VOORWOORD We hebben ernaar gestreefd de informatie in dit document volledig, accuraat en up-to-date weer te geven. De fabrikant is niet aansprakelijk voor de gevolgen van fouten waarvoor deze niet verantwoordelijk is. De fabrikant kan ook niet garanderen dat wijzigingen in software en apparatuur die zijn aangebracht door andere fabrikanten en waarnaar in deze handleiding wordt verwezen, geen invloed hebben op de toepasbaarheid van de informatie in de handleiding.
EERSTE HULP BIJ ONGEVALLEN Wees behoedzaam met tonerpoeder: Indien er tonerpoeder is ingeslikt, moet de persoon kleine hoeveelheden koud water drinken. Raadpleeg onmiddellijk een arts. NIET laten braken. Indien er tonerpoeder wordt ingeademd, moet de persoon naar buiten worden gebracht voor frisse lucht. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Indien er tonerpoeder in de ogen is terechtgekomen, dienen deze gedurende ten minste 15 minuten met veel water te worden uitgespoeld terwijl de ogen geopend blijven.
INHOUDSOPGAVE Voorwoord..................................................................................................................... Eerste hulp bij ongelukken ....................................................................................... Fabrikant ............................................................................................................... Import in de EU/Erkend vertegenwoordiger ................................................................ Milieu-informatie ..........
Kiespauze invoegen ............................................................................................... Kiezen met opgelegde hoorn .................................................................................. Nummerherkenning (CLIP) ..................................................................................... Gemiste telefoongesprekken ................................................................................... 30 30 30 30 Telefoonboek van het toestel .......................
Kopieerapparaat .......................................................................................................... Documenten invoeren ............................................................................................ Kopieën met standaardinstellingen maken ................................................................ Een kopie met standaardinstellingen maken....................................................... Meerdere kopieën met standaardinstellingen maken .........................
Lijsten en berichten afdrukken ................................................................................ Functielijst afdrukken ..................................................................................... Telefoonboek uitprinten .................................................................................. Faxjournaal/oproeplijst afdrukken .................................................................... Opdrachtenlijst printen .........................................................
TIPS EN GEVAAR! Opmerking Tips en Trucs Een tip bevat aanvullende informatie die de hoofdtekst aanvult. Apparatuurschade en gegevensverlies! VOORZICHTIG! Apparatuurschade en gegevensverlies! Dit symbool waarschuwt voor schade aan het apparaat evenals mogelijk gegevensverlies. Ondeskundig gebruik kan tot deze schade leiden. GEVAAR! Gevaar voor personen! “Gevaar“ geeft nadere informatie die, als ze niet wordt opgevolgd, risico’s met zich meebrengt of tot lichamelijk letsel kan leiden.
INLEIDING Inleiding Brand Variabel Door dit toestel te kopen hebt u gekozen voor een kwaliteitsproduct van OKI. Uw toestel vervult de meest uiteenlopende eisen voor privé en professioneel gebruik. Energiebesparingsmodus Met de ecologische besparingsfuncties bespaart u stroom en toner, doordat het apparaat snel overschakelt naar de stroombesparing modus of afdrukt in de tonerbesparing modus. Met de knop ECO kunt u snel en op eenvoudige wijze tonerbesparende kopieën maken.
ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Inleiding 3 Uw toestel is in overeenstemming met de normen EN 60950-1 resp.IEC 60950-1 gekeurd en mag alleen op telefoon- en stroomnetten worden gebruikt die aan deze normen voldoen. Het toestel is uitsluitend voor gebruik in het desbetreffende land van verkoop gefabriceerd. Inleiding 2 Breng geen instellingen en veranderingen aan die niet in deze handleiding zijn beschreven.
Haal uw toestel van het stroom- en telefoonnet vooraleer het oppervlak te reinigen. Haal uw toestel van het stroom- en telefoonnet vooraleer het oppervlak te reinigen. Gebruik een zacht, pluisvrij doekje. Gebruik nooit vloeibare, gasvormige of licht ontvlambare reinigingsmiddelen (sprays, schurende middelen, politoeren, alcohol). Er mag geen vocht in het toestel geraken. Reinig het display met een droge, zachte doek. Reinig het display met een droge, zachte doek.
OVERZICHT TOESTELOVERZICHT Documentenhouder ‚ Documentenhouder Documentinvoer ƒ Documentinvoer Documentengeleider „ Documentengeleider Paneel met display … Paneel met display Documentenopvang † Documentenopvang Deksel van het apparaat ‡ Deksel van het apparaat Handmatige papiertoevoer ˆ Handmatige papiertoevoer Papierlade ‰ Papierlade Printuitgiftehouder Š Printuitgiftehouder Documentenuitvoervak ‹ Documentenuitvoervak Hoorn met krulsnoer Œ Hoorn met krulsnoer Vorderansicht nummeriert Scannergla
AANSLUITINGEN AAN DE ACHTERZIJDE Aan/uit schakelaar ‚ Aan/uit schakelaar Netkabelaansluiting ƒ Netkabelaansluiting Klep voor het verwijderen van vastgelopen papier (fixeerunit) „ Klep voor het verwijderen van vastgelopen papier (fixeerunit) Telefoonhoornbus … Ð-bus – aansluitbus voor de telefoonhoorn EXT-bus † Ï/EXT.
PANEEL MET DISPLAY Lettertoetsenbord 2 Toetsen (A – Z) – Telefoonboekregister: telefoonboekgegevens oproepen / letters invoeren. Speciale tekens 1 ;ü - Speciale tekens (leestekens en symbolen) invoegen. Kiezen van het records met [. Bevestig met OK. Speciale tekens 2 ûü - Taalafhankelijke speciale tekens (speciale letters) invoegen. Kiezen van het records met [. Bevestig met OK.
LPF 5120 · 5125 · 5140 · 5145 Spaltenumbruch Overzicht 15
OVERZICHT MENUFUNCTIES Inleiding Uw toestel beschikt over de volgende functies. Er bestaan twee mogelijkheden om de functies op te roepen. Menu-navigatie Door het menu navigeren: Druk op OK of op een van de twee cursortoetsen [ om het functiemenu te openen. Blader door het menu met [. Met OK kiest u een menufunctie. Met C keert u naar het vorige menu-niveau terug. Met j verlaat u het menu en keert u naar de uitgangsmodus terug.
4 FAX Instellingen voor het versturen van faxen 401 Faxverzending instellen ........................................................................... pagina 65 Instellingen voor de faxontvangst 402 Faxontvangst instellen............................................................................. pagina 66 Beveiligde faxontvangst instellen 403 Beveiligde faxontvangst instellen .............................................................. pagina 50 Fax verzenden 41 Fax verzenden ......................
