Operation Manual

Verschillende functies voor verzenden
-24-
7 Druk op om een vensternummer te
selecteren en druk vervolgens op .
8 Zorg ervoor dat [Register] is
geselecteerd en druk vervolgens op .
Voer het PIN-nummer in en selecteer
[Bewerken] om het geregistreerde
vertrouwelijke venster voor F-codes te bewerken.
9 Zorg ervoor dat [Confidentiële Box] is
geselecteerd en druk vervolgens op .
10 Zorg ervoor dat [Box Naam] is
geselecteerd en druk vervolgens op .
11 Voer een vensternaam in.
12 Selecteer [Enter] en druk vervolgens op
.
13 Druk op om [Sub adres] te
selecteren en druk vervolgens op .
14 Voer een subadres in.
15 Selecteer [Enter] en druk vervolgens op
.
16 Druk op om [I.D. Code] te selecteren
en druk vervolgens op .
17 Voer een PIN-nummer in en druk
vervolgens op .
Opmerking
Het ingevoerde PIN-nummer wordt niet weergegeven.
Vergeet het nummer niet op te schrijven en bewaar
het op een veilige plaats.
18 Specificeer, indien noodzakelijk,
[Onderbreek tijd] om een periode in te
stellen voor het behouden van gegevens.
a) Druk op om [Onderbreek tijd] te
selecteren en druk vervolgens op .
b) Voer een waarde tussen 0 en 31 (dagen)
in en druk vervolgens op
.
Memo
Wanneer [00] (dag) is geselecteerd, worden gegevens
voor onbepaalde tijd behouden.
19 Druk op .
Communicatie F-code voor
mededelingenvenster
1 Druk op de toets <SETTING
(INSTELLING)>.
2 Druk op om [Beheerder instelling]
te selecteren en druk vervolgens op .
3 Voer het beheerderwachtwoord in.
4 Selecteer [Enter] en druk vervolgens op
.
5 Druk op om [Fax Instellingen] te
selecteren en druk vervolgens op .
6 Druk op om [F-Code Bus] te
selecteren en druk vervolgens op .
7 Druk op om een vensternummer te
selecteren en druk vervolgens op .
8 Zorg ervoor dat [Register] is
geselecteerd en druk vervolgens op .
Selecteer [Bewerken] om het geregistreerde
vertrouwelijke venster voor F-codes te bewerken.
9 Druk op om [Bulletin Box] te
selecteren en druk vervolgens op .
10 Zorg ervoor dat [Box Naam] is
geselecteerd en druk vervolgens op .
11 Voer een vensternaam in.
12 Selecteer [Enter] en druk vervolgens op
.
13 Druk op om [Sub adres] te
selecteren en druk vervolgens op .
14 Voer een subadres in.
15 Selecteer [Enter] en druk vervolgens op
.
16 Druk op .
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK