C5600 / C5800 Gebruikershandleiding
VOORWOORD We hebben ernaar gestreefd de informatie in dit document volledig, accuraat en upto-date weer te geven. De fabrikant is niet aansprakelijk voor de gevolgen van fouten waarvoor deze niet verantwoordelijk is. De fabrikant kan ook niet garanderen dat wijzigingen in software en apparatuur die zijn aangebracht door andere fabrikanten en waarnaar in deze handleiding wordt verwezen, geen invloed hebben op de toepasbaarheid van de informatie in de handleiding.
EERSTE HULP BIJ ONGEVALLEN Wees behoedzaam met tonerpoeder: Indien er tonerpoeder wordt ingeslikt, moet onmiddellijk een arts worden geraadpleegd. Probeer braken echter niet te forceren wanneer de persoon bewusteloos is. Indien er tonerpoeder wordt ingeademd, moet de persoon naar buiten worden gebracht voor frisse lucht. Raadpleeg onmiddellijk een arts.
INHOUDSOPGAVE Voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Eerste hulp bij ongevallen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Importeur voor de EU . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Milieu-informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Inhoudsopgave. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Opmerking, Let op! en Waarschuwing! . . . . . . . . . 6 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Menufuncties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Menu print jobs (Menu afdruktaken). . . . . . . . . . Menu informatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Menu shutdown (Menu afsluiten) . . . . . . . . . . . . Menu afdrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Menu media. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Menu kleur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Menu systeemconfiguratie . . . . . . . . . . . . . . . . . Menu USB . . . . . . .
OPMERKING, LET OP! EN WAARSCHUWING! OPMERKING: Een opmerking wordt als volgt in deze handleiding weergegeven. Opmerkingen zijn toelichtingen of tips met extra informatie om u te helpen het product beter te gebruiken en begrijpen. LET OP! Met LET OP! wordt u in deze handleiding tot voorzichtigheid gemaand. Deze tekst bevat extra informatie die, indien deze wordt genegeerd, tot schade of storingen in het apparaat kan leiden. WAARSCHUWING! Een waarschuwing wordt als volgt in deze handleiding weergegeven.
INLEIDING Gefeliciteerd met de aanschaf van deze kleurenprinter van Oki Printing Solutions. Uw nieuwe printer is uitgerust met geavanceerde mogelijkheden voor heldere, levendige afdrukken in kleur en scherpe afdrukken in zwart-wit. Uw printer biedt de volgende mogelijkheden: > De meerlaagstechnologie zorgt voor verfijnde tinten en een vloeiender kleurverloop, zodatkleur uw documenten worden afgedrukt in fotokwaliteit.
> Interne harde schijf (standaard op de h-modellen, optioneel op andere) voor de opslag van overlays, macro's en laadbare lettertypen en het automatisch sorteren van meerdere kopieën van een document met meerdere pagina’s; > Het hulpprogramma Template Manager 2006 voor Windows stelt u in staat om eenvoudig visitekaartjes, banners en etiketten te ontwerpen en af te drukken.
PRINTEROVERZICHT VOORAANZICHT 1 8 7 2 7 6 5 4 3 1. Uitvoervak, afgedrukte zijde naar beneden Standaarduitvoervak voor afdrukken. Kan maximaal 250 vel papier van 80 g/m² bevatten. 2. Bedieningspaneel. Menugestuurd bedieningsknoppen en LCD-scherm. 3. Papierlade 4. Universele lade (80g/m²). Deze lade wordt gebruikt voor zwaarder papier, enveloppen en andere speciale media. Indien nodig kan deze lade ook voor handmatige invoer van enkele vellen worden gebruikt. 5. AAN/UIT-knop. 6.
ACHTERAANZICHT Op deze afbeelding wordt het verbindingspaneel, het uitvoervak aan de achterzijde en de locatie van de optionele duplexeenheid (voor dubbelzijdig afdrukken) weergegeven. 12 9 10 11 5 8 5. AAN/UIT-knop. 10. Netwerkinterface.* 8. Netsnoeraansluiting 11. Duplexeenheid (indien geïnstalleerd). 9. USB-interface 12.
DE TAAL OP HET LCD-SCHERM WIJZIGEN De standaardtaal die door uw printer wordt gebruikt om berichten weer te geven en rapporten af te drukken, is het Engels. Deze taal kan indien nodig worden gewijzigd in: Duits Deens Frans Nederlands Italiaans Turks Spaans Portugees Zweeds Pools Russisch Grieks Fins Tsjechisch Hongaars Noors Raadpleeg de informatie bij de printer voor het wijzigen van de taalinstelling.
AANBEVOLEN PAPIER De printer kan allerlei afdrukmedia verwerken, waaronder papier van verschillende gewichten en formaten, transparanten en enveloppen. In deze sectie wordt een algemeen advies gegeven over de keuze van de media en wordt uitgelegd hoe elk type moet worden gebruikt. U krijgt de beste prestaties als u standaardpapier van 75-90 g/m² gebruikt dat is ontworpen voor het gebruik in kopieermachines en laserprinters.
CASSETTELADEN FORMAAT AFMETINGEN A6 (alleen lade 1) 105 x 148mm GEWICHT (G/M²) A5 148 x 210 mm Licht B5 182 x 257 mm Executive 184,2 x 266,7 mm Gemiddeld 75-90 g/m² A4 210 x 297 mm Letter 215,9 x 279,4 mm Legal 33,02 cm 216 x 330 mm Legal 34,29 cm 216 x 343 mm Legal 14 inch 216 x 356 mm Zwaar Extra zwaar 64-74 g/m² 91-120 g/m² 121-176 g/m² (alleen lade 2) Als u een identieke papiersoort in een andere lade hebt geplaatst (de 2e lade of de universele lade), kunt u de printer zo instel
Papier of transparanten moeten met de afdrukzijde omhoog en met de bovenzijde als eerste in de printer worden geplaatst. Gebruik niet de functie voor dubbelzijdig afdrukken (duplex). FACE DOWN STACKER (UITVOERVAK (AFGEDRUKTE ZIJDE NAAR BENEDEN)) In het uitvoervak aan de bovenzijde van de printer kan maximaal 250 vel standaardpapier van 80 g/m² worden geplaatst en ondersteunt papiersoorten met een gewicht van maximaal 176 g/ m².
PAPIER IN DE PRINTER PLAATSEN CASSETTELADEN 1. Verwijder de papierlade uit de printer. 2. Waaier het papier aan de korte zijden (1) en de lange zijden (2) uit om ervoor te zorgen dat er geen vellen aan elkaar kleven en tik vervolgens met de zijden van het papier op een vlak oppervlak om er weer een rechte stapel van te maken (3).
3. Plaats briefhoofdpapier met de bedrukte zijde naar beneden en met de bovenzijde in de richting van de voorkant van de printer, zoals in de afbeelding wordt weergegeven. 1 4. 2 Stel de achterste schuif (1) en de papiergeleiders (2) in op het gebruikte papierformaat. Vastlopen van papier voorkomen: 5. • Laat geen ruimte vrij tussen het papier en de geleiders, en het papier en de achterste schuif. • Plaats niet te veel papier in de papierlade.
lade, moet u de 1e lade (bovenste lade) niet uit de printer trekken. Als u dit doet, loopt het papier vast. 6. Als u wilt afdrukken en papier wilt uitvoeren met de afgedrukte zijde naar beneden, controleert u of het uitvoervak aan de achterzijde van de printer (3) is gesloten (het papier wordt nu aan de bovenzijde van de printer uitgevoerd). De capaciteit van het vak is ongeveer 250 vel, afhankelijk van het papiergewicht. 7.