LIJSTEN EN BERICHTEN AFDRUKKEN FUNCTIELIJST AFDRUKKEN Functielijst afdrukken U kunt de functielijst ook afdrukken door op ¨ te drukken. Kies met [ FUNCTIELIJST. Bevestig met OK. TELEFOONBOEK UITPRINTEN Telefoonboek uitprinten U kunt het telefoonboek ook afdrukken door op ¨ te drukken. Kies met [ TELEFOONGIDS. Bevestig met OK. FAXSJABLONEN UITPRINTEN Faxsjablonen uitprinten U kunt de faxontwerpen ook afdrukken door op ¨ te drukken. Kies met [ FAXSJABLONEN. Bevestig met OK.
EERSTE INGEBRUIKNEMING INHOUD VERPAKKING Toestel ‚ Toestel Begincartridge (al geplaatst) ƒ Begincartridge (al geplaatst) Documenthouder (in de papiercassette) „ Documenthouder (in de papiercassette) Documentuitgiftehouder (in de papiercassette) … Documentuitgiftehouder (in de papiercassette) Papiercassette (al geplaatst) † Papiercassette (al geplaatst) Telefoonhoorn ‡ Telefoonhoorn Spiraalsnoer voor telefoonhoorn ˆ Spiraalsnoer voor telefoonhoorn Netkabel met stekker (landspecifiek) ‰ Netkabel met s
VERPAKKINGSMATERIAAL VERWIJDEREN VERPAKKINGSMATERIAAL VAN HET APPARAAT VERWIJDEREN Verpakkingsmateriaal van het apparaat verwijderen Verwijder de aanwezige transportkleefbanden aan de buitenkant van het apparaat. Verpackungsmaterial entfernen VERPAKKINGSMATERIAAL 1. VAN DE TONERCARTRIDGE VERWIJDEREN Open het apparaat door het apparaatdeksel naar voren te klappen. GEVAAR! Scherpe randen aan apparaatdeksel! Let op de scherpe kanten op het apparaatdeksel.
3. Verwijder de kleefstrip en het beschermfolie, maar nog niet de beschermstrook in de cartridge. GEVAAR! Er komt tonerstof vrij! Open nooit de tonercartridge. Mocht er tonerstof uit komen, vermijd dan contact met huid en ogen. Adem de losse tonerstof niet in. Verwijder de stof van kleding of voorwerpen met koud water; heet water zou de toner fixeren. Verwijder evt. achtergebleven inktstof nooit met een stofzuiger. 4.
7. Sluit het toestel. VOORZICHTIG! Toner cartridge niet correct geplaatst! Als u het deksel van het apparaat niet kunt sluiten is de toner cartridge niet volgens de voorschriften geplaatst. Haal de toner cartridge eruit en plaats deze op de juiste manier. VERPAKKINGSMATERIAAL UIT DE PAPIERCASSETTE VERWIJDEREN Trek de papiercassette uit het apparaat. 2. Verwijder a.u.b. het kartonnen inlegvel uit de papiercassette voordat u het papier plaatst. 3.
4. Verwijder de aanwezige transportkleefbanden in de papiercassette. A4 EX B5 B5 A5 B6 Opmerking Papier inleggen Pas de papiercassette aan het papier aan en plaats het papier (zie ook hoofdstuk Afdrukmedia, pagina 36). 5. Schuif de papiercassette tot aan de aanslag in het toestel. A4 EX B5 B5 A5 B6 DOCUMENTHOUDER AANBRENGEN Documenthouder aanbrengen Steek de documenthouder in de twee openingen van de afdekkap. De houder moet goed vastklikken.
PRINTUITGIFTE HOUDER UITKLAPPEN 1. Klap de aanvullende printuitgifte houder naar voren. VOORZICHTIG! Papierstopper niet gebruiken met papier van het formaat Legal! Klap de aanvullende papierstopper op de printuitgifte houder niet naar buiten als u op papier van het Legal formaat afdrukt. 2. Afdrukken op A4 papier: Klap de aanvullende papierstopper op de printuitgifte houder naar buiten. 3. Afdrukken op A4 papier: Klap de printuitgifte houder met de uitgeklapte papierstopper weer terug.
DOCUMENTENOPVANG AANBRENGEN Documentenopvang aanbrengen Steek de documentenopvang in de twee openingen onder het bedieningspaneel. Dokumentenausgabehalter aufstecken HOORN AANSLUITEN Hoorn aansluiten Steek het einde van het spiraalsnoer in de bus aan de telefoonhoorn. Steek het andere einde in de bus die met het Ð-symbool gekenmerkt is.
Installatie nevenaansluiting 1 Opmerking Aansluiting aan nevenapparaten Indien u uw toestel als nevenaansluiting aan een centrale aansluit, moet u uw toestel voor het gebruik als nevenaansluiting instellen (zie ook hoofdstuk Telefoonaansluitingen en extra toestellen, pagina 70).
EERSTE INSTALLATIE Eerste installatie Nadat u uw apparaat op de netspanning hebt aangesloten, start het apparaat op. Tijdens het opstartproces knipperen de lampjes. Wacht totdat het proces voor de eerste installatie begint. TAAL KIEZEN 1. Kies met [ de gewenste displaytaal. 2. Bevestig met OK. LAND KIEZEN Land juist instellen VOORZICHTIG! Land juist instellen! Stel in ieder geval het land in waarin u het toestel gebruikt. Anders is uw toestel niet aangepast aan het telefoonnet.
NUMMER 1. INVOEREN Voer uw telefoonnummer in. Opmerking Speciale tekens en symbolen invoeren Druk op ;ü om speciale tekens en symbolen in te voegen. Kies met [. Bevestig met OK. Met [ beweegt u de cursor. Met C wist u de tekens afzonderlijk. 2. Bevestig met OK. DATUM EN TIJD INVOEREN 1. Voer de datum in (telkens twee cijfers) bijvoorbeeld 31¦05¦25 voor 31.5.2025. 2. Voer het tijdstip in, bijvoorbeeld 14¦00 voor 14 uur. 3. Bevestig met OK.
TELEFOONFUNCTIES Extra telefoons aansluiten Hoe u extra telefoons aansluit en welke functies u ter beschikking staan, staat in het hoofdstuk over telefoonaansluitingen en extra toestellen, pagina 70. TELEFONEREN MET HET TOESTEL Kies het gewenste nummer. U hebt hiervoor verschillende mogelijkheden. Neem daarna de hoorn van de haak. Direct kiezen Opmerking Direct kiezen U kunt ook eerst de hoorn opnemen en dan een nummer kiezen. Het toestel begint meteen te kiezen.
NUMMERS MET ELKAAR VERBINDEN U kunt manueel ingevoerde cijfers en opgeslagen records combineren en bewerken vooraleer te kiezen. Hebt u bijvoorbeeld het netnummer van een gunstige telefoonaanbieder (call-by-call) als telefoonboekrecord opgeslagen dan kiest u dit record. Aansluitend voert u het telefoonnummer manueel in of u kiest nog een ander opgeslagen record.
TELEFOONBOEK VAN HET TOESTEL Telefoonboek Met am roept u de telefoonboekfuncties op. U kunt nieuwe invoeren opslaan, naar invoeren zoeken, groepen aanleggen en bewerken. U kunt tot 250 records in de telefoongids van uw toestel opslaan. Cursornavigatie 1 Opmerking Navigeren in de bewerkingfunctie Met [ beweegt u de cursor. Met C wist u de tekens afzonderlijk. Met j verlaat u het menu en keert u naar de uitgangsmodus terug.
Opmerking Letters invoeren Hoofdletters voert u in met ingedrukte ú-toets. Spaties voert u in met ½. Druk op ;ü om speciale tekens en symbolen in te voegen. Druk op ûü om taalafhankelijke tekens in te voegen. Kies met [. Bevestig met OK. 5. Bevestig met OK. 6. Toets met de cijfertoetsen het nummer in. 7. Bevestig met OK.
10. U kunt aan de invoergegevens een beltoon toewijzen. Kies met [ of met de cijfertoetsen 1 tot 7 een beltoon. 11. Bevestig met OK. Opmerking Standaard beltoon toewijzen Kies 1 om de standaard beltoon aan de invoergegevens toe te wijzen. 12. Kies de snelheid voor de faxtransmissie naar deze abonnee. Normaal gesproken kunt u de hoogste snelheid selecteren. Stel een lage transmissiesnelheid in wanneer u faxberichten stuurt in netten met een slechte lijnkwaliteit. 13. Bevestig met OK.
TELEFOONBOEK UITPRINTEN LIJST VAN ALLE INVOERGEGEVENS AFDRUKKEN Telefoonboek uitprinten Druk op OK, 83 en OK, om een lijst van alle opgeslagen records en groepen in het telefoonboek uit te printen. Telefoonboek uitprinten Opmerking Hulptoets U kunt het telefoonboek ook afdrukken door op ¨ te drukken. Kies met [ TELEFOONGIDS. Bevestig met OK. ENKELVOUDIGE INVOERGEGEVENS AFDRUKKEN 1. Telefoonboekregister: Met de toetsen (A – Z) hebt u toegang tot de gegevens die in de telefoonboek zijn opgeslagen.
4. Kies met [ de groep die u wilt bewerken. 5. Bevestig met OK. 6. Toets desgewenst een nieuwe naam voor de groep in. 7. Bevestig met OK. 8. Invoergegevens die aan een groep toebehoren, worden weergegeven met een sterretje (*). Voeg meerdere deelnemers aan de groep toe door de invoergegevens te kiezen en op OK te drukken. Verwijder groepsleden door de gemarkeerde invoergegevens uit te kiezen en op OK te drukken. 9. Kies met [ GROEP OK om de keuze te beëindigen. 10. Bevestig met OK.
PRINTER EN AFDRUKMEDIA SPECIFICATIES VOOR AFDRUKMEDIA Inleiding In de papiercassette kunt u normaal afdrukpapier of voorbedrukte ontwerpen (formulieren) plaatsen. In de handmatige papiertoevoer kunt u speciale papierformaten, enveloppen, transparante folies, etiketvellen of bedrukte documenten invoeren.
PAPIERSTOPPER NAAR BUITEN KLAPPEN VOORZICHTIG! Papierstopper niet gebruiken met papier van het formaat Legal! Klap de aanvullende papierstopper op de printuitgifte houder niet naar buiten als u op papier van het Legal formaat afdrukt. 1. Afdrukken op A4 papier: Klap de aanvullende papierstopper op de printuitgifte houder naar buiten. 2. Afdrukken op A4 papier: Klap de printuitgifte houder met de uitgeklapte papierstopper weer terug. PAPIER IN DE PAPIERCASSETTE PLAATSEN 1.
VOORZICHTIG! Eerste ingebruikneming! Verwijder het karton uit de papiercassette vooraleer u papier toevoegt en de cassette in het toestel schuift. Neem de documenthouder en de documentuitgiftehouder uit de papiercassette. A4 EX B5 B5 A5 B6 Pas de lengte van de papiercassette aan het afdrukpapier aan. Druk op de vergrendelingknop aan de onderkant van de papiercassette. Verschuif de achterkant totdat ze in de juiste omschrijving vastklikt: Legal = LG, A4 = A4, A5 = A5, Letter = LE, B5 = B5. 3.
Opmerking Sjablonen invoeren Wilt u op een origineel document printen (bijvoorbeeld formulieren of briefpapier), plaats het origineel dan met de zijde waarop u wilt afdrukken naar onder en met de kop van de bladzijde naar voren in de papierlade.
PAPIER IN DE HANDMATIGE PAPIERTOEVOER PLAATSEN 1. Druk op OK, 202 en OK. 2. Kies met [ de handmatige papiertoevoer. 3. Bevestig met OK. 4. Plaats het papier in de handmatige papiertoevoer aan de voorkant van het apparaat. 5. Fixeer het papier met behulp van de beide papierdwarsgeleiders. Let erop dat het papier bij het fixeren niet geknikt wordt.
ONTWERPEN IN DE HANDMATIGE PAPIERTOEVOER PLAATSEN Ontwerpen in de handmatige papiertoevoer plaatsen Wilt u op een voorbeeld printen (bijvoorbeeld formulieren of briefpapier), plaats het voorbeeld dan met de zijde waarop u wilt afdrukken naar boven en met de kop van de bladzijde naar voren (richting het apparaat) in de handmatige papiertoevoer.
3. Handmatige duplex afdruk met de handmatige papiertoevoer: Plaats het ontwerp van de zijde waarop dient te worden geprint naar onder toe, en met de koptekst naar voren (richting het apparaat) in de handmatige papiertoevoer. 4. Print de achterkant van uw document. KALENDER PRINTEN Kalender printen Uw apparaat print een weekoverzicht af als kalenderpagina - voor de huidige week, de komende week of een vrij te kiezen week. 1. Druk op OK, 85 en OK. 2.
