Operation Manual

7
NEDERLANDS
Kassa-lade met losse geldlade
De kassa-lade bevat een geldlade met vakken voor papiergeld en vakken
voor muntgeld. Wanneer u op [#/ST/NS] drukt terwijl de sleutel in de
stand REG 1 of REG 2 staat, wordt de kassa-lade geopend. Als een
medewerkersnummer en beveiligingscode zijn ingesteld, kunt u de lade
alleen openen met deze toets nadat het medewerkersnummer en de code
zijn ingevoerd. U kunt de sleutel van het printercompartiment gebruiken
om deze lade te vergrendelen en te voorkomen dat de lade per ongeluk
wordt geopend wanneer u het kasregister verplaatst.
Desgewenst kunt u de geldlade van de kassa-lade geheel uit het
kasregister verwijderen. Til de geldlade in dat geval voorzichtig omhoog
en trek deze naar buiten.
Opberglade
Deze extra lade biedt ruimte voor het opbergen van diverse voorwerpen.
Displays voor medewerker en klant
Het kasregister heeft twee displays die zowel voor de klant als de
medewerker makkelijk af te lezen zijn tijdens een verkooptransactie. Het
display voor de klant vermeldt ingevoerde bedragen en bijbehorende
transactie-informatie in de vorm van cijfers en speciale symbolen. Het
display voor de medewerker geeft berichten voor de medewerker weer in
10 tekens op de bovenste regel en dezelfde transactiegegevens als in het
display voor de klant in 10 tekens op de onderste regel. Beide displays
worden afgelezen van links naar rechts.
Automatische tijdweergave
De tijd wordt automatisch weergegeven (nadat het kasregister 30
seconden niet is gebruikt) wanneer de sleutel in de stand REG 1 of
REG 2 staat.
Datumweergave
U kunt de datum op het display weergeven door op de [Qty/Date]-toets
te drukken terwijl de REG 1- of REG 2-modus actief is. Wanneer de
datum wordt weergegeven, wordt deze automatisch vervangen door de
tijdweergave wanneer het kasregister 30 seconden niet is gebruikt.
Speciale symbolen
Tijdens kasregisterbewerkingen worden helemaal links op het display
speciale symbolen weergegeven. Deze symbolen geven aan om wat voor
bedrag het gaat of waarschuwen voor een foutsituatie. De volgende
symbolen kunnen voorkomen:
C (Change) Geeft aan dat het weergegeven bedrag het geld is dat de
klant terugkrijgt.
E (Error) Geeft aan dat er een invoerfout of programmeerfout is
gemaakt. De medewerker hoort ook een foutsignaal.
S (Sub-total) Geeft aan dat het weergegeven bedrag het subtotaal is van
een transactie, eventueel inclusief omzetbelasting.
= (Total) Geeft aan dat het weergegeven bedrag het transactietotaal
is.
- (Minus) Geeft aan dat het een negatief bedrag betreft. Dit symbool
wordt ook weergegeven als het subtotaal of het transactie-
totaal een negatief getal is als gevolg van het retourneren
van een artikel of een terugbetaling.
Geeft aan dat de journaalrol bijna op is.
CA (Cash) Geeft aan dat het weergegeven totaal betrekking heeft op
een verkooptransactie die contant is voldaan.
Ch (Check) Geeft aan dat het weergegeven totaal betrekking heeft op
een verkooptransactie die met een cheque is voldaan.
Cr (Charge) Geeft aan dat het weergegeven totaal betrekking heeft op
een verkooptransactie die op rekening is betaald.
Dit symbool verschijnt wanneer de Euro-toets is ingedrukt
om aan te geven dat het weergegeven bedrag is
omgerekend in euro's.