C700 Series Gebruikershandleiding C710n C710dn C710dtn C710cdtn TM C700
VOORWOORD We hebben ernaar gestreefd de informatie in dit document volledig, accuraat en up-to-date weer te geven. De fabrikant is niet aansprakelijk voor de gevolgen van fouten waarvoor deze niet verantwoordelijk is. De fabrikant kan ook niet garanderen dat wijzigingen in software en apparatuur die zijn aangebracht door andere fabrikanten en waarnaar in deze handleiding wordt verwezen, geen invloed hebben op de toepasbaarheid van de informatie in de handleiding.
FABRIKANT: Oki Data Corporation, 4-11-22 Shibaura, Minato-ku, Tokyo 108-8551, Japan IMPORTEUR VOOR DE EU/ERKEND VERTEGENWOORDIGER OKI Europe Limited (handelend als OKI Printing Solutions) Central House Balfour Road Hounslow TW3 1HY Verenigd Koninkrijk Neem voor algemene vragen en alle vragen over verkoop en ondersteuning contact op met uw plaatselijke leverancier.
INHOUDSOPGAVE Voorwoord. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Eerste hulp bij ongevallen . . . . . . . . . . . . . . . . Fabrikant: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Importeur voor de EU/erkend vertegenwoordiger Milieu-informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2 ............. 2 ............. 3 ............. 3 ............. 3 Inhoudsopgave . . . . . . . . . . .
Extra papiercassette(s) . Printerstuurprogramma's Opslagkast . . . . . . . . . . Data Protection Kit . . . . ... van ... ... .............. Windows bijwerken .............. .............. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .61 .62 .62 .62 Vastgelopen papier verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
INLEIDING Gefeliciteerd met de aanschaf van deze kleurenprinter van Oki Printing Solutions. Uw nieuwe printer is uitgerust met geavanceerde mogelijkheden voor heldere, levendige afdrukken in kleur en scherpe afdrukken in zwart-wit. Uw printer biedt de volgende mogelijkheden: > De ProQ2400-meerlaagstechnologie zorgt voor verfijnde tinten en een vloeiender kleurverloop, zodat uw documenten worden afgedrukt in fotokwaliteit.
> Opslagkast; > Data Protection Kit. PRINTEROVERZICHT VOORAANZICHT 9 13 1 10 2 11 7 4 6 13 8 7 12 3 5 1. Uitvoervak, afgedrukte zijde naar beneden 5. Lampje voor papierniveau. Standaarduitvoervak voor afdrukken. Kan maximaal 350 vel papier van 80 g/m² bevatten. 2. Bedieningspaneel. Menugestuurd bedieningsknoppen en LCDscherm*. 3. Papiercassette Standaardpapiercassette. Kan maximaal 530 vel papier van 80 g/m² bevatten. 4. Universele cassette.
ACHTERAANZICHT Op deze afbeelding wordt het verbindingspaneel, het uitvoervak aan de achterzijde en de locatie van de optionele duplexeenheid (voor dubbelzijdig afdrukken) weergegeven. 5 6 4 7 3 1 2 1. AAN/UIT-knop. 5. USB-interface 2. Netsnoeraansluiting 6. Netwerkinterface.* 3. Duplexeenheid (indien geïnstalleerd). 7. Parallelle interface. 4. Achteruitvoervak, afdrukzijde omhoog.
AANBEVOLEN PAPIER De printer kan allerlei afdrukmedia verwerken, waaronder papier van verschillende gewichten en formaten, transparanten en enveloppen. In deze sectie wordt een algemeen advies gegeven over de keuze van de media en wordt uitgelegd hoe elk type moet worden gebruikt. U krijgt de beste prestaties als u standaardpapier van 75-90 g/m² gebruikt dat is ontworpen voor het gebruik in kopieermachines en laserprinters.
UNIVERSELE CASSETTE In de universele cassette kan papier met dezelfde formaten worden gebruikt als in de cassetteladen, maar kan zwaarder papier worden gebruikt tot maximaal 220 g/m². Voor heel zwaar papier moet u de uitvoerlade aan de achterzijde gebruiken. Als u deze stapelaar gebruikt, wordt het papier in een vrijwel rechte baan door de printer geleid. In de universele cassette kan papier met een breedte uit 76 mm tot 215.9 mm en een lengte uit 127.
PAPIER IN DE PRINTER PLAATSEN CASSETTELADEN 1. Verwijder de papiercassette uit de printer. 2. Waaier het papier aan de korte zijden (1) en de lange zijden (2) uit om ervoor te zorgen dat er geen vellen aan elkaar kleven en tik vervolgens met de zijden van het papier op een vlak oppervlak om er weer een rechte stapel van te maken (3).