LAATSTE SPEL OPNIEUW UITPRINTEN 1. Druk op OK, 862 en OK. 2. Geef aan hoeveel keer u het spel wilt uitprinten (maximaal 9 kopieën). 3. Bevestig met OK. 4. Kies met [ of de oplossing moet worden uitgeprint. 5. Bevestig met OK. OPLOSSING UITPRINTEN Laatste oplossing beschikbaar Opmerking Laatste oplossing beschikbaar De oplossing van het laatst uitgeprinte spel wordt opgeslagen. De oplossingen van eerdere spelletjes zijn niet meer beschikbaar. Druk op OK, 863 en OK.
FAX FAX MET STANDAARDINSTELLINGEN VERSTUREN Fax met standaardinstellingen versturen Uw faxbericht wordt met de standaardinstellingen verstuurd. Wilt u instellingen (bijvoorbeeld de resolutie of het contrast) voor het versturen van een fax wijzigen, dan gebruikt u de functie Fax later verzenden, pagina 46. 1. Voer het document in. 2. Toets het gewenste nummer in met het cijfertoetsenbord of kies een opgeslagen record. 3. Druk op FAX of o.
Faxverzending vanuit het geheugen instellen Opmerking Faxverzending vanuit het geheugen instellen U kunt instellen of u documenten direct wilt scannen en versturen, of dat u de documenten uit het tussenliggende geheugen wilt versturen (zie ook hoofdstuk Faxverzending vanuit het geheugen instellen, pagina 65). 1. Leg de documenten met de bedrukte zijde naar beneden in de documenteninvoer. Het onderste document wordt het eerst ingetrokken. U kunt tot 30 documenten (80¦g/m²) tegelijk plaatsen. 2.
Telefoonboek gebruiken Opmerking Telefoonboek gebruiken U kunt de telefoonboekrecords ook oproepen door op am te drukken en met [ BLADEREN te kiezen. De functie zoeken functioneert ook terwijl u telefoneert. Als u invoeren uit uw telefoonboek oproept, is het mogelijk de nummers te bewerken nadat u ze opgeroepen hebt.
6. Selecteer met [ de gewenste resolutie. STANDAARD – voor documenten zonder bijzondere kenmerken FIJN – Voor teksten met kleine letters of tekeningen SFIJN – voor documenten met talrijke details FOTO – voor foto’s 7. Bevestig met OK. 8.
MEELUISTEREN BIJ DE VERBINDINGSOPBOUW Meeluisteren bij de verbindingsopbouw U kunt bij de opbouw van een verbinding meeluisteren, bijv. wanneer het versturen van een fax voortdurend mislukt. Toets het gewenste nummer in met het cijfertoetsenbord of kies een opgeslagen record. Druk op μ. Geen gratis gesprekken mogelijk Opmerking Geen gratis gesprekken mogelijk Met deze functie is geen handsfree mogelijk. U kunt niet antwoorden, als de abonnee de hoorn opneemt.
FAX ONTVANGEN Faxberichten manueel ontvangen Opmerking Faxberichten manueel ontvangen Als u de hoorn van het faxapparaat opneemt en een fluittoon of stilte hoort, ontvangt u een faxbericht. Druk op o, om de fax te ontvangen. Geheugen Wanneer u de fabrieksinstellingen niet hebt gewijzigd, worden ontvangen faxberichten meteen uitgeprint. Zit er geen papier of geen toner in uw toestel, slaat het apparaat binnenkomende faxberichten op.
BEVEILIGDE FAXONTVANGST INSTELLEN Automatisch afdrukken van faxberichten blokkeren U kunt de faxontvangst met een code beveiligen. Binnenkomende faxen worden niet afgedrukt, maar in het faxgeheugen opgeslagen. Alleen na invoer van een pincode kunt u deze faxberichten afdrukken. PINCODE INTOETSEN Vooraf ingestelde toegangscode Opmerking Vooraf ingestelde toegangscode Met de af fabriek ingestelde toegangscode (0000) wordt deze functie uitgeschakeld. Wijzig de toegangscode om de functie in te schakelen.
6. Het toestel is nu in standby. U kunt telefoongesprekken blijven voeren of andere faxberichten versturen. Opdracht wissen SFL 2 Opmerking Opdracht wissen verwijder het document uit de opdrachtenlijst om het mogelijk afroepen te annuleren (zie ook het hoofdstuk Opdrachten, op pagina 51). OPDRACHTEN Opdrachtenlijst printen Opmerking Hulptoets U kunt een opdrachtenlijst ook afdrukken door op ¨ te drukken. Kies met [TAKENLIJST. Bevestig met OK.
OPDRACHTENLIJST PRINTEN Opdrachtenlijst printen Druk op OK, 75 en OK. Het toestel drukt een lijst van alle wachtende opdrachten af. Opdrachtenlijst printen Opmerking Hulptoets U kunt een opdrachtenlijst ook afdrukken door op ¨ te drukken. Kies met [TAKENLIJST. Bevestig met OK.
KOPIEERAPPARAAT DOCUMENTEN INVOEREN Specificaties voor documenten Specificaties voor documenten Breedte van de documenten 140¦–¦218¦mm Lengte van de documenten 128¦–¦600¦mm Papiergewicht van de documenten 60¦-¦90¦g/m² Capaciteit 30 vel (80¦g/m²) Aanbevelingen van de fabrikant voor optimaal functioneren A4 · A5 · Letter · Legal (80¦g/m²) Ongeschikte documenten! VOORZICHTIG! Ongeschikte documenten! Voer geen documenten in die … … vochtig zijn, met correctievloeistof bedekt zijn, vuil zijn of van e
3. Stel de gewenste resolutie in. U kunt kiezen tussen: STANDAARD (voor documenten zonder bijzondere eigenschappen), FIJN (voor documenten met klein gedrukte teksten of tekeningen), SFIJN (voor documenten met veel details) en FOTO (voor foto’s). Druk op f. Op het display verschijnt de ingestelde resolutie. Druk nog eens op f om de resolutie te wijzigen. Opmerking Resolutie voor het kopiëren instellen Voor het kopiëren van documenten staan u ook andere resolutiestappen ter beschikking.
KOPIEËN MET HET TWEEDE PROFIEL MAKEN Kopieën met het tweede profiel maken In een tweede profiel slaat u instellingen op die u vaker gebruiken wilt, bijvoorbeeld om een regelmatig gebruikte documentsoort te kopiëren (zie ook hoofdstuk Instellingen voor tweede profiel inrichten, pagina 57). EEN KOPIE MET HET TWEEDE PROFIEL MAKEN 1. Voer het document in. 2. Druk op COPY. 3. Kies met [ het tweede profiel. Opmerking Functie oproepen U kunt deze functie ook oproepen door op OK, 12 en OK te drukken. 4.
