Extra Information

- 17 -
Afdrukken met verschillende functies
1
Handige afdrukfuncties
2 Selecteer het papierformaat van een
label in [Papierformaat] en klik op
[Goed].
3 Selecteer [Druk af] in het menu
[Archief].
4 Selecteer [Papierinvoer] in het menu.
5 Selecteer [Alle pagina's uit] en
selecteer vervolgens [Multifunctionele
lade].
6 Congureer indien nodig andere
instellingen en druk af.
Memo
Als de opties die u verwacht te zien niet in het
afdrukvenster staan, klikt u op de knop [Toon details]
onder in het dialoogvenster.
Afdrukken op papier van een
aangepast formaat
U kunt een aangepast papierformaat in het
printerstuurprogramma registreren, zodat u
op niet-standaard papier, zoals banners, kunt
afdrukken.
Instelbaar aangepast formaatbereik
Breedte: 76,2 til 216 mm
Længde: 127 til 1321 mm
De papirstørrelser, som kan indføres, varierer alt
efter bakken.
Opmerking
Registrér papirstørrelsen som portræt, og ilæg papir i
samme retning som et portræt.
Brug stakkeren til forsiden opad ved brug af
bannermedier, der er over 356 mm lange.
Denne funktion er muligvis ikke tilgængelig i visse
applikationer.
Vi giver ingen garanti for udskrivningskvaliteten, hvis
papiret er over 356 mm langt.
Als het papier zo lang is dat het de papiersteunen van de
universele cassette overschrijdt, ondersteunt u het met de
hand.
Wanneer u cassette 1 of cassette 2/3/4 gebruikt, drukt
u op de knop <ENTER> op het bedieningspaneel >
[Menu's] > [cassetteconguratie] > [Conguratie
(Cassette die wordt gebruikt)] > [Papierformaat] >
[Aangepast] voordat u de volgende procedure uitvoert.
Als afbeeldingen niet juist worden afgedrukt op papier
van groot formaat, worden ze mogelijk wel juist afgedrukt
als u in de PS-driver [Normaal (600x600)] bij
[Afdrukkwaliteit] selecteert.
Het gebruik van papier met een breedte van minder dan
100 mm wordt niet aanbevolen. Dit kan papierstoringen
veroorzaken.
Meer info
Voor meer informatie over de papierformaten die
kunnen worden ingevoerd via elke cassette of worden
gebruikt voor dubbelzijdig afdrukken, raadpleegt u de
Gebruikershandleiding (Ingebruikneming).
[Automatische lade wijzigen] is standaard
ingeschakeld. Wanneer het papier in een cassette opraakt
tijdens het afdrukken, schakelt de printer automatisch
over op invoer vanuit een andere cassette. Als u
aangepast papier alleen vanuit een bepaalde cassette
wilt invoeren, schakelt u de functie voor automatische
cassettewisseling uit. Raadpleeg "Automatische
cassetteselectie" P.33 voor meer informatie over
Automatische cassettewisseling.