3. Plaats het papier (briefhoofdpapier met de bedrukte zijde naar beneden en met de bovenzijde in de richting van de voorkant van de printer), zie afbeelding. b a b c 4. Stel de achterste schuif (a) en de papiergeleiders (b) in op het gebruikte papierformaat. Vastlopen van papier voorkomen: > Laat geen ruimte vrij tussen het papier en de geleiders, en het papier en de achterste schuif. > Plaats niet te veel papier in de papiercassette.
> Sluit de papiercassette voorzichtig. > Als u over twee papiercassetten beschikt en u drukt af vanuit de 1e cassette (bovenste cassette), kunt u de 2e cassette (onderste cassette) er tijdens het afdrukken uittrekken om papier bij te vullen. Als u echter afdrukt vanuit de 2e cassette (onderste cassette), moet u de 1e cassette (bovenste cassette) niet uit de printer trekken. Als u dit doet, loopt het papier vast.
UNIVERSELE CASSETTE 1. Open de universele cassette (a). 2. Vouw de papiersteunen uit (b). a c d b d 3. Druk de papiersteun (c) voorzichtig naar beneden om ervoor te zorgen dat de steun vastklemt in de onderste stand. 4. Plaats het papier en stel de papiergeleiders (d) in op het gebruikte papierformaat. > Voor enkelzijdig afdrukken op briefhoofdpapier plaatst u het papier in de universele cassette met de bedrukte zijde omhoog en de bovenrand in de printer.
WERKING HET APPARAAT GEBRUIKEN > Raadpleeg de Printing Guide (Afdrukhandleiding) en de Barcode Guide (Barcodehandleiding). Hierin staat uitgebreide informatie over het gebruik van de printer en optionele accessoires voor het efficiënt en effectief verwerken van afdruktaken. > Voor complete informatie over het openen en gebruik van de printerbeveiligingsfuncties raadpleegt u de Security Guide (Beveiligingsgids).
MENUFUNCTIES Deze sectie biedt een overzicht van de menu’s die via de knoppen op het bedieningspaneel van de printer toegankelijk zijn en op het LCD-scherm kunnen worden weergegeven. BEDIENINGSPANEEL: 2 3 7 4 8 1 R 9 C M Y K 10 5 1. LED READY 6 AAN: klaar om gegevens te ontvangen. 2. Scherm Geeft de printerstatus en eventuele foutberichten weer. 4. Knop Online Hiermee schakelt u tussen ONLINE en OFFLINE. KNIPPERT: de gegevens worden verwerkt. UIT: offline. 3.
7. Knop Enter 8. Knop Annuleren In de modus ONLINE of OFFLINE: hiermee stelt u de menumodus in. In de Menumodus: hiermee bepaalt u de geselecteerde instelling. Hiermee verwijdert u de gegevens die worden afgedrukt of ontvangen wanneer de knop twee seconden of langer ingedrukt houdt.
DE INSTELLINGEN WIJZIGEN - BEHEERDER U kunt elke categorie in het gebruikersmenu INSCHAKELEN of UITSCHAKELEN. Uitgeschakelde categorieën worden niet weergegeven in het gebruikersmenu. Alleen een systeembeheerder kan deze instellingen wijzigen. 1. Schakel de printer uit. Schakel de printer IN terwijl u op de knop Enter drukt. Wanneer het Boot Menu wordt weergegeven, laat u de knop los. 2. Druk op de knop Enter. 3.
MENU CONFIGURATIE ITEM ACTIE BESCHRIJVING Aantal afdrukken Cassette 1 Kies het item om het totale aantal afgedrukte pagina's van de desbetreffende cassette weer te geven. Cassette 2* Cassette 3* Universele cassette *Opmerking: alleen beschikbaar wanneer de optionele cassettes aanwezig zijn. Levensduur EP-cartridge, cyaan EP-cartridge, magenta Selecteer een item om het percentage van het resterende verbruiksartikel weer te geven.
MENU INFO AFDRUKKEN Via dit menu kunt u snel nagaan welke items er op de printer beschikbaar zijn. ITEM ACTIE BESCHRIJVING Configuratie Uitvoeren Selecteer Uitvoeren om een configuratierapport af te drukken. Netwerk Uitvoeren Schuif omlaag naar deze parameter en selecteer Uitvoeren om netwerkinformatie af te drukken. Demo 1 Uitvoeren Schuif omlaag naar deze parameter en selecteer Uitvoeren om een voorbeeldpagina af te drukken.
BEVEILIGDE TAAK AFDR. OPMERKING: Alleen aanwezig als een optionele vaste schijf is aangesloten. ITEM ACTIE BESCHRIJVING Encrypted opdracht Niet gevonden Wordt gebruikt voor het afdrukken van een gecodeerde verificatieafdruktaak (Encrypted opdracht) die op de vaste schijf is opgeslagen. Print Verwijderen Nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd, wordt 'Zoek opdracht' weergegeven totdat een taak die bij het wachtwoord hoort, is gevonden.