10. Voor papier in de handmatige papiertoevoer: Kies met [ de sterkte van het geplaatste papier. 11. Bevestig met OK. 12. Selecteer met [ de gewenste resolutie. AUTOMATISCH – Geoptimaliseerde aanpassing voor alle soorten documenten TEKST – Voor teksten met kleine letters of tekeningen KWALITEIT – voor documenten met talrijke details FOTO – voor hoogste resolutie 13. Bevestig met OK. 14.
MEERDERE DOCUMENTEN OP ÉÉN PAGINA KOPIËREN (= MOZAÏEK KOPIE) Kopieën maken Opmerking Kopieën maken U kunt het kopieerproces op elk gewenst tijdstip beginnen door op COPY te drukken. Druk op ECO om een kopie met een ecologische tonerbesparing functie te maken. Meerdere documenten op één pagina kopiëren (=mozaïek kopie) U kunt meerdere documenten op één pagina kopiëren om papier te besparen. De documenten worden tijdens het kopiëren automatisch aangepast. 1. Voer het document in. 2. Druk op COPY. 3.
KONTRAST INSTELLEN 1. Druk op OK, 1064 en OK. 2. Stel met [ het gewenste contrast in: -/1 – Vermindert het contrast / letters worden lichter 4 (fabrieksinstelling) – Geoptimaliseerde aanpassing voor alle documenten +/7 – Verhoogt het contrast / letters worden donkerder (bijvoorbeeld bij slecht leesbare documenten) 3. Bevestig met OK. HELDERHEIDGRAAD INSTELLEN 1. Druk op OK, 1065 en OK. 2. Kies met [ de gewenste helderheidgraad.
INSTELLINGEN Basisinstellingen wijzigen Opmerking Basisinstellingen wijzigen De gewijzigde instellingen worden als nieuwe basisinstellingen opgeslagen. Kies voor een eenmalige procedure een speciale functie, denk eraan daarna een standaard instelling of de fabrieksinstelling weer in te stellen. Cursornavigatie 6 Opmerking Door het menu navigeren Met [ beweegt u de cursor. Met C keert u naar het vorige menu-niveau terug. Met j verlaat u het menu en keert u naar de uitgangsmodus terug.
LAND KIEZEN Land juist instellen VOORZICHTIG! Land juist instellen! Stel in ieder geval het land in waarin u het toestel gebruikt. Anders is uw toestel niet aangepast aan het telefoonnet. Indien uw land niet op de lijst staat, moet u een andere instelling kiezen en de juiste telefoonkabel van het land gebruiken. Voor meer informatie kunt u terecht bij uw vakhandelaar. 1. Druk op OK, 031 en OK. 2. Kies met [ het land waarin u het toestel wilt gebruiken. 3. Bevestig met OK. TAAL KIEZEN 1.
NUMMER EN NAAM INTOETSEN kopregel Uw nummer en uw naam worden aan de bovenste rand van elk faxbericht (= kopregel) samen met datum, tijd en paginanummer meegestuurd. Cursornavigatie 1 Opmerking Letters invoeren Hoofdletters voert u in met ingedrukte ú-toets. Spaties voert u in met ½. Druk op ;ü om speciale tekens en symbolen in te voegen. Druk op ûü om taalafhankelijke tekens in te voegen. Kies met [. Bevestig met OK. Met [ beweegt u de cursor. Met C wist u de tekens afzonderlijk. NAAM INVOEREN 1.
PAPIERINSTELLINGEN AANBRENGEN Basisinstellingen wijzigen Opmerking Basisinstellingen wijzigen De gewijzigde instellingen worden als nieuwe basisinstellingen opgeslagen. Kies voor een eenmalige procedure een speciale functie, denk eraan daarna een standaard instelling of de fabrieksinstelling weer in te stellen. PAPIERSTERKTE 1. INSTELLEN Druk op OK, 201 en OK. 2. Kies met [ de sterkte van het geplaatste papier. 3. Bevestig met OK.
KONTRAST INSTELLEN 1. Druk op OK, 104 en OK. 2. Stel met [ het gewenste contrast in: -/1 – Vermindert het contrast / letters worden lichter 4 (fabrieksinstelling) – Geoptimaliseerde aanpassing voor alle documenten +/7 – Verhoogt het contrast / letters worden donkerder (bijvoorbeeld bij slecht leesbare documenten) 3. Bevestig met OK. HELDERHEIDGRAAD VOOR HET KOPIËREN INSTELLEN 1. Druk op OK, 105 en OK. 2. Kies met [ de gewenste helderheidgraad.
EXT/ANTWOORDAPPARAAT-MODUS EXT/Antwoordapparaat-modus (ANTW.APP./FAX) EXT/Antwoordapparaat-modus Deze modus moet u instellen, als u extra apparatuur, speciaal een extern antwoordapparaat, op de Ï/EXT.-bus van uw toestel hebt aangesloten. Neemt een extra aangesloten antwoordapparaat het gesprek aan, dan controleert uw toestel of de binnenkomende oproep een faxbericht is. Herkent het toestel een faxsignaal, dan ontvangt het de fax automatisch.
FAXVERZENDING VANUIT HET GEHEUGEN INSTELLEN Faxverzending vanuit het geheugen instellen U kunt instellen of u documenten direct wilt scannen en versturen, of dat u de documenten vanuit het tussenliggende geheugen wilt versturen. Bij het direct verzenden wordt het document tijdens de overdracht ingelezen. Voor het verzenden uit het geheugen wordt het document eerst ingelezen en daarna wordt de verbinding met de ontvanger tot stand gebracht.
BIJKOMENDE OPTIES VOOR FAXONTVANGST ONTVANGSTSNELHEID VERMINDEREN Ontvangstsnelheid verminderen Het apparaat past de ontvangstsnelheid aan de kwaliteit van de telefoonverbinding aan. Stel een lage ontvangstsnelheid in als deze aanpassing zeer lang duurt of geen verbinding tot stand komt. 1. Druk op OK, 4026 en OK. 2. Kies met [ een ontvangstsnelheid. 3. Bevestig met OK.
TOESTEL BLOKKEREN Toestel blokkeren Met de vergrendeling verhindert u dat onbevoegden uw toestel gebruiken. Pas na invoer van de code kunt u functies oproepen of cijfers intoetsen. De vergrendeling wordt na elk gebruik ingeschakeld. PINCODE INTOETSEN Vooraf ingestelde toegangscode Opmerking Vooraf ingestelde toegangscode Met de af fabriek ingestelde toegangscode (0000) wordt deze functie uitgeschakeld. Wijzig de toegangscode om de functie in te schakelen.
