Operation Manual

- 86 -
Onderdelen waarvoor netwerkinstellingen kunnen worden ingesteld
5
5. Netwerkinstellingen
Grijs gemarkeerde tekst geeft de standaardinstelling aan, die in de fabriek is ingesteld.
Onderdeel
Instelling Beschrijving
TELNET
Webbrow-
ser
Conguration
Tool
(invoegtoepas-
sing Network
Setting)
Network
Card Setup
(Windows)
Network
Card
Setup
(Mac)
Frame
Type
Frame Type - - - Automatisch Stel het type frame
in dat de printer
gebruikt voor NetWare.
Doorgaans wordt de
standaardinstelling
gebruikt, die in de fabriek
is ingesteld.
ETHER- II
(ETHERNET-II)
802.2 (IEEE802.2)
803.3 (IEEE802.3)
SNAP (SNAP)
Printer
Naam
Printer Naam - - - [OKI] + [-] +
[naam van de
printer] + [-]
+ [laatste zes
tekens van het
ethernetadres
(alfanumeriek)]
+ [-] + [PR]
Voer de naam van de
printer in voor het
gebruik van een externe
printer. De instelling
moet identiek zijn
aan de instelling die
is opgegeven op de
bestandsserver.
- Afdrukmodus - - - EXTERNE
PRINTER (externe
printer)
Selecteer de modus voor
afdrukserver of de modus
voor externe printer als
bedrijfsmodus voor de
printer.
PSERVER
(afdrukserver)
NetWare-
modus
- - - - NDS Stel de prioriteitsmodus
voor NetWare in.
NDS+BIN
EXTERNE PRINTER
Afdrukserver
Grijs gemarkeerde tekst geeft de standaardinstelling aan, die in de fabriek is ingesteld.
Onderdeel
Instelling Beschrijving
TELNET
Webbrow-
ser
Conguration
Tool
(invoegtoepas-
sing Network
Setting)
Network
Card Setup
(Windows)
Network
Card
Setup
(Mac)
NDS-
structuur
Boomstruc-
tuur
- - - (NULL) Geef de naam van een
NDS-structuur op. Geef
de naam van een boom-
structuur op waartoe een
bestandsserver behoort
die een geregistreerde af-
drukserver heeft. Gebruik
hierbij maximaal 31 alfa-
numerieke tekens.
NDS-con-
text
Context - - - (NULL) Geef de naam van een
NDS-context op. Geef de
naam van een context op
waartoe een afdrukserver
behoort. Gebruik hierbij
maximaal 77 alfanume-
rieke tekens.