Operation Manual

Indicatie batterijlading
Wanneer u de camera inschakelt, of wanneer de batterij leeg raakt terwijl de camera
in gebruik is, verandert in de LCD-monitor en in het LCD-venster de indicatie voor de
batterijlading als volgt:
Getting Started
1 Indicatie batterijlading
2 Afdrukwachtrij
Aantal afdrukken
3 Beveiligd
4 Beeldkwaliteit
5 Datum en tijd
6 Bestandsnummer
7 Belichtingsfunctie
8 Lichtmeetfunctie
9 ISO-equivalente gevoeligheid
10 Kleur ruimte / Verzadiging
11 Brandpuntsafstand
12 Sluitertijd
13 Diafragmawaarde
14 Belichtingscompensatie
15 Lichtopbrengst flitser
16 Witbalans
17 Compensatiewaarde witbalans
18 Contrast
19 Scherpte
Indicaties in de monitor (tijdens weergave)
03.01.01 00:00
SQ
[
1024x768 , 1/8
]
x10
FILE:1233456
132
4
5
6
P
ESP
ISO 100
sRGB / CS3sRGB / CS3
45mm
1/200 F5.6 0.0 0.0
WB: AUTO 2STEP
CONTRASTCONTRAST:
2
SHARPNESS:SHARPNESS:
2
SQSQ
7
8
13
14
15
17
9
10
11
12
16
18
19
Informatie tijdens enkelbeeldweergave
Informatie tijdens fotograferen
Met de knop INFO en andere knoppen kunt u wisselen tussen de informatie weergave in
het LCD-venster.
7
Voorbereidingen
* Het door de digitale camera opgenomen elektrische vermogen is sterk afhankelijk van het
gebruik en de bedrijfscondities. Onder bepaalde bedrijfscondities is het mogelijk dat de
camera uitschakelt zonder eerst te waarschuwen dat de batterijlading laag is. Als dat
gebeurt, moet u de batterij opnieuw opladen.
Lading-
indicatie
LCD-
venster
LCD-monitor Indicatie in de zoeker
Nog beschikbare
batterijlading *
Geen
indicatie
Dooft Dooft Dooft
Batterij uitgeput.
Vervang de batterij door
een opgeladen
exemplaar.
Knippert Brandt (rood)
Aantal repeterende
opnamen dat nog kan
worden opgeslagen
knippert
Laag.
Laad de batterij
onmiddellijk op.
Brandt Brandt (groen) Hoog