INSTELLINGEN BLOKKEREN Instellingen blokkeren Met deze functie blokkeert u de wijziging van instellingen aan uw apparaat. U kunt uw instellingen tegen wijzigingen beschermen door een eigen administrator-pincode in te voeren. PINCODE INTOETSEN Vooraf ingestelde toegangscode Opmerking Vooraf ingestelde toegangscode Met de af fabriek ingestelde toegangscode (0000) wordt deze functie uitgeschakeld. Wijzig de toegangscode om de functie in te schakelen.
FAXJOURNAAL/OPROEPLIJST AFDRUKKEN Faxjournaal Het journaal omvat een lijst van de 30 laatste berichttransmissies. Het faxjournaal wordt na 30 overdrachten automatisch afgedrukt. U kunt het faxjournaal op elk gewenst tijdstip afdrukken. Bellijst De lijst opnieuw kiezen/oproepen bevat de laatst 50 gekozen abonneenummers en ontvangen oproepen De oproepenlijst wordt niet automatisch met het faxjournaal afgedrukt. Faxjournaal/oproeplijst afdrukken Druk op OK, 82 en OK.
TELEFOONAANSLUITINGEN EN EXTRA TOESTELLEN KIESPROCEDURE INSTELLEN functie wordt niet in alle landen en netwerken ondersteund (functie wordt niet in alle landen en netwerken ondersteund) In veel landen kunt u de kiesprocedure – pulskeuze of toonkeuze (DTMF-tonen) – instellen. Kiesprocedure instellen Opmerking Kiesprocedure instellen Gebruik de pulskeuze alleen maar wanneer de toonkeuze nog niet is vrijgeschakeld voor uw aansluiting. 1. Druk op OK, 053 en OK. 2. Kies met [ de gewenste kiesprocedure. 3.
Nummer voor buitenlijn wordt automatisch gekozen Opmerking Nummer voor buitenlijn wordt automatisch gekozen Met deze instellingen hoeft u de buitenlijncode niet meer vooraf te draaien, als u een extern nummer intoetst. Het toestel zet automatisch de buitenlijncode vóór nummers die net zo lang of langer zijn dan de interne doorkiesnummers. TYPE 1. AANSLUITING INSTELLEN Druk op OK, 051 en OK. 2. Kies met [ of u gebruik wilt maakt van een nevenaansluiting. 3. Bevestig met OK.
EXTRA TOESTELLEN AANSLUITEN Extra toestellen U kunt aan een telefoonaansluiting extra toestellen aansluiten zoals bijvoorbeeld draadloze telefoons, antwoordapparaten, modems of kostentellers. AANSLUITING AAN HET TOESTEL Aansluiting aan het toestel U kunt extra toestellen direct aan uw toestel aansluiten. Steek de telefoonkabel van het extra toestel in de Ï/EXT.-bus (RJ-11-aansluiting) van het toestel.
Lengte van de meldtekst Opmerking Lengte van de meldtekst De meldtekst mag niet langer zijn dan 10 seconden. Vermijd het gebruik van muziek voor de meldtekst. Indien het extra antwoordapparaat over een "spaarfunctie" beschikt (dat is een functie waarmee het aantal belsignalen verandert zodra nieuwe berichten zijn binnengekomen), moet u deze uitschakelen.
SERVICE Storingen Opmerking Tips over storingen Indien er storingen optreden, let dan op de instructies op het display en op de foutmelding. TELLERSTANDEN TONEN Tellerstanden tonen U kunt voor uw informatie verschillende tellerstanden van het apparaat laten zien. AANTAL VERSTUURDE FAXPAGINA’S TONEN Aantal verstuurde faxpagina’s tonen Druk op OK, 941 en OK. Het aantal verstuurde faxpagina’s wordt getoond. AANTAL ONTVANGEN FAXPAGINA’S TONEN Aantal ontvangen faxpagina’s tonen Druk op OK, 942 en OK.
TONERCARTRIDGE VERVANGEN Niveaugeheugen Uw toestel registreert het tonerverbruik van elke afdruk en berekent daaruit het tonerniveau van de cartridge. Het tonerniveau wordt in iedere cartridge opgeslagen. U kunt verschillende cartridges gebruiken en het desbetreffende tonerniveau van de cartridge laten tonen. Tonercartridge 3 GEVAAR! Er komt tonerstof vrij! Open nooit de tonercartridge. Mocht er tonerstof uit komen, vermijd dan contact met huid en ogen. Adem de losse tonerstof niet in.
2. Verwijder de cartridge door deze aan de handgreep in het midden vast te pakken en naar voren uit het apparaat te trekken. GEVAAR! Er komt tonerstof vrij! Neem de tonercartridge voorzichtig uit het toestel, zodat er geen tonerstof uitvalt. Let op waar u de cartridge neerlegt; uittredend tonerstof kan de ondergrond vervuilen. Bewaar de aangebroken of verbruikte tonercartridges in de originele verpakking of een plastic zak, zodat er geen tonerstof uitvalt.
6. Schud de nieuwe tonercartridge meerdere malen heen en weer om de toner gelijkmatig te verdelen en zo de afdrukkwaliteit te verbeteren. 7. Trek pas daarna de beschermstrook aan de linkerzijde van de cartridge er helemaal uit. GEVAAR! Er komt tonerstof vrij! Schud de tonercartridge niet meer nadat u de beschermstrook verwijderd hebt. Er zou anders tonerstof vrij kunnen komen. 8. Plaats de tonercartridge in uw toestel. De cartridge moet compleet vastklikken. 9. Sluit het toestel.
PAPIEROPSTOPPING VERHELPEN Inleiding Uw toestel is met sensoren uitgerust die een papierstoring snel herkennen. Als een storing optreedt, wordt de invoer van het printpapier meteen gestopt. Controleer alle van de volgende drie onderdelen op vastgelopen papier: papiercassette/papierinvoer, afdrukeenheid en fixeereenheid (zie ook aanwijzingen hieronder). Tonercartridge 5 GEVAAR! Er komt tonerstof vrij! Trek het papier bij een papierstoring voorzichtig uit het toestel en gooi het voorzichtig weg.
PAPIERSTORING 1. IN AFDRUKEENHEID VERHELPEN Open het apparaat door het apparaatdeksel naar voren te klappen. GEVAAR! Scherpe randen aan apparaatdeksel! Let op de scherpe kanten op het apparaatdeksel. U kunt zich bezeren als u vanaf de zijkant in het apparaat grijpt. 2. Verwijder de cartridge door deze aan de handgreep in het midden vast te pakken en naar voren uit het apparaat te trekken.