UNIVERSELE LADE 1. Open de universele lade (1). 2. Vouw de papiersteunen uit (2). 1 3 4 2 4 5 3. Druk de papiersteun (3) voorzichtig naar beneden om ervoor te zorgen dat de steun vastklemt in de onderste stand. 4. Plaats het papier en stel de papiergeleiders (4) in op het gebruikte papierformaat. • Voor enkelzijdig afdrukken op briefhoofdpapier plaatst u het papier in de universele lade met de bedrukte zijde omhoog en de bovenrand in de printer.
5. • Voor dubbelzijdig afdrukken (duplex) op briefhoofdpapier plaatst u het papier met de bedrukte zijde omlaag en de bovenrand van de printer af. (De optionele duplexeenheid moet zijn geïnstalleerd voor deze functie.) • Enveloppen moeten met de afdrukzijde naar boven worden geplaatst. De bovenzijde moet aan de linkerkant worden geplaatst zodat de korte zijde als eerste wordt ingevoerd. Selecteer voor enveloppen niet de optie voor dubbelzijdig afdrukken.
PRINTERINSTELLINGEN IN WINDOWS Via de menu’s op het bedieningspaneel van de printer hebt u toegang tot vele opties. Ook de printerdriver van Windows bevat veel instellingen voor dezelfde opties. Als opties in de printerdriver overeenkomen met de opties in de menu's op het bedieningspaneel, hebben de instellingen van de Windows-printerdriver bij het afdrukken van documenten vanuit Windows voorrang boven de instellingen van de menu's op het bedieningspaneel. De afbeeldingen in dit hoofdstuk tonen Windows XP.
TABBLAD INSTELLINGEN Als u op de knop Eigenschappen klikt vanuit het dialoogvenster Afdrukken van uw toepassing, wordt het drivervenster geopend waarin u uw afdrukvoorkeuren voor het huidige document kunt opgeven. 1 2 3 4 5 1. 6 Het papierformaat moet overeenkomen met het papierformaat van uw document (tenzij u de 7 afdruk wilt aanpassen aan een ander formaat) en overeenkomen met het formaat van het papier dat in de printer is geladen. 2. U kunt de papierbron instellen.
6. Als u al eerder afdrukvoorkeuren hebt ingesteld en als set hebt opgeslagen, kunt u ze opnieuw opvragen zodat u ze niet telkens opnieuw hoeft in te stellen als u ze nodig hebt. 7. U kunt de standaardinstellingen met één druk op een knop herstellen. TABBLAD TAAKOPTIES 3 4 1 5 8 6 2 7 1. De uitvoerresolutie van de afgedrukte pagina kan als volgt worden ingesteld. • Wanneer de hoogste afdrukkwaliteit is ingesteld, wordt het materiaal afgedrukt met 600 x 600 dpi x 2 bit.
4. De afdrukstand kan worden ingesteld op staand (lengte) of liggend (breedte). 5. De afgedrukte pagina's kunnen worden aangepast aan groter of kleiner papier. 6. U kunt toegang tot aanvullende instellingen krijgen door op de knop Geavanceerd te klikken. Zo kunt u bijvoorbeeld zwarte gebieden laten afdrukken met 100%K toner (waarmee een matter resultaat wordt verkregen). 7. U kunt de standaardinstellingen met één druk op een knop herstellen. 8. De kwaliteit van foto's kan worden verbeterd.
3. De uitvoer kan lichter of donkerder worden afgedrukt. Daarnaast kunnen de kleuren levendiger en met meer verzadiging worden afgedrukt. 4. Zwarte gebieden kunnen worden afgedrukt met 100% cyaan, magenta en geel, waardoor de gebieden meer glans krijgen (composiet zwart), of met alleen zwarte toner, waardoor de gebieden matter worden weergegeven (echt zwart). Als u de automatische instelling kiest, kan via de driver de beste keuze worden gemaakt, afhankelijk van de inhoud van de afbeelding. 5.
INSTELLINGEN IN HET CONFIGURATIESCHERM VAN WINDOWS Wanneer u het venster met drivereigenschappen rechtstreeks opent vanuit Windows in plaats van via een toepassing, zijn er meer instellingen beschikbaar. De wijzigingen die u hier aanbrengt, beïnvloeden in het algemeen alle documenten die u afdrukt vanuit Windows-toepassingen en worden opgeslagen voor alle Windows-sessies. TABBLAD ALGEMEEN 1 2 3 1.
TABBLAD GEAVANCEERD 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 12 11 1. U kunt opgeven op welke tijd van de dag de printer beschikbaar is. 2. De huidige prioriteit wordt aangegeven, van 1 (laagste) tot 99 (hoogste). Documenten met de hoogste prioriteit worden het eerst afgedrukt. 3. Hiermee geeft u op dat documenten in de wachtrij moeten worden geplaatst (opgeslagen in een speciaal afdrukbestand) voordat deze worden afgedrukt.
verder worden gebruikt totdat de afdruktaak is voltooid. Aangezien er in dit geval geen wachtrijbestand is, is er minder ruimte nodig op de vaste schijf van de computer. 7. Hiermee kunt u aangeven dat de spooler de documentinstellingen moet controleren en deze moet afstemmen op de printerinstellingen voordat het document naar de printer wordt verzonden.
11. Met deze knop hebt u toegang tot dezelfde instellingsvensters als bij het afdrukken vanuit toepassingen. Wijzigingen die zijn aangebracht in het Configuratiescherm van Windows worden de Windowsstandaardinstellingen. TABBLAD APPARAATOPTIES In dit venster kunt u selecteren welke optionele upgrades op de printer zijn geïnstalleerd. Dit wordt uitgebreid beschreven in de sectie over de installatie van upgrades in deze handleiding.
PRINTERINSTELLINGEN IN MAC MAC OS 9 AFDRUKOPTIES KIEZEN Gebruik de printdialoog om uw printer te kiezen en opties te selecteren voor het afdrukken van uw document. 1. Open het document dat u wilt afdrukken. 2. Als u het papierformaat of de paginastand wilt wijzigen, kiest u Archief > Pagina-instelling. De beschrijving van de opties van Pagina-instelling begint op pagina 30. 3. Kies Archief > Print. 4. Selecteer uw printer in het venstermenu Printer. 5.
4. Klik op Voorkeuren. 5. Wijzig indien nodig de voorkeuren voor de paginainstelling of de voorkeuren voor afdrukken. Deze nieuwe instellingen worden opgeslagen als de standaardinstellingen van de printerdriver. OPTIES VOOR PAGINA-INSTELLING - ALGEMEEN Papier Kies het papierformaat dat overeenkomt met uw document en het papier dat u in de printer hebt geplaatst. De papiermarge is aan alle kanten 4,2 mm (1/6 inch). Richting Selecteer Staand (hoog) of Liggend (breed).
Vergroten of verkleinen U kunt documenten op verschillende papierformaten vergroten of verkleinen. OPTIES VOOR PAGINA-INSTELLING - LAYOUT U kunt meerdere pagina's verkleinen en op één vel papier afdrukken. Als u bijvoorbeeld 4-up kiest, worden vier pagina's van uw document op één vel papier afgedrukt. U kunt de volgorde waarin documenten worden afgedrukt instellen en tevens een rand om elke documentpagina maken.
