GEBRUIKSAANWIJZING
SAMENGESTELD/UITGEGEVEN/GEPRODUCEERD DOOR: Gedrukt in Thailand. Olivetti S.p.A. con unico azionista Gruppo Telecom Italia Direzione e coordinamento di Telecom Italia S.p.A. Code van de gebruikershandleiding: 259754Y-01 Publicatiedatum: September 2007 Copyright © 2007, Olivetti Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden gefotokopieerd, verveelvoudigd of in andere talen vertaald zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Olivetti S.p.A.
INHOUDSOPGAVE - EERSTE DEEL VOOR HET GEBRUIK 3 OVER HET RAADPLEGEN VAN DE HANDLEIDING..................... 3 OVER DE MILIEUVRIENDELIJKHEID ........................................... 3 AANBEVELINGEN VOOR DE VEILIGHEID ................................... 3 OVER INSTALLATIE- EN INSTELLINGSPARAMETERS ............... 4 KENNISMAKING MET HET PRODUCT 5 BEDIENINGSPANEEL VAN HET FAXTOESTEL ............................ 5 TOETSENBORD VAN DE HANDSET ............................................
VOOR HET GEBRUIK 2. VOOR DE OVERIGE LANDEN (NIET EU) OVER HET RAADPLEGEN VAN DE HANDLEIDING De handleiding is in hoofdzaak in twee delen onderverdeeld: in het eerste deel vindt u een beknopte beschrijving van het faxapparaat, zodat u het direct kunt installeren en gebruiken, zij het met een minimum van zijn mogelijkheden. Na deze eerste fase, kunt u het tweede deel van de handleiding raadplegen. Dit biedt u een diepgaander overzicht van het faxapparaat en de handset en van hun talrijke functies.
ONGEVALRISICO • • • Plaats het faxtoestel en de handset op een vlakke en stabiele ondergrond, vrij van trillingen, zodat ze niet kunnen vallen; een val zou u of anderen kunnen verwonden en de apparaten kunnen beschadigen. Leg de stroomsnoeren zo dat niemand erop kan trappen of erover kan struikelen. Laat nooit toe dat kinderen het faxtoestel of de handset zonder toezicht gebruiken of ermee spelen.
KENNISMAKING MET HET PRODUCT BEDIENINGSPANEEL VAN HET FAXTOESTEL "Fouten-led" Signaleert een storing tijdens verzending of ontvangst. Na indrukken van de toets • , wordt het luidsprekervolume geleidelijk tot het maximum verhoogd om dan weer te beginnen bij het minimumniveau. Display LCD met twee regels van maximaal 16 tekens per regel. Geeft instructieberichten en foutmeldingen weer.
• Stemt de resolutie af op de te verzenden en te kopiëren documenten (alleen met het document in de automatische invoer - ADF). • Voor tijdelijke onderbreking van de verbinding (met de hoorn van de haak). 6 • Voert een document uit de automatische invoer (ADF) uit. • Schakelt de LED " • Plaatst het faxtoestel opnieuw in de standbymodus. • Onderbreekt het programmeren, een verzending, een ontvangst of het kopiëren. • Het adresboek openen • Annuleert verkeerde instellingen op het display.
TOETSENBORD VAN DE HANDSET Enkele toetsen kunnen ook meerdere verschillende functies hebben, afhankelijk van de modus waarin de handset zich bevindt: Wachtstand (stand-by), oftewel wanneer de handset niet actief is. Programmeermodus, actief na drukken op de toets (als men tijdens de programmering gedurende ca. 30 seconden op geen enkele toets drukt, komt de handset automatisch in de wachtstand terug). Communicatiemodus, actief tijdens een telefoonoproep.
DISPLAY VAN DE HANDSET Op het display van de handset worden de volgende pictogrammen en informatie weergegeven: - - - - Pictogram “ ” BATTERIJNIVEAU Wanneer de handset zich op de batterijlader bevindt, gaan de drie segmenten van het pictogram in sequentie aan ten teken dat de batterijen worden opgeladen. Wanneer de batterijen volledig zijn opgeladen, zijn de drie segmenten constant aan.
COMPONENTEN In de figuur worden de externe en interne onderdelen van het product getoond. VERLENGSTUK AANSLUITBUSSEN PAPIERSTEUN PAPIERINVOER VOOR STANDAARD PAPIER (ASF) Maximumcapaciteit: 40 vel van 80 gr/m2.
METEEN AAN DE SLAG In dit gedeelte, zoals reeds gezegd, vindt u een basisbeschrijving van het faxtoestel, met de procedures voor het installeren en direct gebruiken van het faxtoestel, zij het met een minimum van zijn mogelijkheden. Voor een optimaal gebruik van het faxtoestel en van de handset, kunt u de specifieke hoofdstukken raadplegen.
SLUIT DE BATTERIJLADER VAN DE HANDSET OP HET PLAATSING VAN DE HANDSET OP DE BATTERIJLADER VOEDINGSNET AAN 1. Plaats de handset op de batterijlader, met het toetsenbord naar u toe gericht. Het indicatorlampje op de batterijlader wordt rood verlicht ten teken dat de handset correct geplaatst is. C b C a 1. Steek de kleine connector van de externe voeding in het aansluitcontact onderaan de batterijlader (A). 2. Bevestig de voedingskabel in de overeenkomstige kabelgleuf (B). 3.
