Operation Manual

4. Fax
4. Fax
25
Hoofdstuk 4. Fax
Kan uw faxapparaat een van de ontvangers niet bereiken,
omdat de lijn bezet is of de verbinding niet tot stand komt,
wordt het document naar de overige ontvangers van de
lijst gestuurd. Nadat het apparaat de nummers van alle
ontvangers heeft gedraaid, probeert het opnieuw de ont-
vangers te bellen die bij de eerste keer niet werden bereikt.
Uitgesteld verzenden
Met deze functie verstuurt u faxberichten op een later
tijdstip – binnen 24 uur. Hierdoor kunt u bijvoorbeeld
van gunstigere telefoontarieven profiteren of een fax naar
een ontvanger sturen die alleen op bepaalde tijden be-
reikbaar is.
1 Plaats de documenten met de bedrukte zijde naar
beneden in de documenteninvoer. Het onderste do-
cument wordt het eerst verzonden.
2 Druk op MENU/OK,
24
en OK.
3 Toets het gewenste nummer in of selecteer een in-
voer uit de telefoonboek, de nummerherhalingslijst
of de lijst van bellers.
¡
Met de blauwe toets en
¼
kunt u an-
dere ontvangers intoetsen en de fax naar een
groep verzenden.
4 Bevestig dit met OK.
5 Toets het tijdstip in waarop het document moet
worden verzonden, bijvoorbeeld
14 00
voor
14.00 uur. Bevestig dit met OK.
6 Selecteer met
¾
het gewenste contrast. Bevestig
dit met OK. Na een korte opwarmfase slaat het ap-
paraat het document op in het geheugen en verstuurt
de fax op het aangegeven tijdstip.
Om een geprogrammeerde faxverzending te annuleren
kunt u het document simpelweg verwijderen uit de op-
drachtenlijst. Om een geprogrammeerde faxverzending
te annuleren kunt u het document simpelweg verwijde-
ren uit de opdrachtenlijst. Druk op MENU/OK,
53
en OK. Kies met
¾
het faxbericht dat u wilt wissen.
Bevestig twee keer met OK (zie ook hoofdstuk Opdrach-
ten). Met C keert u naar de voorafgaande menustap te-
rug; met STOP bereikt u de uitgangspositie.
Fax op afroep
Met Fax afroepen roept u documenten af die in een fax
klaar liggen, waarvan u het nummer hebt gedraaid. Het
is ook mogelijk documenten in uw faxapparaat klaar te
leggen die door andere apparaten afgeroepen kunnen
worden.
Onmiddellijk op afroep
1 Druk op MENU/OK,
22
en OK.
2 Toets het nummer in, van waar u een fax wilt af-
roepen, of selecteer een invoer uit de telefoonboek,
de nummerherhalingslijst of de lijst van bellers. Druk
op START.
Uitgesteld afroepen
1 Druk op MENU/OK,
22
en OK.
2 Toets het nummer in, van waar u een fax wilt af-
roepen, of selecteer een invoer uit de telefoonboek,
de nummerherhalingslijst of de lijst van bellers.
Druk op OK.
3 Toets het tijdstip in waarop het document moet
worden afgeroepen, bijvoorbeeld
14 00
voor
14.00 uur. Bevestig dit met OK.
4 Het apparaat is nu in standby. Op het display ver-
schijnt het nummer en het tijdstip, waarop het appa-
raat het faxbericht afroept. U kunt telefoongesprek-
ken blijven voeren of andere faxberichten versturen.
Verzending op afroep
U kunt in uw faxapparaat documenten klaar leggen die
door andere apparaten afgeroepen kunnen worden.
1 Plaats de documenten met de bedrukte zijde naar
beneden in de documenteninvoer. Het onderste do-
cument wordt het eerst verzonden.
2 Druk op MENU/OK,
23
en OK.
3 Selecteer met
¾
enkelv. of meerv.. Met
de instelling enkelv. kan het document één keer
worden afgeroepen. Als u meerv. selecteert, kan
het document worden afgeroepen zo vaak u wilt. Be-
vestig dit met OK.
4 Selecteer met
¾
het gewenste contrast. Bevestig
dit met OK. Na een korte opwarmfase slaat het ap-
paraat het document in het geheugen op.