OPTIES VOOR PAGINA-INSTELLING - AANGEPAST PAPIERFORMAAT U kunt aangepaste papierformaten maken en bewerken. Deze formaten staan in het menu Papierformaat en kunnen net als alle andere papierformaten worden geselecteerd. AFDRUKOPTIES - ALGEMEEN Aantal Geef het aantal af te drukken exemplaren op. Als u Gesorteerd hebt geselecteerd, worden alle pagina's van het document afgedrukt voordat het volgende exemplaar wordt afgedrukt.
Pagina's Kies of u alle pagina's van uw document of een deel daarvan wilt afdrukken. Papierbron Kies de papierlade die u voor de afdruktaak wilt gebruiken. Kwaliteit Bepaalt de afdrukresolutie. De instelling Hoge kwaliteit (multilevel) produceert de beste grafische afbeeldingen maar het afdrukken duurt langer. Foto verbeteren Gebruik Foto verbeteren om de afdrukkwaliteit van foto's aanzienlijk te verbeteren. De printerdriver analyseert fotobeelden en verwerkt deze om het algehele uiterlijk te verbeteren.
AFDRUKOPTIES - AFDRUKBEHEER Als u de software Windows Print Control Server voor het beheer van printers gebruikt, voert u uw gebruikersnaam en id in. Deze gegevens worden met de afdruktaak verzonden en door de printer opgeslagen.
AFDRUKOPTIES - KLEUR Kleurmodus Automatische kleur - De driver kiest de meest geschikte kleurinstellingen. Geavanceerde kleur - Kies deze optie om handmatig de instellingen voor kleur en zwart te regelen. Grijswaarden - Hiermee converteert u alle kleuren naar grijs. Kleurevenaring Monitor (6500K) Perceptueel Geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto's. Bij het afdrukken van de kleuren ligt de nadruk op de verzadiging.
Monitor (6500K) - Levendig Geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto's maar met nog meer verzadigde kleuren. Monitor (9300K) Geoptimaliseerd voor het afdrukken van afbeeldingen vanuit toepassingen als Microsoft Office. Bij het afdrukken van de kleuren ligt de nadruk op de helderheid. Digitale camera De resultaten variëren naar gelang het onderwerp en de omstandigheden waarin de foto's zijn genomen. sRGB De printer reproduceert de sRGB-kleurruimte.
AFDRUKOPTIES - LAYOUT U kunt meerdere pagina's verkleinen en op één vel papier afdrukken. Als u bijvoorbeeld 4-up kiest, worden vier pagina's van uw document op één vel papier afgedrukt. U kunt de volgorde waarin documenten worden afgedrukt instellen en tevens een rand om elke documentpagina maken. Duplex Als u een optionele duplexeenheid op uw printer hebt aangesloten, kunt u op beide kanten van het papier afdrukken. Bij Lange kant binden worden de pagina's als een normaal boek afgedrukt.
AFDRUKOPTIES - OPTIES Papiergewicht Selecteer de dikte/het type van het papier in de printer. Het is belangrijk om deze optie correct in te stellen omdat het de temperatuur beïnvloedt waarmee de toner op het papier wordt gefixeerd. Als u bijvoorbeeld op gewoon papier afdrukt, moet u niet Etiketten of Transparanten selecteren omdat de toner dan vlekt en het papier vastloopt.
Handmatige invoer van universele lade Kies deze optie als u wilt dat de printer wacht totdat u op de knop ONLINE hebt gedrukt wanneer u papier invoert vanuit de universele lade. Dit kan van pas komen als u op enveloppen afdrukt. Gebruik altijd 100% zwarte (K) toner Kies deze optie als u wilt dat de printer altijd zwarte toner (K) gebruikt bij het afdrukken van puur zwart (RGB = 0,0,0). Dit is zelfs effectief wanneer samengesteld zwart (CMYK) in de kleuropties is geselecteerd.
AFDRUKOPTIES – SELECTEER PANEELTAAL De standaardtaal van het LCD-display van de printer is Engels. U kunt met deze functie de taal van het LCD-display wijzigen. OPMERKING: U moet de printer uit- en inschakelen nadat u de taal van het LCD-display hebt gewijzigd.
AFDRUKOPTIES - WATERMERK Een watermerk is meestal een vage tekst die over de afdruk van een document wordt weergegeven. Hiermee kan bijvoorbeeld worden aangegeven dat een document een 'Conceptversie' of misschien 'Vertrouwelijk' is. U kunt watermerken in de printerdriver maken. Selecteer een lettertype en wijzig de grootte, plaats, kleur, helderheid en hoek van het watermerk.
AFDRUKOPTIES - INFORMATIE Geeft een overzicht weer van de huidige printerinstellingen. Tevens wordt de driverversie weergegeven. Dit kan nuttig zijn als u op de website van Oki naar een nieuwere printerdriver wilt zoeken.
MAC OSX De informatie in de navolgende paragrafen is gebaseerd op Mac OS X Tiger (10.4). Andere versies, zoals Panther (10.3) en Jaguar (10.2), zien er mogelijk iets anders uit maar de principes zijn hetzelfde. AFDRUKOPTIES INSTELLEN U kunt uw printer kiezen en opties selecteren voor het afdrukken van uw document in het dialoogvenster Print. Printeropties instellen: 1. Open het document dat u wilt afdrukken. 2. Als u het papierformaat of de paginastand wilt wijzigen, kiest u Archief > Pagina-instelling.
pagina's. Zie 'Afdrukopties' op pagina 47 voor een beschrijving van deze opties. 7. Klik op de knop Print. AFDRUKOPTIES INSTELLEN – DRIVERINSTELLINGEN OPSLAAN U kunt een reeks printerdriveropties opslaan om deze voor toekomstige documenten te gebruiken. 1. Open het document dat u wilt afdrukken. 2. Als u het papierformaat of de paginastand wilt wijzigen, kiest u Archief > Pagina-instelling.
3. Selecteer Opslaan als standaard in het venstermenu Instellingen. 4. Als u de huidige printerdriverinstellingen al een preset wilt opslaan, selecteert u Opslaan als in het menu Preset. 5. Geef een naam op voor de preset en klik op OK. DE STANDAARDPRINTER EN HET PAPIERFORMAAT WIJZIGEN In de volgende stappen wordt uitgelegd hoe u de opties voor de standaardprinter en het papierformaat wijzigt. 1. Selecteer Apple-menu > Systeemvoorkeuren. 2. Klik op het symbool Print en fax. 3.
OPTIES VOOR PAGINA-INSTELLING In de volgende paragrafen worden de beschikbare opties voor de pagina-instelling beschreven. Opties voor pagina-instelling Paginakenmerken U kunt 'Opslaan als standaard' kiezen om de huidige pagina-instellingen standaard te gebruiken voor alle documenten. Stel in voor Hiermee kunt u het printermodel kiezen voordat u opties zoals Papierformaat en Richting wijzigt.