ITEM Opgeslagen taak ACTIE BESCHRIJVING Niet gevonden Wordt gebruikt om een taak af te drukken die op een vaste schijf is opgeslagen. Afdrukken Verwijderen Niet gevonden wordt weergegeven als een bestand dat kan worden afgedrukt, niet beschikbaar is. Het volgende bericht wordt weergegeven als een afdrukbaar bestand beschikbaar is. Opgeslagen taak Afdrukken Verwijderen Wanneer u Afdrukken selecteert, wordt Aantal instellen weergegeven en kunt u het aantal af te drukken pagina's opgeven.
MENU'S ITEM ACTIE BESCHRIJVING Cassetteconfiguratie Papierinvoer Selecteer de cassette (standaardinstelling die met * wordt aangegeven). Selecteer door te schuiven en druk op de knop Enter. Standaard: Cassette 1 schakelt automatisch AAN/uit (standaardinstelling die met *wordt aangegeven). Selecteer door te schuiven en druk op de knop Enter. Autom.cassette sel.
ITEM ACTIE BESCHRIJVING Cassetteconfiguratie (vervolg) Configuratie univ. cassette Configureren Papierformaat/Papiersoort/ Papiergewicht/Cassettegebruik. Definieert de standaardinstelling (wordt met * aangegeven). Selecteer door te schuiven en druk op de knop Enter. Papierformaat: A4/A5/A6/B5/ Legal 14/Legal 13,5/ Legal 13/Letter/ Executive/ Aangepast/ Com-9-envelop Com-10-envelop Monarch-envelop DL-envelop/C5 Gebruikerstype 1 tot en met 5 wordt alleen weergegeven bij registratie vanaf de host-pc.
ITEM ACTIE BESCHRIJVING Systeemaanpassing Tijd energiespaarst. Standaard: 30 Kies 5/10/15/30/60 minuten (standaardinstelling wordt aangegeven met *). Selecteer door te schuiven en druk op de knop Enter. Te wissen bericht ONLINE Selecteer uit: ONLINE/Taak (standaardinstelling wordt aangegeven met *). Selecteer door te schuiven en druk op de knop Enter. Alleen PS-taak. Uit Kies Aan/Uit (standaardinstelling wordt aangegeven met *). Selecteer door te schuiven en druk op de knop Enter .
ITEM ACTIE Systeemaanpassing (vervolg) BG instelling BESCHRIJVING +3/+2/+1/-1/ -2/-3/ Standaard: 0 Wordt gebruikt voor het corrigeren van variaties in afdrukresultaten die veroorzaakt worden door verschillen in temperatuur/vochtigheid en verschillen in afdrukdichtheid/frequentie. Wijzig deze instelling als de achtergronddichtheid te donker is. Reinigen van drums Hiermee geeft u aan of de niet-actieve EPcartridge vóór het afdrukken wordt gedraaid om horizontale witte strepen te beperken.
BEHEERDERSINST. ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING Invoeren xxxxxxxxxxxx Geef een wachtwoord op voor toegang tot het menu Beheerdersinst. Het wachtwoord moet uit zes tot twaalf alfanumerieke tekens bestaan. De standaardwaarde is "aaaaaa". Netwerkinst. TCP/IP Inschakelen Hiermee stelt u het TCP/IP-protocol in. Uitschakelen Inschakelen: het TCP/IP-protocol is beschikbaar. Uitschakelen: het TCP/IP-protocol is niet beschikbaar. IP Versie IP v4 Hiermee stelt u de IP-versie in.
ITEM Netwerk Instellingen (vervolg) SNMP Netwerk Schaal INSTELLINGEN BESCHRIJVING Inschakelen Hiermee schakelt u SNMP in of uit. Uitschakelen Inschakelen: SNMP is beschikbaar. Uitschakelen: SNMP is niet beschikbaar. TCP/IP of Netware moet zijn ingeschakeld. Normaal Wanneer Normaal is geselecteerd, kan het netwerk op efficiënte wijze functioneren, zelfs wanneer het is aangesloten op een HUB die een spanning tree-functie heeft.
ITEM Afdrukinstellingen (vervolg) Monochrome snelheid INSTELLINGEN BESCHRIJVING Auto Hiermee stelt u de snelheid voor monochroom afdrukken in. De pagina wordt met de geschiktste snelheid afgedrukt als u Automatisch instelt. Kleurensnelheid Normale snelheid High Quality U drukt altijd met de kleurenafdruksnelheid af als u Kleur instelt. U drukt altijd met de monochroomsnelheid af als u Normaal instelt.
