Operation Manual
15
OPMERKING
U kunt het nummer van de correspondent ook selecteren door
middel van de snelle kiesmethodes, zie verderop "One-touch-
toetsen en snelkiescodes programmeren", "Verzenden
via one-touch-toetsen" en "Verzenden via
snelkiescodes".
OPMERKING
Als u de verzending wilt onderbreken, drukt u op de toets
. Het faxtoestel zal het document automatisch uit de ADF
uitvoeren en weer in de oorspronkelijke standby-modus
komen.
Verwijder bij een meerlagig document alle bladen manueel
die achter het eerste blad liggen. Daarna drukt u op de toets
om ook het eerste blad uit te werpen.
KIESTONEN HOREN BIJ HET VERZENDEN
1. Plaats het document in de ADF.
Op de bovenste regel van het display verschijnt:
DOKUMENT GEREED
en op de onderste regel de uitgangswaarde voor het
contrast: "NORMAL".
De uitgangswaarde met betrekking tot de resolutie (ook
als deze niet op het display wordt weergegeven) is:
"
" (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie
aan zoals hierboven beschreven.
2. Als u de kiestonen wilt horen, druk dan op de toets:
Op het display verschijnt:
LIJNVERB.
En rechts boven de duur van de transmissie in minuten
en seconden.
3. Om het nummer van de correspondent te kiezen, drukt
u op de toetsen:
-
Het nummer van de correspondent mag uit maximaal
64 tekens bestaan.
4. Zodra de faxtoon van de ontvanger te horen is, drukt u
op de toets:
Het zenden start en op het display verschijnt de
mededeling "VERBINDING".
Na de verzending verschijnt het bericht "VZ
VOLLEDIG" enkele seconden lang op het display.
TELEFOONHOORN OPNEMEN BIJ HET VERZENDEN
1. Plaats het document in de ADF.
Op de bovenste regel van het display verschijnt:
DOKUMENT GEREED
en op de onderste regel de uitgangswaarde voor het
contrast: "NORMAL".
De uitgangswaarde met betrekking tot de resolutie (ook
als deze niet op het display wordt weergegeven) is:
"
" (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie
aan zoals hierboven beschreven.
7. Om het faxtoestel in stand-by-modus te brengen, drukt
u op de toets:
Kies het contrast op basis van de volgende criteria:
• NORMAL, als het document noch te donker noch te licht
is. Op de onderste regel van het display verschijnt
"NORMAL".
• LICHT, als het document bijzonder donker is. Op de onderste
regel van het display verschijnt "LICHT".
• DONKER, als het document bijzonder licht is. Op de onderste
regel van het display verschijnt "DONKER".
RESOLUTIE AFSTELLEN
1. Druk op de toets:
tot de gewenste resolutiewaarde op het display
verschijnt.
Kies de resolutie op basis van de volgende criteria:
• STANDAARD, indien het document gemakkelijk
leesbaar is. Op de onderste regel van het display
verschijnt een pijl die naar het symbool "
" op het
bedieningspaneel wijst.
• FIJN, indien het document zeer kleine tekens of
tekeningen bevat. Op de onderste regel van het display
verschijnt een pijl die naar het symbool "
" op het
bedieningspaneel wijst.
• GRIJSTONEN, indien het document schaduw bevat.
Op de onderste regel van het display verschijnt een pijl
die naar het symbool "
" en een pijl die naar het
symbool "
" op het bedieningspaneel wijst.
DOCUMENTEN VERZENDEN
1. Plaats het document in de ADF.
Op de bovenste regel van het display verschijnt:
DOKUMENT GEREED
en op de onderste regel de uitgangswaarde voor het
contrast: "NORMAL".
De uitgangswaarde met betrekking tot de resolutie (ook
als deze niet op het display wordt weergegeven) is:
"
" (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie
aan zoals hierboven beschreven.
2. Om het nummer van de correspondent te kiezen, drukt
u op de toetsen:
-
Het nummer van de correspondent mag uit maximaal
64 tekens bestaan.
3. Om het verzenden te starten, drukt u op de toets:
Na de verzending verschijnt het bericht "VZ
VOLLEDIG" enkele seconden lang op het display.
OPMERKING
Bij tipfouten plaatst u de cursor met de toetsen
|
/
}
op het
verkeerde getal en overschrijft u het foute getal met het juiste
getal. Om het nummer volledig te wissen, drukt u op de toets
.