INSTELLING VAN ENKELE PARAMETERS Wanneer het faxtoestel eenmaal op het voedingsnet is aangesloten, voert het automatisch een korte test uit om te controleren of alle componenten correct werken, en daarna kan het volgende op het display verschijnen: - de taal waarin de berichten zullen worden weergegeven of - het bericht "AUTOMAT. 00" en afwisselend op de tweede regel "DATUM/TIJD INST" en "PATROON CONTR.".
4. Drukt u op de toetsen 4. Indien u de cursor naar enkele te wijzigen cijfers wilt verplaatsen, drukt u op de toetsen: tot op het display verschijnt: | /} INSTALLATIE TAAL 5. Vervolgens de cijfers overschrijven, door op de volgende toetsen te drukken: 5. Druk op de toets: - Op het display verschijnt de standaard taal, bijvoor- 6. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: beeld: Het faxtoestel komt automatisch weer in de oorspronke- TAAL NEDERLANDS 6.
5. Nu kunt u kiezen tussen de volgende opties: "DATUM/TIJD INST" - Om de eerder ingestelde datum en tijd te wijzigen. "FORMAAT DATUM" - Om het datumformaat te kiezen dat op het display wordt weergegeven. "FORMAAT TIJD" - Om het tijdformaat te kiezen dat op het display wordt weergegeven. 6.
5. Druk op de toets: 6. Druk op de toetsen tot op het display verschijnt: Op het display verschijnt: TEL.NET INSTELL KIESMODUS TEL.NET INSTELL TYPE TEL.NET 7. Druk op de toets: 6. Druk op de toets: Op het display verschijnt: Op het display verschijnt: KIESMODUS TOON TYPE TEL.NET OPENBAAR 7. Om de andere optie te kiezen, "TYPE TEL.NET PRIVÉ", drukt u op de toetsen: 8. Om de andere optie te kiezen, "KIESMODUS - PULS", drukt u op de toetsen: 8.
6. Om een spatie in te voegen, drukt u op de toetsen: |/ } 4. Om een spatie in te voegen, drukt u op de toetsen: | /} 7. Om de cursor naar het eerste teken van de naam te verplaatsen, drukt u op de toets: 8. Om de cursor na het laatste teken van de naam te verplaatsen, drukt u op de toets: 9. Om een aantal speciale symbolen in uw naam in te voegen, bijv. &, drukt u op de toetsen: 10.
6. Druk op de toetsen DE PRINTPATROON PLAATSEN tot op het display verschijnt: DIV. PARAMETERS KOPREGEL FAX 7. Druk op de toets: Op het display verschijnt: KOPREGEL FAX BINNEN 8. Om de andere parameter te selecteren, drukt u op de toetsen: Op het display verschijnt: KOPREGEL FAX BUITEN 9. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: 10.
6. Sluit vervolgens het bedieningspaneel en plaats de telefoonhoorn in zijn zitting. BELANGRIJK Met de eerste gratie bijgeleverde printkop kunt u tot 80 pagina’s afdrukken*. Met de patronen die u vervolgens koopt, met een grotere capaciteit, kunt u tot 450 pagina’s afdrukken* . * Op basis van de Test Chart ITU-TS n.1 (zwartdekking 3,8%).
11. Druk op de functietoets F1 (ADF) met de te verzenden kant naar onder gericht (A). a tot de programmering is afgesloten. AANVULLENDE b 1. Steek het origineel in de invoer 1 HANDSETS REGISTREREN De in de verpakking geleverde handset is reeds op het faxtoestel geregistreerd en gereed om te worden gebruikt.
TELEFOONHOORN VAN HET FAXTOESTEL OPNEMEN BIJ HET 5. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: VERZENDEN 6. Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standbymodus te plaatsen, drukt u op de toets: 1. Indien dit schema u niet voldoende zegt, raadpleeg dan "Verzenden", in het hoofdstuk "Functies voor verzenden en ontvangen". 7.
ONTVANGST IN DE MODUS "TEL / FAX" Hoe het faxtoestel zich in deze ontvangstmodus gedraagt, is afhankelijk van wie hem belt en van uw aan-/afwezigheid bij ontvangst (in deze ontvangstmodus gaat de handset alleen over wanneer de oproep van een telefoon afkomstig is). Het volgende schema geeft de procedure weer: Na het geprogrammeerde aantal belsignalen. Uw toestel komt in automatische ontvangst.
OPBELLEN 2. Druk op de toets: VANAF DE HANDSET 1. Druk op de functietoets F2 onder het pictogram het display: op Op het display wordt, in alfabetische volgorde, de naam (indien ingesteld) en het fax- of telefoonnummer weergegeven die aan de 60 beschikbare posities gekoppeld zijn (00-59). 2. Om het telefoonnummer of de naam te vinden van de correspondent die u wilt bellen, kunt u: 1. Op het bovenste of onderste gedeelte van de toets drukken tot de gewenste naam of het nummer op het display verschijnt.