ITEM PS-instelling Netwerk Protocol INSTELLINGEN BESCHRIJVING ASCII/RAW Hiermee geeft u de PS-communicatieprotocolmodus voor gegevens van de NIC-poort op. (In de modus RAW is Ctrl-T ongeldig). Alleen PSmodellen. Parallel protocol ASCII/RAW Hiermee geeft u de PS-communicatieprotocolmodus voor gegevens van de Centronics-poort op. (In de modus RAW is Ctrl-T ongeldig). Alleen PSmodellen. USBprotocol ASCII/RAW Hiermee geeft u de PS-communicatieprotocolmodus voor gegevens van de USB-poort op.
ITEM PCLinstellingen (vervolg) CR-functie INSTELLINGEN BESCHRIJVING CR/CR+LF Stelt de actie in wanneer CR-code in PCL wordt ontvangen. CR: regeleinde CR+LF: regeleinde en nieuwe regel LF-functie LF/LF+CR Stelt de actie in wanneer LF-code in PCL wordt ontvangen. LF: nieuwe regel LF+CR: nieuwe regel en regeleinde Afdrukmarge Normaal 1/5 inch 1/6 inch Hiermee stelt u het niet-afdrukbare gebied van het papier in.
ITEM IBM PPRinstellingen Tekenafstand INSTELLINGEN BESCHRIJVING 10 CPI Geeft de tekenbreedte in IBM PPR-emulatie aan. 12 cpi 17 cpi 20 cpi Proportioneel Versmald lettertype 12 cpi naar 20 cpi Geeft een breedte van 12 cpi voor de modus Versmald aan. 12 cpi naar 12 cpi Tekenset SET-2 Hiermee stelt u een tekenset in. Symbolenset IBM 437 Hiermee stelt u de symbolenset voor IBM PPR in (zie het bedieningspaneel van het apparaat voor een volledig overzicht).
ITEM EPSON FXinstellingen Tekenbreedte INSTELLINGEN BESCHRIJVING 10 CPI/12 cpi/17 cpi Geeft de tekenbreedte in de Epson FX-emulatie aan. 20 cpi/ Proportioneel Tekenset SET-2 Hiermee stelt u een tekenset in. SET-1 Symbolenset IBM 437 Hiermee stelt u de symbolenset voor Epson FXemulatie in. (Zie het bedieningspaneel van het apparaat voor een volledig overzicht.) Karakter O Inschakelen/ Uitschakelen Hiermee geeft u de stijl waarmee ø (9B) en ¥ (9D) door ø (ou) en Ø (nul) worden vervangen.
ITEM Kleurinstellingen Inktsimulatie INSTELLINGEN BESCHRIJVING Uit Het apparaat heeft een eigen processimulatie-engine die standaardkleuren in de printer simuleert. SWOP Deze functie is alleen beschikbaar voor taken in de PStaal. Euroscale Japan UCR Laag Hiermee stelt u de beperking voor de dikte van de tonerlaag in. Medium Als bij donkere afdrukken het papier krult, kunt u Medium of Licht selecteren om de krulling te helpen verminderen. Hoog UCR = Under Color Removal.
ITEM HDDinstellingen INSTELLINGEN BESCHRIJVING Dit item wordt alleen weergegeven wanneer een vaste schijf is geïnstalleerd. Initialiseren Uitvoeren Hiermee initialiseert u de standaardfabrieksinstelling voor de vaste schijf. Het apparaat partitioneert de vaste schijf en initialiseert de partities. Wanneer dit menu wordt uitgevoerd, wordt het volgende bevestigingsbericht weergegeven. Weet u het zeker? Ja/Nee Wanneer u Nee selecteert, keert u terug naar het vorige menu.
ITEM HDDinstellingen (vervolg) Partitie formatteren INSTELLINGEN BESCHRIJVING PCL Hiermee formatteert u een opgegeven partitie. Standaard Wanneer u op de knop Enter drukt, wordt het volgende bevestigingsbericht weergegeven. PS Weet u het zeker? Ja/Nee Wanneer u Nee selecteert, keert u terug naar het vorige menu. Wanneer u Ja selecteert, wordt het volgende bevestigingsbericht weergegeven. Nu uitvoeren? Ja/Nee Wanneer u Nee selecteert, keert u terug naar het vorige menu.
KALIBRATIE ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING Autom. dichtheidmod Aan/Uit Hiermee schakelt u de modus voor automatische dichtheid in of uit. Dichtheid aanpassen Uitvoeren Wanneer u Uitvoeren selecteert, wordt de dichtheid onmiddellijk aangepast en wordt dit in de TRCcompensatie weerspiegeld. U moet deze aanpassing uitvoeren wanneer de printer niet-actief is. De aanpassing kan in een andere staat ongeldig raken. Registratie aanp.
