Operation Manual
- 52 -
2. Instellen
Handmatige instelling
Als uw draadloze apparaten geen WPS-PBC (drukknop) ondersteunen, kunt u de [SSID
(SSID)] en het [Password (Wachtwoord)] van het apparaat invoeren op uw draadloze
apparaten om verbinding te maken met de draadloze LAN.
1
Schakel de machine in.
Als het bericht [Do you want to Set-up wireless? (Wilt u draadloos instellen?)] verschijnt, druk op de knop om
[No (Do not show next time) (Nee (Niet opnieuw weergeven))] te selecteren en druk vervolgens op de (OK).
2
Druk op de knop [SETTING (OPTIES...)].
3
Druk verschillende malen op de knop om [Admin Setup (Beheerdersinst.)]
te selecteren en druk op de knop .
4
Geef het beheerderswachtwoord in op het scherm voor het ingeven van
beheerderswachtwoord en druk vervolgens op de (OK).
Het standaard beheerderswachtwoord dat in de fabriek is ingesteld, is "999999". Als
het beheerderswachtwoord wordt gewijzigd, voert u het bijgewerkte wachtwoord in.
5
Druk op de knop of op de knop [Network Menu (Menu Netwerk)] en
druk op de .
6
Controleer of [Network Setting (Netwerkinstelling)] geselecteerd is en druk
dan vervolgens op de knop .
7
Druk op de knop op de knop om [Wireless(AP Mode) Setting (Instelling
Draadloos(AP-modus))] te selecteren en druk op de .
8
Controleer dat het scherm het bericht [Cannot be used simultaneously with
wireless (infrastructure). (Kan niet tegelijkertijd met draadloos (infrastructuur)
worden gebruikt.)] enkele seconden weergeeft en [Enable (Inschakelen)]
geselecteerd is op het scherm [Please enable/disable wireless (AP-mode)
(Schakel draadloos (AP-modus) in/uit.)]. Druk op (OK).
9
Knop om [Manual Setup (Handmatige set up)] te installeren op het [Please
set wireless (AP mode) (Stel draadloos (AP modus))] scherm en druk
vervolgens op de .
10
Controleer de [SSID (SSID)] en [Password (Wachtwoord)] van de machine.
11
Voer de [SSID (SSID)] en het [Password (Wachtwoord)] in die u in stap 10
aangegeven heeft om het apparaat en uw draadloze apparaat te verbinden.
12
Druk op tot het bovenste venster wordt weergegeven.