Richting U kunt de optie Staand of Liggend kiezen. Als u Liggend gebruikt, kunt u de richting 180 graden omdraaien. AFDRUKOPTIES Aantal en pagina's Aantal Gebruik deze optie om het aantal af te drukken exemplaren op te geven. Als u Gesorteerd hebt geselecteerd, worden alle pagina's van het document afgedrukt voordat het volgende exemplaar wordt afgedrukt. Pagina's U kunt kiezen of u alle pagina's van een document of een deel ervan wilt afdrukken.
Layout Pagina's per blad U kunt meerdere pagina's verkleinen en op één vel papier afdrukken. Als u bijvoorbeeld 4-up kiest, worden vier pagina's van uw document op één vel papier afgedrukt. U kunt de volgorde waarin documenten worden afgedrukt instellen en tevens een rand om elke documentpagina maken. Tweezijdig U kunt de opties voor tweezijdig afdrukken in dit deelvenster niet gebruiken. Gebruik in plaats daarvan de opties in het deelvenster Duplex.
Planner Gebruik deze optie om te kiezen of u uw document onmiddellijk of later wilt afdrukken. U kunt ook een prioriteit aan een afdruktaak toewijzen. Deze functies zijn nuttig als u grote documenten met een lange afdruktijd afdrukt.
Papierverwerking Paginavolgorde U kunt uw document in de normale paginavolgorde (1, 2, 3...) of in omgekeerde volgorde (...3, 2, 1) afdrukken. Print Gebruik deze optie om te kiezen of u alleen even of alleen oneven pagina's wilt afdrukken. Dit is nuttig als u de handmatige duplexeenheid gebruikt en eerst alle oneven pagina's afdrukt, het papier opnieuw plaatst en vervolgens alle even pagina's afdrukt. Doelpapierformaat Pas documenten aan zodat ze op het papier in de printer passen.
ColorSync Kleurconversie Voor Kleurconversie is Standaard de enige optie die voor uw printermodel beschikbaar is. Quartz-filter Gebruik een Quartz-filter als u een speciaal effect op uw afdruktaak wilt toepassen, zoals sepia of blauwtoon. Dit is alleen mogelijk onder Mac OS X 10.3 (Panther) of latere versies.
Voorblad Kies een voorblad om een afgedrukt document in een grote stapel papier te kunnen vinden. Dit is nuttig in een druk kantoor waar vele mensen de printer gebruiken. Duplex Als u een optionele duplexeenheid op uw printer hebt aangesloten, kunt u op beide kanten van het papier afdrukken.
Bij Lange kant binden worden de pagina's als een normaal boek afgedrukt. Bij Korte kant binden worden de pagina's als een kladblok afgedrukt. Papierbron Gebruik deze optie om de papierlade te selecteren die u voor uw afdruktaak gebruikt.
Afdrukkwaliteit Afdrukkwaliteit Gebruik deze optie om de afdrukresolutie te kiezen. De instelling Hoge kwaliteit (multilevel) produceert de beste grafische afbeeldingen maar het afdrukken duurt langer. Foto verbeteren Gebruik Foto verbeteren om de afdrukkwaliteit van foto's aanzienlijk te verbeteren. De printerdriver analyseert fotobeelden en verwerkt deze om het algehele uiterlijk te verbeteren. Deze instelling kan niet worden gebruikt met de afdrukinstelling 'Hoge kwaliteit (multilevel)'.
Kleur Kleurmodus KLEURMODUS BESCHRIJVING Geavanceerde kleur De driver kiest de meest geschikte kleurinstellingen. Handmatig Hiermee kunt u handmatig de instellingen voor kleur en zwart-wit aanpassen of selecteren. Grijswaarden Hiermee converteert u alle kleuren naar grijstinten.
Kleuraanpassing KLEUR BESCHRIJVING Monitor (6500K) Perceptueel Geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto's. Bij het afdrukken van de kleuren ligt de nadruk op de verzadiging. Monitor (6500K) - Levendig Geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto's maar met nog meer verzadigde kleuren. Monitor (9300K) Geoptimaliseerd voor het afdrukken van afbeeldingen vanuit toepassingen als Microsoft Office. Bij het afdrukken van de kleuren ligt de nadruk op de helderheid.
Als de afgedrukte kleuren te sterk zijn, verlaagt u de verzadiging en verhoogt u de helderheid. Als algemene regel geldt dat de verzadiging met dezelfde mate dient te worden verlaagd als de mate waarmee de helderheid wordt verhoogd. Als u bijvoorbeeld de verzadiging met 10 verlaagt, verhoogt u ter compensatie de helderheid met 10. OPTIES VOOR DE PRINTERINSTELLING Printeropties Papiergewicht Selecteer de dikte van het papier of het type papier in de printer.
Papierformaatcontrole Kies Papierformaatcontrole als u wilt dat de printer u waarschuwt wanneer het papierformaat van het document afwijkt van het papier in de printer. Er wordt een waarschuwingsbericht weergegeven en de afdruk wordt voortgezet nadat u het correcte papier in de papierlade hebt geplaatst en op ONLINE hebt gedrukt. Indien deze optie is uitgeschakeld, gebruikt de printer het papier in de geselecteerde lade, ongeacht het documentformaat.
Print Control Als u de software Windows Print Control Server voor het beheer van printers gebruikt, voert u uw gebruikersnaam en id in. Deze gegevens worden met de afdruktaak verzonden en door de printer opgeslagen.
Samenvatting Met deze optie geeft u een samenvatting weer van alle geselecteerde afdrukopties voor de huidige taak.
AFDRUKKEN IN KLEUR De printerdrivers die geleverd zijn bij de printer, bieden verscheidene mogelijkheden voor het wijzigen van de kleuruitvoer. Voor algemeen gebruik voldoen de automatische instellingen. Deze standaardinstellingen leveren goede resultaten op voor de meeste documenten. Veel toepassingen beschikken over eigen kleurinstellingen waarmee de instellingen van het printerstuurprogramma kunnen worden overschreven.
weergegeven. Dit verschil tussen monitors en printers is vaak de belangrijkste reden dat afgedrukte kleuren niet overeenkomen met de kleuren op het scherm. Omstandigheden bij het waarnemen Een afdruk kan er onder verschillende belichtingen heel anders uitzien.
Papiersoort Het soort papier dat wordt gebruikt, kan ook van invloed zijn op de afgedrukte kleur. Een afdruk op gerecycled papier kan er bijvoorbeeld doffer uitzien dan een afdruk op glanzend papier. TIPS VOOR AFDRUKKEN IN KLEUR De onderstaande richtlijnen kunnen u helpen bij het bereiken van een goede kleuruitvoer van de printer. FOTO'S AFDRUKKEN Gebruik de instelling Monitor (6500k) Perceptueel.
TOEGANG TOT DE KLEURAANPASSINGSOPTIES De kleuraanpassingsopties van de printerdriver kunnen worden gebruikt om de afgedrukte kleuren beter af te stemmen op de kleuren die op uw monitor of op een andere bron, zoals een digitale camera, worden weergegeven. De kleuraanpassingsopties openen vanuit het Configuratiescherm van Windows: 1. Open het venster Printers (Printers en faxapparaten in Windows XP). 2. Klik met de rechtermuisknop op de printernaam en kies Eigenschappen. 3.
2. Kies de kleurinstelling Natuurlijke kleur en selecteer een van de volgende opties: 1 b c d a 2 e (a) Monitor (6500k) Perceptueel Geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto's. Bij het afdrukken van de kleuren ligt de nadruk op de verzadiging. (b) Monitor (6500k) Levendig Geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto's, maar met nog intenser verzadigde kleuren dan bij de instelling Monitor (6500k) Perceptueel.
DE FUNCTIE KLEURMONSTER GEBRUIKEN Als u de functie Kleurmonster wilt gebruiken, moet u het hulpprogramma voor kleurmonsters installeren. Dit programma vindt u op de cd-rom die met uw printer is meegeleverd. Met de functie Kleurmonster kunt u overzichten met een reeks voorbeeldkleuren afdrukken. Dit is niet de volledige reeks kleuren die de printer kan afdrukken. Bij elke voorbeeldkleur worden de corresponderende RGB-waarden (Rood, Groen, Blauw) vermeld.
Dit verschil is hier niet van belang omdat uw voornaamste doel het afdrukken van de vereiste kleur is. HET HULPPROGRAMMA VOOR KLEURCORRECTIE GEBRUIKEN Het Oki-hulpprogramma voor kleurcorrectie vindt u op de cd-rom met de printerdriver. U moet dit programma apart installeren, aangezien het niet samen met de printerdriver wordt geïnstalleerd. Het hulpprogramma voor kleurcorrectie biedt de volgende functies: > De paletkleuren van Microsoft Office kunnen afzonderlijk worden aangepast.
MENUFUNCTIES Deze sectie biedt een overzicht van de menu’s die via de knoppen op het bedieningspaneel van de printer toegankelijk zijn en op het LCD-scherm kunnen worden weergegeven. Veel van deze instellingen kunnen worden overschreven en worden vaak ook overschreven door de instellingen in de Windows-printerdrivers. In de driver kunnen echter diverse opties worden ingesteld op 'Printerinstelling'. Aan deze opties worden vervolgens de waarden toegewezen die in deze printermenu's worden ingevoerd.
• Druk op ON LINE om het menusysteem af te sluiten en terug te gaan naar de modus stand-by. MENU PRINT JOBS (MENU AFDRUKTAKEN) Dit menu verschijnt alleen als er een harde schijf is geïnstalleerd. Het menu wordt gebruikt voor het afdrukken van documenten die zijn opgeslagen op de interne harde schijf. Deze documenten worden op de harde schijf opgeslagen met de functie voor beveiligd afdrukken of controleren en afdrukken.
MENU SHUTDOWN (MENU AFSLUITEN) Dit menu verschijnt alleen als de harde schijf is geïnstalleerd. Dit item moet altijd worden geselecteerd voordat u de printer uitschakelt om ervoor te zorgen dat er geen gegevens op de harde schijf verloren gaan. ITEM INSTELLINGEN SHUTDOWN UITVOEREN START (Afsluiten starten) BESCHRIJVING Hiermee schakelt u de printer op de juiste manier uit en zorgt u ervoor dat alle bestanden op de interne harde schijf worden gesloten voordat de stroom wordt uitgeschakeld.
ITEM INSTELLINGEN GEBRUIK MULTI- NIET FUNCTIONELE GEBRUIKEN LADE BIJ INCONSISTENTIE BESCHRIJVING Als een document dat moet worden afgedrukt, een papierformaat vereist dat niet in de geselecteerde lade is geplaatst, kan de printer automatisch de universele lade als papierbron selecteren. Als deze functie niet is ingeschakeld, stopt de printer en wordt u gevraagd om de juiste papiersoort te laden.
MENU MEDIA Via dit menu kunt u allerlei afdrukmedia instellen. ITEM INSTELLINGEN TRAY1 PAPERSIZE (Papierformaat lade 1) A4 / A5 / A6 / Hiermee selecteert u het papierformaat dat in lade 1 (de B5 bovenste lade, als beide laden zijn LEGAL14 geïnstalleerd) is geladen. Zie voor de LEGAL13.5 instelling AANGEPAST de opties XLEGAL13 afmeting en Y-afmeting verderop in LETTER deze tabel.
ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING TRAY2 MEDIAWEIGHT (Mediagewicht lade 2) LICHT (6474g/m²) MIDDEL (7590g/m²) ZWAAR (91176 g/m²) Hiermee stelt u de printer in voor het gewicht van het papier in deze lade (indien geïnstalleerd. PAPIERFORMAAT UNIVERSELE LADE LETTER EXECUTIVE LEGAL14 LEGAL13.5 LEGAL13 A4 / A5 / A6 / B5 Aangepast ENVELOP COM9 ENVELOP COM10 ENVELOP MONARCH ENVELOP DL ENVELOP C5 Hiermee selecteert u het papierformaat dat moet worden ingevoerd vanuit de universele lade.
ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING X-AFMETING 100-210-216 MILLIMETER Hiermee selecteert u de breedte van het papier die bij de instelling AANGEPAST is gedefinieerd en waarnaar in de instellingen voor Papierformaat hiervoor wordt verwezen. Y-AFMETING 148-297-1200 MILLIMETER Hiermee selecteert u de lengte van het papier die bij de instelling AANGEPAST is gedefinieerd en waarnaar bij de instellingen voor Papierformaat hiervoor wordt verwezen.
MENU KLEUR De printer past op gezette tijden automatisch de kleurbalans en de dichtheid aan om de uitvoer te optimaliseren voor helderwit papier dat wordt bekeken bij daglicht. Met de items in dit menu kunt u de standaardinstellingen voor een speciale of bijzonder complexe afdruktaak wijzigen. Als deze afdruktaak is voltooid, worden de standaardwaarden weer hersteld.
ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING C REG FINE AJST -3~0~+3 M REG FINE AJST -3~0~+3 Y REG FINE AJST Hiermee voert u een fijne aanpassing van de beeldtiming uit in verhouding tot de zwarte beeldcomponent. -3~0~+3 MENU SYSTEEMCONFIGURATIE Via dit menu kunt u de algemene printerinstellingen aan uw voorkeuren aanpassen. ITEMS INSTELLINGEN BESCHRIJVING 5 TIJD ENERGIESPAAR 15 30 STAND 60 240 Hiermee stelt u in na hoeveel tijd een inactieve printer automatisch overschakelt naar de energiebesparende modus.
ITEMS INSTELLINGEN BESCHRIJVING WACHTIJD 5~40~300 Hiermee geeft u op hoeveel seconden de printer moet wachten voordat de uitvoer van de pagina wordt geforceerd als de gegevensontvangst wordt onderbroken. In de modus voor PostScript-emulatie wordt de taak geannuleerd na de ingestelde timeout. TONER BIJNA OP DOORGAAN STOPPEN Hiermee geeft u aan of de printer moet doorgaan met afdrukken, zelfs als wordt gedetecteerd dat de toner bijna op is.
MENU NETWORK (MENU NETWERK) In dit menu kunt u instellen hoe de 10Base-T/100Base-TXnetwerkinterface van de printer functioneert. ITEM INSTELLINGEN TCP/IP INSCHAKELEN / Hiermee schakelt u dit UITSCHAKELEN netwerkprotocol in of uit. BESCHRIJVING NETBEUI INSCHAKELEN / Hiermee schakelt u dit UITSCHAKELEN netwerkprotocol in of uit. IP ADDRESS SET (IPadresset) AUTO / MANUAL (Automatisch / handmatig) Hiermee geeft u op of het IP-adres automatisch (DHCP) of handmatig wordt toegewezen.
ITEM INSTELLINGEN HUB LINK SETTING (Hublinkinstellingen) Hiermee stelt u full of half duplex in AUTO voor de communicatie via een NEGOTIATE netwerkhub. (Automatisch onderhandelen) 100BASE-TX FULL 100BASE-TX HALF 10BASE-T FULL 10BASE-T HALF BESCHRIJVING MENU ONDERHOUD Via dit menu hebt u toegang tot allerlei functies voor het onderhoud van de printer. ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING MENU RESET (Menu standaardwaarden instellen) UITVOEREN Hiermee stelt u de menu's weer in op de standaardwaarden.
ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING PAPER BLACK –2~0~+2 SETTING (Instelling zwart op papier) Deze instelling wordt gebruikt voor kleine aanpassingen als de afdrukken iets vaag zijn of kleine vlekjes of streepjes vertonen bij het afdrukken van documenten in zwart-wit op wit papier. Selecteer een hogere waarde voor afdrukken die minder vaag zijn of een lagere waarde om het aantal vlekjes of streepjes te verminderen in afdrukgebieden met een hoge dichtheid.
MENU GEBRUIK Dit menu is alleen bedoeld om informatie op te vragen en geeft een indicatie van het totale gebruik van de printer en de resterende gebruiksduur van de verbruiksmaterialen. Dit is met name handig als u niet over een volledige set vervangende verbruiksmaterialen beschikt en u wilt weten hoe snel u ze nodig hebt. ITEM BESCHRIJVING TRAYn PAGE COUNT (Paginateller lade x) Dit is het totale aantal pagina’s dat is ingevoerd vanuit lade x.
VERBRUIKSMATERIALEN VERVANGEN In deze sectie wordt uitgelegd hoe u de verbruiksmaterialen vervangt als dat nodig is. Als richtlijn kunt u voor de verwachtte gebruiksduur van deze materialen het volgende aanhouden: > Toner Startercartridge: de printer wordt geleverd met voldoende cyaan, magenta, gele en zwarte toner in de afdrukcassettes voor 2.250 A4pagina’s. Hierbij wordt de toner voor 750 A4-pagina’s gebruikt om de afbeeldingstrommel te laden (er zijn dan nog 1.
BESTELINFORMATIE VERBRUIKMATERIALEN ITEM GEBRUIKSDUUR BESTELNUMMER Toner, C5800, zwart 6.000 A4 bij 5%* 43324424 Toner, C5800, cyaan 5.000 A4 bij 5%* 43324423 Toner, C5800, magenta 5.000 A4 bij 5%* 43324422 Toner, C5800, geel 5.000 A4 bij 5%* 43324421 Toner, C5600, zwart 6.000 A4 bij 5%* 43324408 Toner, C5600, cyaan 2.000 A4 bij 5%* 43381907 Toner, C5600, magenta 2.000 A4 bij 5%* 43381906 Toner, C5600, geel 2.000 A4 bij 5%* 43381905 Afbeeldingstrommel, C5800, zwart 20.
Gebruik alleen originele Oki-verbruiksmaterialen voor de beste afdrukkwaliteit en optimale hardwareprestaties. Niet-originele Oki-producten kunnen de prestaties van de printer nadelig beïnvloeden en uw garantie doen vervallen. TONERCARTRIDGE VERVANGEN LET OP! Om verspilling van toner en mogelijke fouten van de tonersensor te voorkomen moet u de tonercartridge(s) pas vervangen wanneer de melding 'TONER LEEG' wordt weergegeven. De toner die in deze printer wordt gebruikt, is een heel fijn droog poeder.
1. Druk op de knop voor het openen van het printerdeksel en open het deksel volledig. WAARSCHUWING! Als de printer ingeschakeld is geweest, is de fuser heet. Dit gebied is duidelijk gemarkeerd. Raak dit gedeelte van de printer niet aan. 2. Let op de posities van de vier cartridges. 1 2 3 4 (a) 1. Cyaan cartridge 2. Magenta cartridge 3. Gele cartridge 4. Zwarte cartridge Trek de gekleurde ontgrendelingshendel (1) op de cassette die moet worden vervangen, volledig naar de voorzijde van de printer.
3. Til de rechterzijde van de cassette op en trek de cassette vervolgens naar rechts om de linkerzijde los te maken. Haal de tonercassette uit de printer. 1 2 4. Plaats de cartridge voorzichtig op een vel papier om te voorkomen dat de toner vlekken maakt op uw meubilair. 5. Verwijder de nieuwe cartridge uit de doos, maar laat het verpakkingsmateriaal nog even zitten. 6.
7. Verwijder nu het verpakkingsmateriaal en trek het tape van de onderzijde van de cartridge. 8. Houd de cartridge aan de bovenzijde in het midden vast met de gekleurde hendel rechts. Laat de cartridge in de printer zakken op de drumeenheid waaruit u de oude cartridge hebt verwijderd. 9. Plaats de linkerzijde van de cassette eerst in de bovenzijde van de image drum, druk deze tegen de veer op de drumeenheid en laat vervolgens de rechterzijde van de cassette op de drumeenheid zakken. 1 10.
van de printer. Hiermee vergrendelt u de cartridge en kan er toner naar de drumeenheid worden overgebracht. 1 11. Sluit tot slot de kap aan de bovenzijde van de printer en druk de kap aan beide zijden stevig naar beneden om deze goed te vergrendelen.
IMAGE DRUM VERVANGEN Schakel de printer uit en laat de fuser ongeveer 10 minuten afkoelen voordat u de kap opent. LET OP! Ga voorzichtig met deze apparaten om. Ze zijn gevoelig voor statische elektriciteit. De printer bevat vier image drums: cyaan, magenta, geel en zwart. 1. Druk op de knop voor het openen van het printerdeksel en open het deksel volledig. WAARSCHUWING! Als de printer ingeschakeld is geweest, is de fuser heet. Dit gebied is duidelijk gemarkeerd. Raak dit gedeelte van de printer niet aan.
3. Pak de image drum aan de bovenkant in het midden vast en til deze samen met de bijbehorende tonercartridge uit de printer. 4. Plaats de cartridge voorzichtig op een vel papier om te voorkomen dat de toner vlekken maakt op uw meubilair en om te voorkomen dat het groene drumoppervlak beschadigd raakt. LET OP! Het groene drumoppervlak aan de onderzijde van de cartridge is heel kwetsbaar en lichtgevoelig. Raak het oppervlak niet aan en stel het niet langer dan 5 minuten bloot aan normaal licht.
6. Til de rechterzijde van de cassette op en trek de cassette naar rechts om de linkerzijde los te maken en haal de tonercassette uit de image drumcassette. Plaats de cartridge op een vel papier om te voorkomen dat er vlekken op uw meubilair komen. 2 1 7. Haal de nieuwe drumcartridge uit de verpakking en plaats deze op het vel papier waarop ook de oude cartridge was geplaatst. Plaat de cartridge op dezelfde manier als de oude eenheid. Pak de oude eenheid voor het recyclen in het verpakkingsmateriaal.
9. Duw de gekleurde ontgrendelingshendel (1) van u af om de tonercartridge te vergrendelen op de nieuwe drumeenheid zodat er toner naar de drum kan worden overgebracht. 1 10. Houd de complete set aan de bovenzijde in het midden vast en laat de set op zijn plaats in de printer zakken, waarbij u de voetjes in de uitsparingen aan de zijkanten van de printerruimte plaatst. 11.