EEN KOPIËREN OPROEP DOORVERBINDEN EEN OPROEP DOORVERBINDEN VA N A F HET WELKE FAXTOESTEL DOCUMENTEN KUNT U KOPIËREN 1. Tijdens een telefoongesprek drukt u op de toets: Op het display verschijnt: DOORVERBINDEN WACHTEN AUB Alle op de basis geregistreerde handsets gaan over. 2. Om de oproep door te verbinden, de hoorn op de haak leggen. 3.
8. Om uw keuze te bevestigen, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: ZOOM 100% 9. Om de andere beschikbare reproductiewaarden te kiezen, "200%", "140%", "70%" of "50%", drukt u op de toetsen: 10. Om uw keuze te bevestigen, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: CONTRAST NORMAAL 11. Om de andere twee beschikbare contrastwaarden weer te geven, "CONTRAST - LICHT" of "CONTRAST DONKER", drukt u op de toetsen: 12.
INHOUDSOPGAVE - TWEEDE DEEL FUNCTIES VOOR VERZENDEN EN ONTVANGEN 27 ONDERHOUD 72 VERZENDEN .............................................................................. 27 PRINTPATROON VERVANGEN .................................................. 72 ONTVANGEN .............................................................................. 31 REINIGINGSPROCEDURE VOOR DE PRINTPATROON EN TESTPROCEDURE VOOR DE INKTSPROEIERS ...................... 73 HET ADRESBOEK ..........................................
FUNCTIES VOOR VERZENDEN EN ONTVANGEN VERZENDEN WELKE 2 b 2. Steek het origineel in de invoer (ADF) met de te verzenden kant naar onder gericht (A). Leg het document tevens zo dat het perfect op de rechterkant van de invoer aansluit (B): zie aanwijzing op de behuizing van het faxtoestel. a DOCUMENTEN KUNT U GEBRUIKEN Afmetingen • • • Breedte min. 148 mm - max. 210 mm Lengte min. 105 mm - max. 600 mm Gramsgewicht 70 - 90 gr/m2 (max.
6. Druk op de toetsen DOCUMENTEN VERZENDEN tot op het display verschijnt: DIV. PARAMETERS 1. Steek het document in de automatische invoer (ADF). Op de bovenste regel van het display verschijnt: CONTRAST DOCUMENT GEREED 7. Druk op de toets: en op de onderste regel de uitgangswaarde voor het contrast: "NORMAAL". De uitgangswaarde met betrekking tot de resolutie is " " (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals hierboven beschreven. DOCUMENTEN VERZENDEN VANAF HET FAXTOESTEL 3. Om het nummer te vormen van de correspondent aan wie u het document wilt verzenden, drukt u op de toetsen: - 2. Om de kiestonen te horen, drukt u op de toets: Als het faxtoestel van uw correspondent op automatische ontvangst is ingesteld, hoort u de toon van het faxapparaat.
3. Druk op de toetsen tot op het display verschijnt: menu TX UIT GEHEUGEN 12. Om de andere optie te kiezen, "INSTELL. PRINTEN NEE", drukt u op de toetsen: 13. Om de procedure af te sluiten, drukt u op de toets: In beide gevallen verschijnt op het display: 4. Druk op de toets: INSTELL. BEVEST. JA Op het display verschijnt: TX UIT GEHEUGEN NIEUWE INSTELL. 14. Om de andere optie te kiezen, "INSTELL. BEVEST. NEE", drukt u op de toetsen: 5.
TX UIT GEHEUGEN - PRINTEN - Om alleen de parameters m.b.t. de verzending uit het geheugen af te drukken. Na het afdrukken komt het faxtoestel automatisch in de standby-modus terug. TX UIT GEHEUGEN - WISSEN - Om de instelling te wissen. Het faxtoestel komt in de standby-modus terug. 5. Om een van de beschikbare opties weer te geven, drukt u op de toetsen: 6. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: 4.
OPMERKING AUTOMATISCHE ONTVANGST MET OPROEPTYPE-HER KENNING Hoe het faxtoestel zich in deze ontvangstmodus gedraagt, is afhankelijk van de correspondent: - Als de oproep van een ander faxtoestel afkomstig is, komt uw faxtoestel automatisch in de ontvangstmodus. - Als de oproep van een telefoon afkomstig is, geeft het faxtoestel na het geprogrammeerde aantal belsignalen ca. 20 seconden lang een geluidsignaal, de handset gaat over en op het display van het faxtoestel verschijnt "HOORN OPNEMEN".
10. Voer de naam van de correspondent in (max. 16 tekens) zoals u dat deed voor uw naam (zie "Nu ontbreken uw naam en faxnummer nog", in het hoofdstuk "Meteen aan de slag"). 11. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: 8. Druk op de functietoets F3: Nu kunt u de procedure onderbreken of u kunt een ander nummer programmeren. 9. Om de procedure te onderbreken, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: 10. Om andere nummers te programmeren, herhaalt u de procedure vanaf stap 2.
2. Om het telefoonnummer of de naam te vinden die u wilt wijzigen, kunt u: 8. Om de andere optie te kiezen, "WISSEN? - JA", drukt u op de toetsen: 1. Op het bovenste of onderste deel van de toets drukken tot de naam of het gewenste nummer op het display verschijnt. of 2. Druk op de toets met de beginletter van de naam die u zoekt. De handset zoekt de naam in alfabetische volgorde. 3.