3. Open de papierstoring klep. 4. Trek het papier voorzichtig uit het toestel. 5. Sluit de papierstoring klep. 6. Plaats de tonercartridge in uw toestel. De cartridge moet compleet vastklikken.
7. Sluit het toestel. VOORZICHTIG! Toner cartridge niet correct geplaatst! Als u het deksel van het apparaat niet kunt sluiten is de toner cartridge niet volgens de voorschriften geplaatst. Haal de toner cartridge eruit en plaats deze op de juiste manier. PAPIERSTORING 1. IN FIXEEREENHEID VERHELPEN Open de papierstoring klep aan de achterkant van het apparaat. GEVAAR – WARMTE! Hete onderdelen! De fixeereenheid en de omgeving ervan in het apparaat worden tijdens gebruik heet.
3. Trek het papier voorzichtig uit het toestel. 4. Sluit de papierstoring klep. De hendels van de fixeereenheid klappen bij het sluiten van de papierstoring klep automatisch terug naar hun beginpositie. Opmerking Doorgaan met afdrukopdracht Druk op o na het verhelpen van de fout om door te gaan met de afdrukopdracht. Druk op j, om de foutmelding te negeren.
DOCUMENTENOPSTOPPING VERHELPEN Inleiding Mocht er een documentenstoring in het voorste gedeelte ontstaan: 1. Klap het paneel omhoog tot het vastklikt. 2. Trek het papier of document er voorzichtig naar voren uit. 3. Sluit het paneel.
REINIGING Apparaat uitschakelen Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u het schoonmaakt. Apparaat uitschakelen VOORZICHTIG! Apparaat uitschakelen! Schakel het apparaat met de aan/uit schakelaar aan de achterzijde uit voordat u het stroomsnoer uit de contactdoos haalt. Gerät ausschalten Opnieuw in gebruik nemen VOORZICHTIG! Opnieuw in gebruik nemen! Steek de netkabel in het stopcontact. Schakel daarna pas het apparaat aan met de aan/uit schakelaar aan de achterzijde.
SCANNER EN DOCUMENTINVOER SCHOONMAKEN Inleiding Als op de afgedrukte pagina’s of op verzonden of ontvangen faxberichten strepen verschijnen, of als documenten slecht worden opgenomen, dan dienen de scanner en de documentinvoer te worden schoongemaakt. 1. Klap het paneel omhoog tot het vastklikt. GEVAAR! Aanwijzingen voor schoonmaken! Let op de instructies voor het schoonmaken, pagina 84. 2.
4. Sluit het paneel. LED PRINTKOP SCHOONMAKEN Inleiding Als er op afgedrukte pagina’s witte strepen verschijnen of de afdruk onscherp is, dan dient u de LED printkop schoon te maken. 1. Open het apparaat door het apparaatdeksel naar voren te klappen. VOORZICHTIG! Niet openen tijdens een printopdracht! Open het deksel in geen geval terwijl het apparaat een printopdracht uitvoert. GEVAAR! Scherpe randen aan apparaatdeksel! Let op de scherpe kanten op het apparaatdeksel.
2. Verwijder de cartridge door deze aan de handgreep in het midden vast te pakken en naar voren uit het apparaat te trekken. GEVAAR! Er komt tonerstof vrij! Neem de tonercartridge voorzichtig uit het toestel, zodat er geen tonerstof uitvalt. Let op waar u de cartridge neerlegt; uittredend tonerstof kan de ondergrond vervuilen. Open nooit de tonercartridge. Mocht er tonerstof uit komen, vermijd dan contact met huid en ogen. Adem de losse tonerstof niet in.
5. Sluit het toestel. VOORZICHTIG! Toner cartridge niet correct geplaatst! Als u het deksel van het apparaat niet kunt sluiten is de toner cartridge niet volgens de voorschriften geplaatst. Haal de toner cartridge eruit en plaats deze op de juiste manier. SCANNER KALIBREREN Scanner kalibreren Als op afgedrukte pagina’s of op faxberichten verticale strepen verschijnen, moet mogelijk de scanner worden gekalibreerd.
SERVICECODES GEBRUIKEN Inleiding Met de servicecodes wist u gewijzigde instellingen en herstelt u de fabrieksmatige instellingen. Dat kan noodzakelijk zijn wanneer het toestel met gewijzigde instellingen anders reageert dan verwacht. Servicecodes gebruiken VOORZICHTIG! Instellingen worden gewist! Gebruik de servicecodes alleen maar wanneer het absoluut noodzakelijk is. Sommige servicecodes wissen ook opgeslagen berichten en telefoonboekrecords. 1. Druk op OK, 933 en OK. 2. Voer een servicecode in.
PROBLEMEN EN MOGELIJKE OORZAKEN Algemeen Mogelijke oorzaak/oorzaken Op het diplay knipperen klok en datum. Na een korte stroomonderbreking moet u de klok en de datum controleren. Bevestig met OK. Geen kiestoon bij het opnemen Controleer de installatie van het toestel. Controleer of het apparaat is aangesloten op een stopcontact. Versturen van faxberichten niet mogelijk Sluit de telefoonkabel aan de met Î/LINE gekenmerkte bus aan. Steek de telefoonstekker in uw telefoonaansluitingsdoos.
Problemen tijdens het afdrukken of kopiëren Er wordt niet uitgeprint. Het uitprinten wordt onderbroken. Mogelijke oorzaak/oorzaken Papier- of documentenophoping, papier of tonercartridge is op. Let op de informatie op het display. Na het uitprinten van meerdere pagina's kan een korte pauze optreden. Het toestel gaat automatisch door met uitprinten. De kopie is wit. Leg het document met de tekst naar beneden in de documentinvoer. Er is geen cartridge geplaatst.
FOUTMELDINGEN EN MOGELIJKE OORZAKEN Algemene foutmeldingen Mogelijke oorzaak/oorzaken PAPIER INVOEREN Papier moet in de handmatige papierinvoer worden geplaatst (zie ook hoofdstuk Papier in de handmatige papierinvoer plaatsen, pagina 40). GEHEUGEN VOL Faxgeheugen vol! Wanneer het faxgeheugen vol is, kunnen geen verdere berichten meer worden ontvangen. Druk opgeslagen faxberichten af, zodat het apparaat weer berichten kan ontvangen. VERWIJDER PAPIER Er heeft zich een documentstoring voorgedaan.