AFDRUKSTATISTIEKEN ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING Invoeren XXXX Hiermee stelt u een wachtwoord in voor het menu Afdrukstatistieken. De standaardwaarde is "0000". Het wachtwoord voor toegang tot Afdrukstatistieken wijkt af van het wachtwoord voor toegang tot FunctiesBeheerdersinst. De categorie 'Afdrukstatistieken' wordt niet weergegeven als de functie Afdrukstatistieken niet wordt ondersteund.
MENU (BOOT) VAN BEHEERDER Dit menu is alleen toegankelijk voor systeembeheerders. Voor toegang tot dit menu volgt u de instructies in 'De instellingen wijzigen - beheerder' op pagina 18. Dit menu is alleen ENGELSTALIG (standaardinstellingen zijn vetgedrukt). Parallel Setup In dit menu wijzigt u de werking van de parallelle gegevensinterface van de printer. ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING Enter Password xxxxxxxxxxxx Geef een wachtwoord op voor toegang tot het menu Beheerdersinst.
ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING Serial Number Enable / Disable Hiermee geeft u aan of een USB-serienummer moet worden INGESCHAKELD of UITGESCHAKELD. Het USB-serienummer wordt gebruikt om het USBapparaat te identificeren dat op uw pc is aangesloten. Wanneer u instellingen in het USB-menu hebt gewijzigd, zet u de printer UIT en vervolgens weer AAN. Security Setup Alleen beschikbaar wanneer een vaste schijf (optie) is aangesloten.
ITEM INSTELLINGEN BESCHRIJVING Erase HDD Uitvoeren Hiermee verwijdert u alle gegevens die op de vaste schijf zijn opgeslagen. De reinigingsformule DoD 5220.22-M wordt gebruikt om de schijf te wissen. Het apparaat wordt na het wijzigen van de instelling opnieuw opgestart. Het volgende bericht wordt weergegeven nadat u op Enter hebt gedrukt. Are You Sure? Yes No Wanneer u No selecteert, keert u terug naar het bronmenu.
VERBRUIKSMATERIALEN VERVANGEN In deze sectie wordt uitgelegd hoe u de verbruiksmaterialen vervangt als dat nodig is. Als richtlijn kunt u voor de verwachtte gebruiksduur van deze materialen het volgende aanhouden: TONER: STARTERCARTRIDGE: Het apparaat wordt geleverd met voldoende zwarte, cyaan, magenta en gele toner voor ongeveer 3.500 pagina's bij een dekking van 5%. De EP-cartridge kan hiermee de eerste keer worden geladen.
TONERCARTRIDGE VERVANGEN OPMERKING: Wanneer op het LCD het bericht TONER BIJNA OP wordt weergegeven, of wanneer de afdrukken vaag zijn, opent u eerst het bovendeksel en tikt u een aantal malen op de cartridge om het tonerpoeder gelijkmatig te verdelen. Op deze manier haalt u het meeste uit uw tonercartridge. LET OP! Om verspilling van toner en mogelijke fouten van de tonersensor te voorkomen moet u de tonercartridge(s) pas vervangen wanneer de melding 'TONER LEEG' wordt weergegeven.
2. Let op de posities van de vier cartridges. 1 2 3 4 6 (a) 1. Cyaan cartridge 2. Magenta cartridge 3. Gele cartridge 4. Zwarte cartridge Trek de gekleurde ontgrendelingshendel op de cassette die moet worden vervangen, volledig naar de voorzijde van de printer. 2b 2a (b) Til de rechterzijde van de cassette op en trek de cassette vervolgens naar rechts om de linkerzijde los te maken. Haal de tonercassette uit de printer. 3.
6. Schud de nieuwe cartridge een aantal keren voorzichtig heen en weer om de toner in de cartridge los te maken en gelijkmatig te verdelen. 7. Verwijder nu het verpakkingsmateriaal en trek het tape van de onderzijde van de cartridge. 8. Houd de cartridge aan de bovenzijde in het midden vast met de gekleurde hendel rechts. Laat de cartridge in de printer zakken op de drumeenheid waaruit u de oude cartridge hebt verwijderd. 9.
11. Neem het oppervlak van de LED-kop voorzichtig af met een zachte doek. 11 12 LET OP! Om verspilling van toner en mogelijke fouten van de tonersensor te voorkomen moet u de tonercartridge(s) pas vervangen wanneer de melding 'TONER LEEG' wordt weergegeven. 12. Sluit tot slot de kap aan de bovenzijde van de printer en druk de kap aan beide zijden stevig naar beneden om deze goed te vergrendelen.