DE 3. Om het gewenste faxnummer of de naam van de correspondent te vinden aan wie u het document wilt sturen, kunt u: GEGEVENS VAN HET ADRESBOEK AFDRUKKEN Deze procedure kan alleen vanaf het faxtoestel worden uitgevoerd. 1. Op de toetsen drukken tot het gewenste nummer of de naam op het display verschijnen. of 2. Op de toets met de beginletter van de gewenste naam drukken. Het faxtoestel zoekt de naam in alfabetische volgorde op. 4. Om de verzending te starten, drukt u op de toets: 1.
RAPPORTEN EN LIJSTEN AFDRUKKEN RAPPORTEN Door het afdrukken van rapporten kunt u het resultaat van alle uitgevoerde transacties (verzendingen en ontvangsten) en het aantal verwerkte documenten controleren en over andere nuttige informatie beschikken (de rapporten kunnen alleen vanaf het faxtoestel worden beheerd).
7. Druk op de toets: LIJSTEN Op het display verschijnt: TX RAPPORT MISLUKTE VERZ. U kunt een van de volgende opties kiezen: "TX RAPPORT - ALTIJD" en "TX RAPPORT - NEE". TX RAPPORT - MISLUKTE VERZ. - Het faxtoestel drukt alleen na een mislukte verzending automatisch een rapport af. TX RAPPORT - ALTIJD - Het faxtoestel drukt na elke verzending automatisch een rapport af, ongeacht het resultaat. TX RAPPORT - NEE - Het faxtoestel drukt geen rapporten af.
4. Druk op de toetsen tot op het display verschijnt: CONFIG. FAX CONFIG. PRINTEN 5. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: Na de afdruk komt het faxtoestel automatisch weer in de oorspronkelijke standby-modus terug. LIJST VAN CONFIGURATIEPARAMETERS VOOR ONTVANGST AFDRUKKEN 1. Druk op de toets: Op het display verschijnt: menu CONF. ONTVANGST 2. Druk op de toets: Op het display verschijnt: CONF. ONTVANGST ONTVANGSTMODUS 3. Druk op de toetsen tot op het display verschijnt: CONF.
HET Het faxtoestel is voorzien van een ingebouwd antwoordapparaat, dat dezelfde mogelijkheden biedt als een extern antwoordapparaat.
VEILIGHEIDSFUNCTIES EN TOEGANG Voor het op afstand bedienen van het antwoordapparaat is de toegang (behalve om boodschappen in te spreken), beschermd door een numerieke code van vier cijfers die u altijd kunt wijzigen of annuleren (zie "Wijzigen/annuleren van de toegangscode voor het antwoordapparaat").
9. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: • UITGAANDE BOODSCHAP 2, met een maximale duur van 10 seconden, kan worden opgenomen om: • als u afwezig bent en dus de ontvangstmodus "AWA / FAX" hebt geselecteerd, de beller te waarschuwen dat het antwoordapparaat geen boodschappen kan ontvangen omdat het geheugen vol is, bijvoorbeeld: "Momenteel kunt u ons alleen een fax sturen.
9. Om het opnemen te starten, drukt u op de toets: 8. Indien u een functie terug wilt gaan, drukt u op de toets: U hebt 20 seconden ter beschikking (afgeteld op het display) om uw boodschap in te spreken: • Als de boodschap korter is dan 20 seconden, sluit u de opname af zodra u klaar bent met inspreken door de hoorn op te leggen of op de toets • te drukken. Het faxtoestel speelt automatisch de boodschap af die u hebt opgenomen.
6. Druk op de toetsen tot op het display verschijnt: UITG.BOODSCH. 2 WISSEN 7. Om de eerder opgenomen uitgaande boodschap 2 te wissen, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: WISSEN? NEE 8. Om de andere beschikbare waarde weer te geven, "WISSEN? - JA", drukt u op de toetsen: OPNAMETIJD PROGRAMMEREN VOOR MEMO’S EN BINNENKOMENDE BOODSCHAPPEN Deze procedure kan alleen vanaf het faxtoestel worden uitgevoerd. 1. Druk op de toets: Op het display verschijnt: menu CONF. ONTVANGST 2.
AFSPELEN VAN BINNENKOMENDE BOODSCHAPPEN EN MEMO'S AFSPELEN VANAF HET FAXTOESTEL Als het antwoordapparaat een of meerdere binnenkomende boodschappen of een of meerdere memo's in het geheugen heeft die u nog niet hebt beluisterd, knippert de BOODSCHAPPEN-LED en op het display wordt het totale aantal opgenomen boodschappen (inclusief de memo's) weergegeven, bijvoorbeeld 03: AWA / FAX 03 01-Sep-07 10:32 Nu kunt u (via de luidspreker of door de telefoonhoorn op te nemen) alle boodschappen beluisteren, inclu
WISSEN OPMERKING VANAF DE HANDSET 1. Om het beheer van de boodschappen of memo's te openen, op de functietoets F3 drukken: Op het display verschijnt: 2. Om alle boodschappen of memo's af te spelen, op de functietoets F3 drukken: De handset begint met de weergave van de boodschappen en memo's. 3. Om de huidige boodschap te wissen, op de functietoets F1 drukken: De handset begint met de volgende boodschap. 4.
