Operation Manual

VI
BEDIENINGSPANEEL
De tekst op het bedieningspaneel van het toestel is in het Engels. Er wordt een voorgesneden masker bijgeleverd
in de landstaal dat op het linker gedeelte van het bedieningspaneel aangebracht moet worden.
Bepaalde toetsen kunnen verscheidene functies vervullen, afhankelijk van de
werkingsmodus van het FAXTOE-
STEL
:
• ①
Standby-modus, wanneer het toestel niet actief is.
• ②
Programmeermodus (toegang tot de menu's), wordt geactiveerd door op de toets te drukken.
• ③
Communicatiemodus, tijdens verzending of ontvangst.
• ④
Lijnmodus, wordt geactiveerd door op de toets
te drukken of de hoorn op te nemen.
Weergave op twee regels van elk 16
tekens, van de status van het toestel,
de menu- en submenu-items, parame-
ters en verbonden waarden.
①
-
④
②
NUMMERTOETSEN
(0 - 9
)
Vormen van het fax- of tele-
foonnummer.
Instellen van numerieke ge-
gevens.
Selecteren van cijfers en al-
fanumerieke tekens tijdens
het instellen van nummers en
namen.
Met de toets “0” selecteert
men bovendien de speciale
symbolen:
+
,
&
,
/
,
en
%
.
Met de toets “1” selecteert
men bovendien de speciale
symbolen:
.
,
/
,
-
en de spatie.
*
②
④
②
-
④
Selecteert de “volgende” speciale tekens
en symbolen tijdens het instellen van
namen.
Voor het vormen van afstandsbedie-
ningscodes.
Zendt bij de toonkiesmodus een toon in
de lijn voor speciale telefooncentrale-
diensten.
Tijdelijk omschakeling van puls naa
r
toon.
#
②
④
Selecteert de “vorige” speciale tekens
en symbolen tijdens het instellen van
namen.
Zendt bij de toonkiesmodus een toon
in de lijn voor speciale telefooncentra-
lediensten.