EP-CARTRIDGE VERVANGEN. LET OP! Ga voorzichtig met deze apparaten om. Ze zijn gevoelig voor statische elektriciteit. De printer bevat vier image drums: cyaan, magenta, geel en zwart. 1. Druk op de knop voor het openen van het printerdeksel en open het deksel volledig. WAARSCHUWING! Als de printer ingeschakeld is geweest, is de fuser heet. Dit gebied is duidelijk gemarkeerd. Raak dit gedeelte van de printer niet aan. 2. Let goed op de plaatsen van de vier tonercartridges (a) en de EP-cartridges (b).
4. Plaats beide voorzichtig op een vel papier om te voorkomen dat de toner vlekken maakt op uw meubilair en om te voorkomen dat het groene drumoppervlak beschadigd raakt. LET OP! Het groene oppervlak van de EP-cartridge aan de onderzijde van de Id-eenheid is heel kwetsbaar en lichtgevoelig. Raak het oppervlak niet aan en stel het niet langer dan 5 minuten bloot aan normaal licht.
8. Plaats de tonercartridge op de nieuwe EP-cartridge, zoals is weergegeven. Druk de linkerzijde van de cartridge eerst naar beneden en laat vervolgens de rechterzijde zakken. (Het is niet nodig om nu ook een nieuwe tonercartridge te plaatsen, tenzij het resterende tonerniveau erg laag is.) 1 2 9. Duw de gekleurde ontgrendelingshendel van u af om de tonercartridge te vergrendelen op de nieuwe EP-cartridge zodat er toner naar de cartridge kan worden overgebracht. 10.
DE TRANSPORTBAND VERVANGEN De transportband bevindt zich onder de vier EP-cartridges. Deze eenheid moet worden vervangen nadat er ongeveer 60.000 pagina's zijn afgedrukt. Schakel de printer uit en laat de fuser ongeveer 10 minuten afkoelen voordat u de kap opent. 1. Druk op de knop voor het openen van het printerdeksel en open het deksel volledig. WAARSCHUWING! Als de printer ingeschakeld is geweest, is de fuser heet. Dit gebied is duidelijk gemarkeerd. Raak dit gedeelte van de printer niet aan. 2.
4. Zoek de twee bevestigingen (a) aan beide zijden van de band en zoek de greep (b) aan de voorzijde. a c b a 5. Draai de twee bevestigingen 90° naar links. Hierdoor komt de band los van de printerbehuizing. 6. Trek de greep (b) omhoog zodat de band aan de voorzijde omhoog komt en trek de transportband (c) uit de printer. 7. Laat de nieuwe transportband op zijn plaats zakken, met de greep aan de voorzijde en het drijfwerk aan de achterzijde van de printer.
DE FUSER VERVANGEN De fuser zit in de printer direct achter de vier EP-cartridges. WAARSCHUWING Als de printer kortgeleden nog is ingeschakeld geweest, zijn sommige fuseronderdelen erg heet. Ga heel voorzichtig met de fuser om en houd de fuser alleen vast bij de greep, die slechts warm aanvoelt. Een waarschuwingsetiket geeft duidelijk dit gebied aan. Als u twijfelt, schakelt u de printer uit en wacht u minimaal 10 minuten om de fuser te laten afkoelen voordat u de kap van de printer opent. 1.
8. Duw de twee hendels (a) waarmee de fuser wordt vergrendeld naar de achterzijde van de printer om de fuser vast te zetten. a 9. Sluit tot slot de kap aan de bovenzijde van de printer en druk de kap aan beide zijden stevig naar beneden om deze goed te vergrendelen. DE LED-KOP REINIGEN Reinig de LED-koppen wanneer de afdrukken onduidelijk zijn, witte lijnen vertonen of wanneer de tekst vaag is. 1. Schakel de printer uit en open de bovenkap. 2.
UPGRADES INSTALLEREN In deze sectie wordt uitgelegd hoe u optionele apparatuur in uw printer installeert. Dit zijn: > duplexeenheid (dubbelzijdig afdrukken); pagina 55: > extra RAM-geheugen; pagina 56 > vaste schijf; pagina 59 > extra papiercassette(s); pagina 61 > kast; pagina 62 > Data Protection Kit.
DUPLEXEENHEID Met de duplexeenheid hebt u de mogelijkheid om dubbelzijdig af te drukken, waarbij u minder papier gebruikt en grote documenten handzamer worden. U kunt ook boekjes afdrukken, waarbij u nog minder papier gebruik en grote documenten nog handzamer worden. De duplexeenheid kan recht in de achterzijde van de printer worden geschoven. U hebt hiervoor geen gereedschap nodig. 1. Pak de nieuwe eenheid uit en verwijder alle transportmaterialen. 2. Schakel de printer uit.