Voor het op afstand bedienen en programmeren van het antwoordapparaat moet u: • Het nummer van het faxtoestel vormen op de externe telefoon. Het antwoordapparaat beantwoordt de oproep en maakt verbinding. • De toegangscode invoeren vanaf de externe telefoon. • Als de code correct is, hoort u een kort geluidssignaal ter bevestiging. • 3. Druk op de toets: Op het display verschijnt: CONFIG. AWA ICM OP LUIDSPR. 4. Druk op de toetsen tot op het display verschijnt: CONFIG.
4. Druk op de toetsen tot op het display verschijnt: 3. Druk op de toets: Op het display verschijnt: CONFIG. AWA CONFIG. AWA ALLEEN UGB ICM OP LUIDSPR. 5. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: ALLEEN UGB nEE 4. Druk op de toets: Op het display verschijnt: ICM OP LUIDSPR. NEE 6. Om de andere optie weer te geven, "ALLEEN UGB JA", drukt u op de toetsen: 5. Om de andere optie weer te geven, "ICM OP LUIDSPR. - JA", drukt u op de toetsen: 7.
GEAVANCEERD GEBRUIK Alle in dit hoofdstuk beschreven procedures kunnen alleen vanaf het faxtoestel worden uitgevoerd. 10. Indien u een functie terug wilt gaan, drukt u op de toets: OVERIGE NUTTIGE INSTELLINGEN VOOR DOCUMENT ONTVANGST AFDRUKZONE ONTVANGEN DAT LANGER IS DAN HET PAPIERFORMAAT VAN EEN ONTVANGEN DOCUMENT VERKLEINEN 1. Druk op de toets: Op het display verschijnt: menu CONF. ONTVANGST 2. Drukt u op de toetsen tot op het display verschijnt: menu CONFIG. FAX 3.
5. Om een van de andere beschikbare opties te selecteren, "STILLE RX - DAGELIJKS" of "STILLE RX - JA", drukt u op de toetsen: 10. Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standbymodus te plaatsen, drukt u op de toets: 11. Indien u een functie terug wilt gaan, drukt u op de toets: 6. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: 7.
Het faxtoestel is reeds ingesteld op weergave van de identiteit van de beller. U kunt de weergave hiervan echter ook als volgt uitschakelen: 1. Druk op de toets: Op het display verschijnt: menu CONF. ONTVANGST 2. Drukt u op de toetsen tot op het display verschijnt: menu INSTALLATIE AANTAL Deze functie is slechts in enkele landen beschikbaar. Indien het faxtoestel in de ontvangstmodus "AUTOMAT.", "TEL / FAX" of "AWA / FAX" staat, beantwoordt het de oproepen automatisch na een bepaald aantal belsignalen.
2. Druk op de toets: 2. Drukt u op de toetsen tot op het display verschijnt: Op het display verschijnt: CONF. ONTVANGST menu ONTVANGSTMODUS INSTALLATIE 3. Drukt u op de toetsen 3. Druk op de toets: Op het display verschijnt: tot op het display verschijnt: CONF. ONTVANGST INSTALLATIE BELVOLUME NAAM ZENDER 4. Druk op de toets: 4. Drukt u op de toetsen tot op het display verschijnt: Het display geeft het standaard volumeniveau weer, INSTALLATIE bijvoorbeeld 4: BELVOLUME NIVEAU 4 ONDERSCH.
OPMERKING Indien het faxtoestel dit specifieke belsignaalritme niet kan herkennen, verschijnt op het display het bericht "NIET GEDETECT.". Druk in dat geval op de toets en her9. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: haal de procedure. ZOEMERDUUR 8. Om de andere beschikbare waarden weer te geven, "FAX/TEL TIJD - 15 SEC.", "FAX/TEL TIJD - 30 SEC." of "FAX/TEL TIJD - 40 SEC.", drukt u op de toetsen: WIJZIGEN Deze functie is slechts in enkele landen beschikbaar.
6. Drukt u op de toetsen 8. Om de andere beschikbare waarden weer te geven, "STILLE PERIODE - 3 SEC.", "STILLE PERIODE - 4 SEC.", "STILLE PERIODE - 8 SEC.", "STILLE PERIODE - 10 SEC." of "STILLE PERIODE - NEE", drukt u op de toetsen: tot op het display verschijnt: TEL.NET INSTELL AFST. BEDIENING Indien u "STILLE PERIODE - NEE" selecteert, wordt 7. Druk op de toets: de opname niet door het faxtoestel onderbroken. 9. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: AFST.
4. Druk op de toets: 5. Drukt u op de toetsen tot op het display verschijnt: Op het display verschijnt: UITGESLOTEN NRS UITGESLOTEN NRS NIEUW NUMMER NUMMER WIJZIGEN 5. Druk op de toets: 6. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: Op het display verschijnt het eerste nummer uit de lijst Op het display verschijnt: 0:VORM NUMMER _ van uitgesloten nummers. 7. Om het nummer op te zoeken dat u wilt wijzigen, drukt u op de toetsen: 6. Vorm het faxnummer dat u wilt blokkeren.