DE TRANSPORTBAND VERVANGEN De transportband bevindt zich onder de vier drumcartridges. Deze eenheid moet worden vervangen nadat er ongeveer 60.000 pagina's zijn afgedrukt. Schakel de printer uit en laat de fuser ongeveer 10 minuten afkoelen voordat u de kap opent. 1. Druk op de knop voor het openen van het printerdeksel en open het deksel volledig. WAARSCHUWING! Als de printer ingeschakeld is geweest, is de fuser heet. Dit gebied is duidelijk gemarkeerd. Raak dit gedeelte van de printer niet aan. 2.
3. Til alle drum eenheden uit de printer en plaats ze op een veilige plek waar ze niet worden blootgesteld aan warmte en licht. LET OP! Het groene drumoppervlak aan de onderzijde van de cartridge is heel kwetsbaar en lichtgevoelig. Raak het oppervlak niet aan en stel het niet langer dan 5 minuten bloot aan normaal licht. Als de drumeenheid langere tijd uit de printer moet worden verwijderd, moet u de cartridge in een zwarte plastic zak doen zodat de cartridge niet wordt blootgesteld aan licht.
7. Laat de nieuwe transportband op zijn plaats zakken, met de greep aan de voorzijde en het drijfwerk aan de achterzijde van de printer. Zoek het drijfwerk in de linkerhoek achterin de printer en laat de transportband horizontaal in de printer zakken. 8. Draai de twee bevestigingen (5) 90° naar rechts tot ze vastzitten. Hierdoor wordt de transportband op zijn plaats gehouden. 9.
DE FUSER VERVANGEN De fuser zit in de printer direct achter de vier image drumeenheden. WAARSCHUWING! Als de printer kortgeleden nog is ingeschakeld geweest, zijn sommige fuseronderdelen erg heet. Ga heel voorzichtig met de fuser om en houdt de fuser alleen vast bij de greep, die slechts warm aanvoelt. Een waarschuwingsetiket geeft duidelijk dit gebied aan. Als u twijfelt, schakelt u de printer uit en wacht u minimaal 10 minuten om de fuser te laten afkoelen voordat u de kap van de printer opent.
5. Haal de nieuwe fuser uit de verpakking en verwijder het transportmateriaal. 6. Houd de nieuwe fuser bij de greep vast en zorg ervoor dat u de fuser de juiste positie heeft. De hendels (2) waarmee de fuser wordt vastgezet, moeten helemaal rechtop staan en de twee bevestigingsnokjes (3) moeten naar u toe te wijzen. 3 2 2 7. Laat de fuser in de printer zakken, waarbij u de twee nokjes (3) in de uitsparingen in het metalen gedeelte tussen het fusergebied en de image drums laat zakken. 8.
DE LED-KOP REINIGEN Reinig de LED-kop wanneer de afdrukken onduidelijk zijn, witte lijnen vertonen of wanneer de tekst vaag is. 1. Schakel de printer uit en open de bovenkap. 2. Neem het oppervlak van de LED-kop voorzichtig af met LED-lensreiniger of een zachte doek. LET OP! Gebruik geen methylalcohol of andere oplosmiddelen op de LED-kop. Dit is schadelijk voor het lensoppervlak. 3. Sluit de bovenkap.
UPGRADES INSTALLEREN In deze sectie wordt uitgelegd hoe u optionele apparatuur in uw printer installeert. Dit zijn: > duplexeenheid (dubbelzijdig afdrukken); > extra RAM-geheugen; > extra papierlade > kast DUPLEXEENHEID Met de duplexeenheid hebt u de mogelijkheid om dubbelzijdig af te drukken, waarbij u minder papier gebruikt en grote documenten handzamer worden. U kunt ook boekjes afdrukken, waarbij u nog minder papier gebruik en grote documenten nog handzamer worden.
4. Schakel de printer in en wacht tot de printer is opgewarmd (ongeveer 1 minuut). 5. Druk op de volgende manier een overzicht van de menu's af: 6. (a) Druk op de knop + om het informatiemenu te openen. (b) Druk één keer op ENTER voor het menuoverzicht. (c) Druk nogmaals op ENTER om het menuoverzicht af te drukken. (d) Als het overzicht is afgedrukt, drukt u op ON LINE om het menusysteem af te sluiten. Bekijk de eerste pagina van het menuoverzicht.
GEHEUGENUITBREIDING Het basisprintermodel is uitgerust met 64 MB geheugen. Dit kan worden uitgebreid met een extra geheugenkaart van 64 MB of 256 MB, wat resulteert in een maximale geheugencapaciteit van 320 MB. De installatie kost een paar minuten en u heeft hiervoor een middelgrote kruiskopschroevendraaier nodig. 1. Schakel de printer uit en verwijder het netsnoer. 2. Druk op de knop voor het openen van het printerdeksel en open het deksel volledig.
5. Til de rand van de zijklep iets op aan de twee punten die in de afbeelding worden weergeven en trek de klep aan de bovenkant naar u toe. Til de klep iets op om deze van de printer te verwijderen. Plaats de klep op een veilige plaats naast de printer. 6. Haal de nieuwe geheugenkaart voorzichtig uit de verpakking. Probeer de kaart alleen aan de korte zijden vast te houden en raak geen metalen onderdelen aan. Raak ook de connector op de rand niet aan. 7.
9. Als deze RAM-uitbreidingssleuf al een geheugenkaart bevat, moet u deze geheugenkaart verwijderen voordat u de nieuwe kaart kunt installeren. Als u een geheugenkaart moet verwijderen, neemt u eerst de volgende stappen. Als de sleuf geen kaart bevat, begint u bij stap 10 (a) Zoek de klemmen (2) aan beide zijden van de RAMuitbreidingssleuf (1). (b) Druk de klemmen naar buiten en in de richting van de printer. De geheugenkaart komt nu iets vrij.
(d) 17. Als het overzicht is afgedrukt, drukt u op ON LINE om het menusysteem af te sluiten. Bekijk de eerste pagina van het menuoverzicht. Boven aan de pagina, tussen de twee horizontale lijnen, ziet u de huidige printerconfiguratie. In dit overzicht wordt ook aangegeven hoeveel geheugen er in totaal in de printer is geïnstalleerd. Deze waarde geeft de totale hoeveelheid geheugen aan die is geïnstalleerd. EXTRA PAPIERLADE 1. Schakel de printer uit en verwijder het netsnoer. 2.
PRINTERDRIVERS VAN WINDOWS BIJWERKEN Nadat u de upgrades hebt geïnstalleerd, moet u de printerdriver van Windows bijwerken om de extra functies beschikbaar te maken voor uw Windows-toepassingen. Als u de printer deelt met gebruikers op andere computers, moet de printerdriver ook op die computers worden bijgewerkt. De afbeeldingen die hier worden weergegeven, hebben betrekking op Windows XP.
VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN Als u de aanbevelingen in deze handleiding over het gebruik van afdrukmedia opvolgt en u de media in goede staat houdt, levert de printer jarenlang betrouwbare prestaties. Toch kan het papier af en toe vastlopen. In deze sectie wordt uitgelegd hoe u dit vastgelopen papier snel en eenvoudig verwijdert. Papier kan vastlopen als het verkeerd wordt ingevoerd vanuit de papierlade of op elk punt van de papierbaan in de printer.