GEHEUGENUITBREIDING Het basisprintermodel is uitgerust met 256 MB geheugen. Dit kan worden uitgebreid met een extra geheugenkaart van 256 MB of 512 MB, hetgeen resulteert in een maximale geheugencapaciteit van 768 MB. De installatie kost een paar minuten en u heeft hiervoor een middelgrote kruiskopschroevendraaier nodig. 1. Schakel de printer uit en verwijder het netsnoer. O 2. I Druk op de knop voor het openen van het printerdeksel en open het deksel volledig.
5. Til de rand van de zijklep iets op en trek de klep aan de bovenkant naar u toe. Til de klep iets op om deze van de printer te verwijderen. Plaats de klep op een veilige plaats naast de printer. 6. Haal de nieuwe geheugenkaart voorzichtig uit de verpakking. Probeer de kaart alleen aan de korte zijden vast te houden en raak geen metalen onderdelen aan. Raak ook de connector op de rand niet aan. 7.
13. Sluit de zijklep van de printer en draai de schroef die u in stap 4 hebt verwijderd, weer vast. 14. Sluit de voorklep en de kap aan de bovenzijde, en druk de kap aan beide zijden stevig naar beneden om deze goed te vergrendelen. 15. Sluit het netsnoer weer aan en schakel de printer in. 16. Wanneer de printer gereed is, drukt u op de volgende wijze een menuoverzicht af: 17. (a) Druk op de knop Enter.
VASTE SCHIJF De optionele interne vaste schijf (HDD) maakt het mogelijk om afgedrukte pagina's te sorteren en kan worden gebruikt om overlays, macro's en lettertypen op te slaan. U kunt ook documenten opslaan die zijn beveiligd of die moeten worden gecontroleerd, en die wachten om te worden afgedrukt. De installatie kost een paar minuten en u hebt hiervoor een middelgrote kruiskopschroevendraaier nodig. 1. Schakel de printer uit en verwijder het netsnoer. O 2.
4. Verwijder de schroef (a) waarmee de rechterklep is vastgezet. Til de rand van de zijklep iets op en trek de klep aan de bovenkant naar u toe. Til de klep iets op om deze van de printer te verwijderen. Plaats de klep op een veilige plaats naast de printer. 4. a 5. 5. Sluit het uiteinde van de verbindingskabel (a) aan op de connector van de schijf (b) in de printer. b a c 6. Draai de twee duimschroeven vast (c). 7.
10. 11. Wanneer de printer gereed is, drukt u op de volgende wijze een menuoverzicht af: (a) Druk op de knop Enter. (b) Druk op de knop Menu omhoog en vervolgens op de knop Enter om het menu Info afdrukken weer te geven. (c) Selecteer Configuratie met de knop Enter. (d) Druk nogmaals op de knop Enter om het menu Configuratie te openen. (e) Als het configuratieoverzicht is afgedrukt, drukt u op Online om het menusysteem af te sluiten. Bekijk de eerste pagina van het menuoverzicht.
PRINTERSTUURPROGRAMMA'S VAN WINDOWS BIJWERKEN Nadat u de upgrades hebt geïnstalleerd, moet u het printerstuurprogramma van Windows bijwerken om de extra functies beschikbaar te maken voor uw Windows-toepassingen. Als u de printer deelt met gebruikers op andere computers, moet het printerstuurprogramma ook op die computers worden bijgewerkt. De afbeeldingen die hier worden weergegeven, hebben betrekking op Windows XP.
> Als de Data Protection Kit beschadigd raakt, werkt de printer niet. LET OP! Wanneer u de voeding uitschakelt, moet u het menu Shutdown gebruiken.
VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN Als u de aanbevelingen in deze handleiding over het gebruik van afdrukmedia opvolgt en u de media in goede staat houdt, levert de printer jarenlang betrouwbare prestaties. Toch kan het papier af en toe vastlopen. In deze sectie wordt uitgelegd hoe u dit vastgelopen papier snel en eenvoudig verwijdert. Papier kan vastlopen als het verkeerd wordt ingevoerd vanuit de papiercassette of op elk punt van de papierbaan in de printer.
FOUTCODES VAN DE PAPIERSENSOR 382 381 380, 400 390 383 370 391 373 392 371 372 CODENR. PLAATS CODENR. PLAATS 370 Duplexeenheid * 382 Papieruitvoervak 371 Duplexeenheid * 383 Duplexeenheid * 372 Duplexeenheid * 390 Universele cassette 373 Duplexeenheid * 391 Papiercassette 380 Papierinvoer 392 2e papiercassette * 381 Papierbaan 400 Papierformaat * (indien geïnstalleerd). 1.
3. Let goed op de plaatsen van de vier tonercartridges (a) en de EP-cartridges (b). Het is van essentieel belang dat ze in dezelfde volgorde worden teruggeplaatst. a b U moet alle vier EP-cartridges verwijderen om bij het papierpad te kunnen. 4. Pak de cyaan EP-cartridge aan de bovenkant in het midden vast en til deze samen met de bijbehorende tonercartridge uit de printer. 5.