9. Om de andere optie weer te geven, "WISSEN? - JA", drukt u op de toetsen: OVERIGE NUTTIGE INSTELLINGEN VOOR VERZENDING 10. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: UITGESLOTEN NRS NUMMER WISSEN 11. Vanaf dit punt herhaalt u de procedure vanaf stap 6 om andere nummers uit de lijst te wissen. LIJST VAN UITGESLOTEN NUMMERS AFDRUKKEN 1. Druk op de toets: Op het display verschijnt: menu CONF. ONTVANGST 2. Druk op de toets: Op het display verschijnt: CONF.
9. Om de nieuwe code te bevestigen, drukt u op de toets. 9. Om de nieuwe code te bevestigen, drukt u op de toets. 10. Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standbymodus te plaatsen, drukt u op de toets: 10. Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standbymodus te plaatsen, drukt u op de toets: 11. Indien u een functie terug wilt gaan, drukt u op de toets: 11.
5. Druk op de toets: 5. Druk op de toets: Op het display verschijnt: Op het display verschijnt: DIV. PARAMETERS TEL.NET INSTELL ecm TYPE TEL.NET 6. Drukt u op de toetsen 6. Drukt u op de toetsen tot op het display verschijnt: tot op het display verschijnt: DIV. PARAMETERS TEL.NET INSTELL ZOEMERVOLUME PBX FLASH 7. Druk op de toets: 7. Druk op de toets: Op het display verschijnt: Het display geeft het standaard volumeniveau weer, PBX FLASH bijvoorbeeld 4: ZOEMERVOLUME NIVEAU 4 8.
3. Druk op de toets: ONTVANGEN VAN EEN DOCUMENT D.M.V. DE Op het display verschijnt: POLLINGFUNCTIE CONFIG. FAX DATUM / TIJD 4. WAT Drukt u op de toetsen: IS POLLING Op het display verschijnt: CONFIG. FAX DIV. PARAMETERS 5. Druk op de toets: Op het display verschijnt: Wanneer een faxtoestel een ander om een verzending vraagt, zodat het document automatisch verzonden wordt, spreken we van polling.
6. Zowel voor het bevestigen van de huidige tijd als de nieuwe tijd, drukt u op de toets: Op het display verschijnt: VORM NUMMER _ 7. Vorm het nummer van de correspondent direct op het numerieke toetsenbord, door op de volgende toetsen te drukken: REEDS INGESTELDE POLLING VOOR ONTVANGST WISSEN 1. Druk op de toets: Op het display verschijnt: menu CONF. ONTVANGST 2. Drukt u op de toetsen tot op het display verschijnt: 8.
GEBRUIK VAN DE SPECIFIEKE FUNCTIES VAN DE HANDSET GEBRUIK VAN DE HANDSET 3. Druk op het bovenste of onderste gedeelte van de toets tot op het display verschijnt: VOLUME MELODIE HANDSET VAN HET BELSIGNAAL WIJZIGEN 4. Druk op de functietoets F3: 1. Druk op het bovenste of onderste gedeelte van de toets tot op het display verschijnt: MENU HANDSET 2. Druk op de functietoets F3: Op het display verschijnt: MELODIE EXT OPROEP 5.
5. Om het automatische antwoord uit te schakelen, drukt u op de functietoets F1: 3. Druk op het bovenste of onderste gedeelte van de toets tot op het display verschijnt: 6. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets: TAAL 4. Druk op de functietoets F3: Op het display verschijnt de huidige taal. 7. Om de programmering af te sluiten, drukt u 2 maal op de functietoets F1: 5. Druk op het bovenste of onderste gedeelte van de toets tot de gewenste taal is geselecteerd.
PIN-CODE BASISINSTELLINGEN WIJZIGEN De PIN-code van het faxtoestel wordt gebruikt voor de registratie van handsets of het wijzigen van bepaalde gevoelige parameters. De PIN-code bestaat uit 4 cijfers, en de standaard code is "0000". Indien u dit wenste kunt u de PIN-code als volgt wijzigen: 1. Druk op het bovenste of onderste gedeelte van de toets HERSTELLEN Indien u dit wenst, kunt u de basisinstellingen (naam van de handset, waarschuwingstonen, volume en melodie van het belsignaal, PIN-code, enz.
4. Om de wekker te programmeren, drukt u op de functietoets F3: 5. Typ de tijd waarop u wilt dat de handset overgaat. Druk vervolgens op de functietoets F3: Op het display verschijnt: 12345 6. Om een van de 5 beschikbare melodieën voor het belsignaal te kiezen, drukt u op het bovenste of onderste gedeelte van de toets: GEBRUIK VAN EXTRA APPARATEN Op het faxtoestel kunt u, behalve de geleverde handset, nog maximaal 4 extra handsets registreren.
5. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de functietoets F3: Op het display verschijnt: ZOEK BASISX "X" komt overeen met het in punt 4 geselecteerde nummer. 6. Nadat de basis is gevonden, vraagt de handset om de PIN-code in te voeren: typ de PIN-code op het toetsenbord van de handset (de standaard PIN-code is "0000"). Druk vervolgens op de functietoets F3: Er verschijnt een bevestigingsbericht op het display met een nummer dat aan de basis is toegekend.
3. Indien u de oproep naar een compatibele handset heeft doorverbonden, kunt u met de interne correspondent spreken wanneer hij oproep beantwoordt. Indien u de oproep heeft doorverbonden naar het faxtoestel, kunt u niet met de interne correspondent spreken. 4. Om een 3-gesprek te starten (alleen mogelijk tussen 2 handsets en de externe correspondent), gaat u direct door naar punt 5.
PROBLEMEN OPLOSSEN WANNEER DE STROOM UITVALT In geval van een stroomuitval, bewaart het faxtoestel de in het adresboek geprogrammeerde nummers en de rapporten in het geheugen, terwijl de opgeslagen documenten verloren gaan. Na een stroomonderbreking gaan ook de datum en tijd op het faxtoestel en op de handset verloren. Deze moeten dan opnieuw worden ingesteld volgens de procedure "De eerste keer de datum en tijd instellen", hoofdstuk "Meteen aan de slag".
FOUTCODES De foutcodes die zowel op het zendrapport als op het activiteitenrapport worden afgedrukt bestaan uit twee cijfers die de oorzaak van de fout aangeven. Op het activiteitenrapport wordt de code wegens plaatsgebrek zonder verder bericht weergegeven. CODE BERICHT OORZAAK VAN DE FOUT WAT U MOET DOEN OK OK Transactie correct voltooid. Geen interventie. 02 VERBINDING ONMOGELIJK RAADPLEEG CORRESPONDENT Het faxtoestel detecteert geen lijntoon of ontvangt foutieve signalen.
SIGNALEN EN BERICHTEN OP HET FAXTOESTEL Eventuele problemen die kunnen optreden worden gewoonlijk aangegeven door geluidssignalen (die soms vergezeld gaan van visuele signalen: brandende fouten-LED " ") of door foutberichten op het display. Het faxtoestel geeft eveneens geluidssignalen en berichten op het display die geen fout aangeven. GELUIDSSIGNALEN DIE EEN FOUT AANGEVEN Korte toon, 1 seconde lang • U hebt op de verkeerde toets gedrukt tijdens een procedure.
LIJST VOL • • U probeert een fax- of telefoonnummer aan de lijst van uitgesloten nummers toe te voegen maar de lijst is vol: u moet ten minste één nummer uit de lijst wissen (zie "Lijst van uitgesloten nummers wissen", hoofdstuk "Geavanceerd gebruik"). U probeert een document uit het geheugen aan meer dan 10 correspondenten te verzenden.
ANDERE PATR. BIJNA LEEG GELUIDSSIGNALEN De inkt in de patroon is bijna op. Korte toon, 1 seconde lang • Transactie werd correct uitgevoerd. POLL INGESTELD U heeft een polling voor ontvangst ingesteld. Intermitterende toon, 20 seconden lang • Signaal om de hoorn op te nemen en een telefoonoproep te beantwoorden. RX ONDERBROKEN U hebt de ontvangst onderbroken door op de toets ANDERE BERICHTEN OP HET DISPLAY te drukken.
PROBLEMEN OP DE HANDSET Onderstaande lijst biedt enkele aanwijzingen voor het oplossen van kleine problemen op de handset. PROBLEEM OPLOSSING De handset wordt niet ingeschakeld. Controleer of de batterijen correct zijn geplaatst. Laad de batterijen volledig op. De batterijen worden niet opgeladen. Controleer de plaatsing van de handset op de batterijlader. Controleer de aansluiting van de batterijlader op het elektriciteitsnet.
ONDERHOUD PRINTPATROON VERVANGEN Opgelet! 7. Raak de spuitmonden niet aan. 7 De printpatroon moet worden vervangen, wanneer de inkt opraakt (lege printpatronen kunnen niet worden hergebruikt) of wanneer de afdrukkwaliteit achteruit gaat. In het eerste geval drukt het faxtoestel automatisch een bericht af om u eraan te herinneren dat de inkt in de patroon bijna op is en dat u hem moet vervangen. 1 8.
6. Om de andere beschikbare optie weer te geven, "REINIG. PATROON - JA", drukt u op de toetsen: 3. Druk op de toets: Op het display verschijnt: ONDERH. PATROON 7. Druk op de toets: NIEUWE PATROON Het faxtoestel start automatisch de reinigings- en 4. Druk op de toets: controleprocedure van de inktsproeiers en drukt het resultaat van de diagnose af. Onderzoek het afdrukresultaat, zoals beschreven in "De printpatroon plaatsen", in het hoofdstuk "Meteen aan de slag".
3. Ontgrendel de printpatroon door middel van het hendeltje, zoals aangegeven door de pijl. 2. Maak het bedieningspaneel open en til het op zoals aangegeven door de pijl. 4. Neem de patroon uit zijn behuizing. 3. Verplaats de printwagen geheel naar de linkerzijde van het faxtoestel. 5. Reinig de elektrische contacten met behulp van een lichtjes bevochtigde doek. Opgelet! Raak de spuitmonden niet aan. 4. Ontgrendel de papiertransportrol door middel van het hendeltje, zoals aangegeven door de pijl. 6.
