Operation Manual
Hulpprogramma's in Windows
-136-
2 Sluit de computer aan en plaats de
Software DVD-ROM.
3 Klik op [Run setup.exe].
Wanneer het [User Account Control]
dialoogvenster verschijnt, klik dan op [Ja].
4 Selecteer de taal en klik op [Next].
5 Selecteer het model en klik op [Goed].
6 Lees de licentieovereenkomst voor de
gebruiker en klik op [I Agree].
7 Selecteer [Device Configuration].
8 Klik op [Change the Printer Display
Language].
9
Vink [
Date and Time
] aan en klik op
[
Next
].
10 Klik op [Next].
11 Selecteer de modelnaam van de machine
en klik op [Next].
12
Stel de datum en tijd in en klik op [
Next
].
13 Klik op [Setup].
Netwerkkaartinstellingen
U kunt de netwerkkaartinstellingen gebruiken om
het netwerk te configureren.
Om de netwerkkaartinstellingen te kunnen
gebruiken dient TCP/IP geactiveerd te zijn.
Opmerking
Hiervoor zijn beheerderrechten vereist.
Zelfs wanneer de machine is verbonden met een draadloos
LAN, wordt het weergegeven MAC-adres het MAC-adres
van het bekabelde LAN.
Memo
Om het MAC-adres van de printer te controleren, druk op
<SETTING (INSTELLING)> en selecteer
[Configuratie]>[Netwerk] op het bedieningspaneel van
het apparaat.
Het hulpprogramma opstarten
1 Druk de aan/uit-schakelaar ongeveer
een seconde in om het apparaat aan te
zetten.
2 Zet de computer aan en plaats de
SoftwareDVD-ROM.
3 Klik op [Run setup.exe].
Wanneer het [User Account Control]
dialoogvenster verschijnt, klik dan op [
Ja].
4 Selecteer het apparaat en klik op [Next].
5 Lees de licentieovereenkomst voor de
gebruiker en klik op [I Agree].
6 Selecteer [Device Configuration]>
[Network Card Setup Utility].
Netwerkinstellingen configureren
1
Start netwerkinstellingen.
2 Selecteer het apparaat uit een lijst.
3 Selecteer [Setting Printer] uit het
[Instelling] menu.
4 Wijzig de items zoals vereist en klik op
[Goed].
5 Voer uw wachtwoord in bij
[Wachtwoord] en klik op [Goed].
- Het standaardwachtwoord bestaat uit de laatste 6
alfanumerieke cijfers van het ethernet-adres.
- Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.
6 Klik op [Goed] in het
bevestigingsscherm.
De printer start opnieuw op om de nieuwe
instellingen in te schakelen. Tijdens het opstarten
springt het printerstatus pictogram op rood. De
printer zal opnieuw opstarten, de nieuwe
instellingen zullen geactiveerd worden en het
statuspictogram zal op groen springen.
Webinstellingen instellen
U kunt de webpagina opstarten en het netwerk
van de hoofdeenheid instellen.
Webinstellingen inschakelen
1 Start netwerkinstellingen.
2 Selecteer het apparaat uit de lijst.
3 Selecteer [Setting Printer] uit het
[Instelling] menu.
4 Selecteer het tabblad [Printer Web
Page].
5 Selecteer [Printer Web Page - Enable]
en klik op [Goed].