6. Herhaal deze procedure voor de overige drumeenheden. 7. Kijk in de printer of er vellen papier bij de transportband zichtbaar zijn. 4 3 2 1 LET OP! Gebruik geen scherpe of schurende voorwerpen om de vellen van de band af te halen. Hierdoor kan het oppervlak van de band beschadigd raken. (a) Als u een vel aan de voorzijde van de band (1) moet verwijderen, tilt u het vel voorzichtig van de band en trekt u het vel naar voren in de interne cartridgeruimte en haalt u het vel eruit.
van het vel te halen en trekt u het vel er via de drumruimte uit. Laat de ontgrendelingshendel weer los. OPMERKING: Als het vel al een heel eind in de fuser is ingevoerd en er nog slechts een klein gedeelte van het vel zichtbaar is, moet u niet proberen het vel uit de fuser te trekken. Volg de onderstaande stappen. (d) Als u een vel uit de fuser wilt halen, duwt u de twee hendels (a) waarmee de fuser wordt vergrendeld naar de achterzijde van de printer om de fuser los te maken.
Houd de complete set aan de bovenzijde in het midden vast en laat de set op zijn plaats in de printer zakken, waarbij u de voetjes in de uitsparingen aan de zijkanten van de printerruimte plaatst. 9. Sluit de kap aan de bovenzijde van de printer, maar druk deze nog niet helemaal aan. Zo worden de EP-cartridges niet blootgesteld aan fel licht, terwijl u de overgebleven gebieden controleert op vastgelopen papier. 10.
12. Als u een duplexeenheid hebt aangesloten, tilt u hendel (a) op en laat u het deksel van de duplexeenheid zakken, en trekt u eventuele vellen papier uit de ruimte. Sluit het deksel van de duplexeenheid. a 13. Trek de universele cassette omlaag aan de holtes (b). Til de ontgrendeling van de klep aan de voorzijde op en laat de voorklep zakken. 14. Controleer of er vellen zijn vastgelopen, verwijder eventuele vellen die u vindt en sluit de klep. 15. Trek de papiercassette uit de printer.
16. Sluit tot slot de kap aan de bovenzijde van de printer en druk de kap stevig naar beneden om deze goed te vergrendelen. Als het vastgelopen papier is verwijderd en als Opheffing papierstoring is ingesteld op AAN in het menu Systeemconfiguratie, probeert de printer de pagina's die bij het vastlopen van het papier verloren zijn gegaan, opnieuw af te drukken.
SPECIFICATIES C710 - N31191B ITEM SPECIFICATIE Afmetingen 435 x 536 x 370 mm (b x d x h) zonder duplexeenheid Gewicht Ongeveer 27,6 kilo (zonder duplexeenheid) Afdrukmethode Elektronische fotografische methode met blootstelling aan LED-lichtbron Afdruksnelheden 30 pagina’s per minuut in kleur / 32 pagina’s per minuut in zwart-wit Resolutie 600 x 600, 600 x 1200 dpi x 1 bit of 600 x 600 dpi x 2 bit Emulaties PostScript 3 PCL 5c, HP-GL, PCL XL, PCL 6e Epson FX IBM Pro Printer III XL Automatische
ITEM SPECIFICATIE Interfaces USB (Universal Serial Bus) USB-specificatie versie 2.0 Aansluiting: USB type B Kabel: USB-specificatie versie 2.0 (afgeschermd) Overdrachtsmodus: Hoge snelheid (480 MBps + 0,25% maximaal) Netwerk 10 Base T, 100 Base T Parallelle interface IEEE 1284 Levensduur printer 600.000 pagina's of 5 jaar Gebruikscyclus 80.
INDEX A T Afdrukvolgorde uitvoervak (afdrukzijde naar beneden) ........................ 13 uitvoervak (afgedrukte zijde naar boven) .................... 13 Toner vervangen ........................ 43 verwachtte gebruiksduur .................. 42 Transparanten aanbevolen soorten ............ 9 B Band vervangen......................... 50 verwachtte gebruiksduur .................. 42 Bedieningspaneel .................. 16 C U Uitbreidingen geheugen..........................
OKI CONTACTGEGEVENS Oki Systems (Holland) b.v. Neptunustraat 27-29 2132 JA Hoofddorp Helpdesk: 0800 5667654 Tel: 023 5563740 Fax: 023 5563750 Website: www.oki.
Oki Europe Limited Blays House Wick Road Egham Surrey TW20 0HJ United Kingdom Tel: +44 (0) 208 219 2190 Fax: +44 (0) 208 219 2199 www.okiprintingsolutions.com 07088111 iss.