OPMERKING Om te controleren of de optische scanner schoon is, maakt u een kopie met een blanco vel papier. Als op de kopie verticale strepen te zien zijn en na controle blijkt dat de optische scanner perfect schoon is, dient u contact op te nemen met de technische dienst.
ELEKTRISCHE CONTACTEN VAN DE HANDSET EN DE BATTERIJLADER REINIGEN Om te garanderen dat de batterijen van de handset optimaal worden opgeladen, is het raadzaam de elektrische contacten van de handset en van de batterijlader zo nu en dan als volgt te reinigen: 1 1. Reinig de elektrische contacten van de handset met een licht bevochtigd wattenstaafje. 2 2. Reinig ook de elektrische contacten van de batterijlader met een licht bevochtigd wattenstaafje.
FABRIKANT EN SERVICE FABRIKANT Olivetti S.p.A. con unico azionista Gruppo Telecom Italia Direzione e coordinamento di Telecom Italia S.p.A. Via Jervis, 77 - 10015 IVREA (TO) ITALIË SERVICE Indien het product niet naar behoren werkt, of bij vragen aan de fabrikant, kunt u het nummer bellen dat op de "Warranty Card" is aangegeven.
TECHNISCHE GEGEVENS ALGEMENE Model ......................... Tafelmodel Display ........................ LCD 16 + 16 tekens Geheugencapaciteit ..... 30 pagina's (*) Afmetingen Breedte ....................... 345 mm Diepte ......................... 244 mm Hoogte ........................ 122 mm - 308 mm (**) Gewicht ....................... ca. 4,8 Kg (verpakt product) ALGEMENE KENMERKEN VAN DE HANDSET Bereik ......................... ca. 250 meter (in open veld en optimale gebruikscondities) Display ....
INDEX A B Aanbevelingen voor de veiligheid 3 Aansluiting van de handset op het stopcontact 11 Aansluiting van het faxtoestel aansluitbussen 9 op de telefoonlijn 10 op het stopcontact 11 van de telefoonhoorn 10 Activering van het antwoordapparaat 39 Adresboek 32 afdrukken van adresboekgegevens 35, 38 programmering van het adresboek vanaf de handset 33 vanaf het faxtoestel 32 verzenden door opzoeken in het adresboek vanaf de handset 35 vanaf het faxtoestel 35 wijziging van een nummer vanaf de handset 33 van
F L Fabrikant contact opnemen 77 telefoonnummer 77 Foutcodes 66, 67 FOUTEN-LED 68 Lijst G Geheugen verzending uit het geheugen 29 wijzigen/herhalen/wissen 30 H Handset aanvullende handsets registreren 19, 63 automatisch antwoord in-/uitschakelen 60 basisinstellingen herstellen 62 basisunit selecteren 64 batterijen van de handset vervangen 76 configuratie 18 datum en tijd wijzigen 18 een 3-gesprek starten 64 een handset annuleren 64 handenvrij-functie in-/uitschakelen 63 interne communicatie tussen hand
Ontvangst aantal belsignalen wijzigen 50 afdrukzone van een ontvangen document verkleinen 48 afstandsbedieningscode wijzigen 53 automatische ontvangst 20, 31 met oproeptype-herkenning 32 herkenning van het belsignaal-ritme 51 manuele ontvangst 20, 31 naam of nummer van de beller weergeven 49 ontvangst in stand "TEL / FAX" 21 ontvangst met antwoordapparaat 20, 31 ontvangst vanaf de handset 32 ontvangstmodus kiezen 20, 31 resterende tekst 48 stille ontvangst 49 stille periode wijzigen 52 volume belsignalen wi
V Veiligheid aanbevelingen voor de veiligheid 3 aanbevelingen voor het gebruik 4 brandgevaar 3 gebruiksbestemming 4 ongevalrisico 4 schokgevaar 3 verstikkingsgevaar 3 Veiligheidsfuncties en toegang 40 Verbindingstonen 56 Verpakking inhoud van de verpakking 10 Verzending circulaire 29 contrast en resolutie afstellen 27 de Flash-functie in-/uitschakelen 57 documenten verzenden vanaf het faxtoestel 19, 28 ECM-modus in-/uitschakelen 57 een document uit het geheugen verzenden 29 hoorn van het faxtoestel opnemen
EG–VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING van de FABRIKANT volgens ISO/IEC 17050 MANUFACTURER’S CE DECLARATION of CONFORMITY according to ISO/IEC 17050 OLIVETTI S.p.
ORIGINELE VERBRUIKSPRODUCTEN Olivetti is het enige Europese bedrijf dat kan bogen op het eigendom van een inkjet printtechnologie en produceert de verbruiksproducten in zijn eigen fabriek in Italië. Het bedrijf produceert ook de in de inktpatronen gebruikte gifvrije inkt, waarvan de chemische samenstelling in de laboratoria van Olivetti werd ontwikkeld en getest. De inkt is één van de meest kritieke elementen bij inkjet printen.
259754Y-01