Operation Manual
- 127 -
Andere handelingen
5
5. Netwerkinstellingen
Andere handelingen
In deze sectie wordt uitgelegd hoe u de netwerkinstellingen initialiseert en hoe u uw printer en
computer instelt om DHCP te gebruiken.
Netwerkinstellingen
initialiseren
Opmerking
● Deze procedure initialiseert alle netwerkinstellingen.
1 Druk op de knop <ENTER>.
2 Druk op om [Beheerdersinst.] te
selecteren en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
3 Voer het beheerderswachtwoord in met
behulp van het toetsenblok met tien
toetsen.
Het standaard beheerderswachtwoord, dat in de
fabriek is ingesteld, is "aaaaaa".
4 Druk op de knop <ENTER>.
5 Zorg ervoor dat [Netwerk instellingen]
is geselecteerd en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
6 Druk op om [Fabrieks instellingen?]
te selecteren en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
7 Zorg ervoor dat [Uitvoeren] is
geselecteerd en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
De netwerkinstellingen worden geïnitialiseerd.
DHCP gebruiken
U kunt een IP-adres verkrijgen van de DHCP-
server.
Opmerking
● U hebt beheerdersrechten nodig.
Memo
● U kunt een IP-adres verkrijgen van de BOOTP-server.
DHCP-server congureren
DHCP wijst een IP-adres toe aan elke host in het
TCP/IP-netwerk.
Opmerking
● De printer moet een statisch IP-adres hebben als u wilt
afdrukken via een netwerk. Voor meer informatie over
hoe u een statisch IP-adres toewijst, raadpleegt u de
handleiding van uw DHCP-server.
Memo
● De volgende besturingssystemen worden ondersteund:
- Windows Server 2008 R2, Windows Server 2008 en
Windows Server 2003
● De volgende stappen worden uitgelegd met behulp
van Windows Server 2008 als voorbeeld. De stappen
en de menu's kunnen verschillen afhankelijk van het
besturingssysteem dat u gebruikt.
1 Klik op [starten] en selecteer
vervolgens [Systeembeheer] >
[Serverbeheer].
Als [DHCP] al wordt weergegeven in
[Systeembeheer], gaat u verder met stap 8.
2 Selecteer [Functies toevoegen] in het
gedeelte [Functieoverzicht].
3 In de [Wizard Functies toevoegen]
klikt u op [Weiter].
4 Selecteer [DHCP Server] en klik
vervolgens op [Weiter].
5 Volg de instructies op het scherm en
congureer vervolgens waar nodig de
instellingen.
6 In het venster [Selectie voor
installatie bevestigen] controleert u
de instellingen. Vervolgens klikt u op
[Installeren].