Operation Manual
Aanbevolen papier > 11
A
ANBEVOLEN
PAPIER
De printer kan allerlei afdrukmedia verwerken, waaronder papier van verschillende gewichten en
formaten, transparanten en enveloppen. In deze sectie wordt een algemeen advies gegeven
over de keuze van de media en wordt uitgelegd hoe elk type moet worden gebruikt.
U krijgt de beste prestaties als u standaardpapier van 75-90 g/m² gebruikt dat is
ontworpen voor het gebruik in kopieermachines en laserprinters.
Het gebruik van papier met veel reliëf of papier met een ruw oppervlak wordt niet
aangeraden.
Voorbedrukt papier
Enveloppen
Enveloppen moeten in de universele lade worden geplaatst.
Transparanten
Transparanten moeten in de universele lade worden geplaatst.
Etiketten
Etiketten moeten in de universele lade worden geplaatst.
LET OP!
Voorbedrukt papier kan worden gebruikt, maar de inkt mag niet
uitlopen wanneer het papier wordt blootgesteld aan de hoge
fusertemperaturen die bij het afdrukproces worden gebruikt.
Bij voortdurend gebruik van voorbedrukt papier kan na enige tijd
de papierdoorvoer nadelig worden beïnvloed waardoor het papier
kan vastlopen. Reinig de rollers van de papierdoorvoer zoals
beschreven op pagina 87.
LET OP!
Enveloppen mogen geen vouwen, krullen of andere vervormingen
hebben. De enveloppen moeten ook zijn voorzien van een
rechthoekige sluitklep met hechtstrip, met lijm die intact blijft
onder de druk van de hete fuser in dit type printer.
Vensterenveloppen zijn niet geschikt.
LET OP!
Transparanten moeten van het type zijn dat speciaal bedoeld is
voor kopieermachines en laserprinters. Vermijd met name het
gebruik van kantoortransparanten die moeten worden beschreven
met speciale stiften. Deze transparanten smelten in de fuser en
veroorzaken schade.
LET OP!
Etiketten moeten ook van het type zijn dat wordt aanbevolen voor
kopieermachines en laserprinters. De etiketvellen moeten geheel
bedekt zijn met etiketten. Andere typen etiketvellen kunnen de printer
beschadigen wanneer de etiketten loslaten tijdens het afdrukproces.