Algemene foutmeldingen Mogelijke oorzaak/oorzaken PRINTER AFKOELEN Na het uitprinten van meerdere pagina's kan een korte pauze optreden. Het toestel gaat automatisch door met uitprinten. PRINTERSYSTEEM FOUT Apparaatfout! Gebruik de functie snelle probleemoplossing (zie ook hoofdstuk Snelle probleemoplossing, pagina 89). Mocht de fout regelmatig optreden, neem dan a.u.b. contact op met onze technische klantendienst of met uw vakhandelaar.
Foutmeldingen op het verzendbericht Overdracht mislukt Mogelijke oorzaak/oorzaken Versturen van faxberichten: Herhaal de verzendprocedure. Bel het nummer en controleer of dit nummer een faxnummer is en of het aangesloten faxtoestel klaar is voor ontvangst (fluittoon of stilte). Druk op FAX ofo om het faxbericht handmatig te versturen. Vraag de ontvanger of zijn apparaat klaar voor ontvangst is. Faxontvangst: De ontvangst van een faxbericht is afgebroken.
Foutmeldingen op het verzendbericht Mogelijke oorzaak/oorzaken Codering niet compatibel Faxverzending aan mailbox: het opgegeven mailbox nummer bestaat niet bij de afzender. Onbekend mailboxnummer Faxoproep uit een mailbox: het opgegeven mailbox nummer bestaat niet bij de afzender.
VERKLARENDE WOORDENLIJST Aankloppen Wordt u tijdens een telefoongesprek door nog iemand opgebeld, hoort u een signaal. Is uw telefoonaansluiting voor extra functies geactiveerd, dan kunt u tussen de gesprekken heen en weer schakelen (Zie R-toets, zie Wisselgesprek). Afzenderherkenning (= kopregel) Aan de bovenrand van elke ontvangen faxbladzijde verschijnen nummer en naam van de afzender evenals datum en tijdstip van de faxtransmissie. Asymmetric Digital Subscriber Line (ADSL).
Doorkiesnummer Nummer om een bepaalde aansluiting van een telefooncentrale direct op te bellen. DTMF Dual Tone Multiple Frequency (zie Toonkies-methode) Easylink Met de Easylink-functie hebt u extra mogelijkheden ter beschikking voor het beheer van externe apparatuur die op dezelfde telefoonlijn als uw toestel is aangesloten (faxontvangst starten, lijn oproepen, zie extra apparatuur) Extra telefoons moeten daarvoor op de toonkiesprocedure (DTMFtonen) ingesteld.
Kengetal De buitenlijncode is het cijfer of de letter die men op een telefoontoestel van een telefooncentrale vóór het eigenlijke telefoonnummer moet draaien om een verbinding met het openbare telefoonnet te verkrijgen (zie ook Telefooncentrale). Kiespauze Bij interlokale nummers of nummers met subadressen/doorkiesnummers moet eventueel een kiespauze worden ingevoegd om een te snel doorkiezen en onderbreking van de verbinding te vermijden.
POTS Plain Old Telephone Service PSTN Public Switched Telephone Network (zie Telefooncentrale) pulskiesmethode Een kiesmethode die in oudere telefoonnetten wordt gebruikt. U hoort na elk gekozen cijfer een tikken. Reductie van transmissiefouten (ECM) ECM reduceert transmissiefouten die bijvoorbeeld door slechte leidingen ontstaan en verkort daardoor de transmissieduur. Beide verbonden faxapparaten moeten ECM ondersteunen.
Vasthouden Zie bemiddelen Wisselgesprek (R-toets) Met de toets wisselgesprek kunt u extra telefoonfuncties gebruiken, als uw telefoonaansluiting voor deze speciale functies vrij geschakeld is. De R-toets heeft de Hook-Flash-functie opgevolgd. (zie Wachtfunctie, Wisselgesprek). Wisselgesprekken voeren Met de R-toets schakelt u tussen verschillende telefoongesprekken heen en weer. De niet geactiveerde telefoongesprekken worden intussen in de wacht gezet en de gesprekspartners kunnen niet meeluisteren.
BIJLAGE TECHNISCHE SPECIFICATIES Afmetingen Afmetingen (B¦×¦H¦×¦D)............................................................................. 390¦×¦291¦×¦390¦mm Gewicht Gewicht ..................................................................................................................<¦8,8¦kg Netaansluiting Netaansluiting ................................................................................. 220¦–¦240¦V¦~ / 50¦–¦60¦Hz Verbruik Verbruik Stand-by modus Stand-by modus ..................
GEHEUGEN Opnieuw kiezen/oproeplijst Opnieuw kiezen/oproeplijst ................................................................................... 50 records Telefoonboek Telefoonboek ............................................................................................... tot 250 records Faxberichten Faxberichten ................................................................................. tot 200 pagina’s (standaardtestbrief) PAPIER (PAPIERCASSETTE) Capaciteit Capaciteit ...................
Reproduceren niet toegelaten In heel wat landen is het reproduceren van bepaalde documenten (door bijvoorbeeld scannen, uitprinten en kopiëren) verboden. De volgende lijst van dergelijke documenten maakt geen aanspraak op volledigheid en dient alleen maar ter oriëntatie. Vraag in geval van twijfel raad aan uw rechtsbijstand.
Oki Systems (UK) Limited 550 Dundee Road Slough Trading Estate Slough, SL1 4LE Tel:44 (0) 1753 819819 Fax:44 (0) 1753 819899 http://www.okiprintingsolutions.co.uk Oki Systems Ireland Limited The Square Industrial Complex Tallaght, Dublin 24, Ireland Tel:+353 1 4049590 Fax:+353 1 4049591 http://www.oki.ie OKI Systems - Northern Ireland 40 Sydenham Park Belfast, BT4 1PW Tel:+44 (0)28 90 20 1110 http://www.oki.ie Oki Data(S) P Ltd. Malaysia Rep Office Suite 21.
OKI Europe Ltd. (Ukraine) 20, Velyka Zhytomyrska Street “Panorama” Business Centre 5th Floor Kiev 01025 Tel: +380 44 537-52-88 e-mail: info@oki.ua Website: www.oki.ua Oki Sistem ve Yazıcı Çözümleri Tic. Ltd. Ști. Harman Sokak, No:4, Kat:6, 34394, Levent, Istanbul Tel : +90 212 279 2393 Fax : +90 212 279 2366 http://www.oki.com.tr www.okiprintingsolutions.com.tr Διανομέας των συστημάτων OKI CPI A.E. Ραφαηλίδου 1 & Αγρινίου 177 78 Ταύρος Αθήνα Ελλάδα Τηλ.: Fax: Mail: 210 48 05 800 210 48 05 801 sales@cpi.