw printer.
De zekering van het netsnoer
werkt niet (alleen UK).
Controleer of de zekering van het
netsnoer intact is (alleen UK).
Het stopcontact in de muur werkt
niet.
Controleer of het stopcontact in de
muur onder spanning staat door er een
ander elektrisch apparaat op aan te
sluiten. Als het andere apparaat geen
stroom krijgt, controleert u het
stopcontact in de muur op een
uitgeschakelde stroomonderbreker.
Er zijn storingen van andere
elektrische apparaten op
dezelfde stroomkring.
Maak alle elektrische apparaten los
van de stroomkring van het stopcontact
in de muur en sluit de printer
vervolgens opnieuw aan. Zet de printer
aan.
Er is geen stroom.
Het is mogelijk dat
warmtesensors de printer
hebben uitgeschakeld.
Zet de printer uit. Wacht 20 minuten.
Zet de printer vervolgens opnieuw aan.
Stroom wordt vaak
onderbroken.
De printer werk niet. Zet de printer uit. Trek de stekker van
het netsnoer uit het stopcontact. Neem
contact op met uw dealer of een
erkend serviceprovider.