FOUTCODES VAN DE PAPIERSENSOR CODENR. PLAATS CODENR. PLAATS 370 Duplexeenheid * 382 Papieruitvoervak 371 Duplexeenheid * 383 Duplexeenheid * 372 Duplexeenheid * 390 Universele lade 373 Duplexeenheid * 391 Paper Tray (Papierlade) 380 Papierinvoer 392 2e Papierlade * 381 Papierbaan 400 Papierformaat * (indien geïnstalleerd). 1.
3. Let op de posities van de vier cartridges. 1 2 3 4 1. Cyaan cartridge 2. Magenta cartridge 3. Gele cartridge 4. Zwarte cartridge U moet alle vier drumcartridges verwijderen om bij het papierpad te kunnen. 4. Pak de cyaan drumcartridge aan de bovenkant in het midden vast en til deze samen met de bijbehorende tonercartridge uit de printer.
5. Plaats de cartridge voorzichtig op een vel papier om te voorkomen dat de toner vlekken maakt op uw meubilair en om te voorkomen dat het groene drumoppervlak beschadigd raakt. LET OP! Het groene drumoppervlak aan de onderzijde van de cartridge is heel kwetsbaar en lichtgevoelig. Raak het oppervlak niet aan en stel het niet langer dan 5 minuten bloot aan normaal licht. 6. Herhaal deze procedure voor de overige drumeenheden. 7. Kijk in de printer of er vellen papier bij de transportband zichtbaar zijn.
• Als u een vel uit het centrale gebied van de band (2) moet halen, tilt u het vel voorzichtig van de band en haalt u het vel eruit. 4 3 2 1 • Als u een vel moet verwijderen dat al gedeeltelijk in de fuser (3) is ingevoerd, tilt u het uiteinde van het vel voorzichtig van de band, drukt u de ontgrendelingshendel (4) van de fuser naar voren en naar beneden om de druk van het vel te halen en trekt u het vel er via de drumruimte uit. Laat de ontgrendelingshendel weer los.
8. Plaats de vier drumcartridges terug in de drumruimte. Plaats eerst de cyaan drumcartridge terug, de drum die het dichtst bij de fuser zit. Zorg ervoor dat u de drums in de juiste volgorde plaatst. 1 2 3 4 • 1. Cyaan cartridge 2. Magenta cartridge 3. Gele cartridge 4. Zwarte cartridge Houd de complete set aan de bovenzijde in het midden vast en laat de set op zijn plaats in de printer zakken, waarbij u de voetjes in de uitsparingen aan de zijkanten van de printerruimte plaatst.
9. Sluit de kap aan de bovenzijde van de printer, maar druk deze nog niet helemaal aan. Zo worden de drums niet blootgesteld aan fel licht, terwijl u de overgebleven gebieden controleert op vastgelopen papier. 10. Open het uitvoervak aan de achterzijde (5) en controleer of er papier in de papierbaan aan de achterzijde zit (6). 6 5 • Trek eventuele vellen uit dit gedeelte van de printer.
12. Til de ontgrendeling van de klep aan de voorzijde op en open de voorklep. 13. Controleer of er vellen zijn vastgelopen, verwijder eventuele vellen die u vindt en sluit de klep. 14. Trek de papierlade uit de printer. Controleer of het papier netjes is gestapeld en niet is beschadigd en controleer ook of de papiergeleiders goed tegen de randen van de papierstapel zijn aangeschoven. Plaats nu de lade weer terug.
15. Sluit tot slot de kap aan de bovenzijde van de printer en druk de kap aan beide zijden stevig naar beneden om deze goed te vergrendelen. Als het vastgelopen papier is verwijderd en als Opheffing papierstoring is ingesteld op AAN in het menu Systeemconfiguratie, probeert de printer de pagina's die bij het vastlopen van het papier verloren zijn gegaan, opnieuw af te drukken.
SPECIFICATIES ITEM SPECIFICATIE Afmetingen 435 x 563 x 339 mm (B x D x H) zonder duplexeenheid Gewicht Ongeveer 26 kilo (zonder duplexeenheid) Afdrukmethode Elektronisch fotogeheugen, blootstelling aan LEDlichtbron Afdruksnelheden C5600: 12 pagina’s per minuut in kleur / 20 pagina’s per minuut in zwart-wit C5800: 26 pagina’s per minuut in kleur / 32 pagina’s per minuut in zwart-wit Resolutie 600 x 600, 600 x 1200 dpi of 600 x 600 dpi x 2 bit Automatische opties Automatisch registratie Automatisch
ITEM SPECIFICATIE Papierformaat – A4, A5, A6, B5, Legal 13/13,5/14 inch, letter, universele lade executive, custom (tot een lengte van 1200 mm), com-9-enveloppe, com-10-enveloppe, monarchenveloppe, DL-enveloppe, C5-enveloppe Papiergewicht Standaard - 64 tot120 g/m², universele lade - 64 Mediatype Gewoon, briefhoofd, transparanten, Bond, gerecycled, kaarten, ruw, etiketten en glanzend tot 200 g/m² duplexeenheid - 64 - 120 g/m² Papiercapaciteit Papierlade: ongeveer 300 vel Handmatige invoer: ongeveer 1
ITEM SPECIFICATIE Gebruiksduur fuser 60.000 A4-pagina's Voedingsbron 220 tot 240 VAC bij 50/60 Hz ± 2% Stroomverbruik Werkend: 1200 max.; gemiddeld 490 W. (25°C) Stand-by: 100 max.; gemiddeld 150 W. (25°C) Energiebesparing: 45 W max. (20 ppm in kleur) Energiebesparing: 70 W max.
INDEX A E Afbeeldingstrommel verwachtte gebruiksduur .......82 Energiebesparing inschakelen of uitschakelen ...79 Afdrukinstellingen opslaan ...................................22 Afdrukkwaliteit kantelen .................................80 Afdrukstand instelling in Windows .............23 Afdrukvolgorde uitvoervak (afgedrukte zijde naar beneden) ......................17 uitvoervak (afgedrukte zijde naar boven) ..........................17 vertragingstijd ........................76 Enveloppen laden ....
Afdrukopties - Kleur ...............35 N Afdrukopties - Layout ............37 Netwerkadressen instellen..................................78 Afdrukopties - Opties .............38 Afdrukopties – Selecteer paneeltaal .............................40 Afdrukopties - Watermerk......41 Afdrukopties kiezen................29 De standaardafdrukinstellingen wijzigen .................................29 Opties voor pagina-instelling Aangepast papierformaat......32 Opties voor Pagina-instelling Layout ................
Transparanten aanbevolen soorten................12 U Uitbreidingen geheugen .............................101 Universele lade gebruik ...................................18 papierafmetingen ...................13 W Watermerk afdrukken in Windows ............22 Z Zwart afdrukken glanzend of mat .....................
OKI CONTACTGEGEVENS Oki Systems (Holland) b.v. Neptunustraat 27-29 2132 JA Hoofddorp Helpdesk: 0800 5667654 Tel: 023 5563740 Fax: 023 5563750 Website: www.oki.
OKI Europe Limited Central House Balfour Road, Hounslow TW3 1HY, United Kingdom Tel: +44 (0) 20 8219 2190 Fax: +44 (0) 20 8219 2199 www.okiprintingsolutions.com 07073112 iss.