Operation Manual

7
De camera volgens uw wensen instellen
104
NL
W # CUSTOM
FLASH MODE gblz. 62
Selecteer het flitspatroon, de timing en andere parameters voor gebruik van de externe
flitser. De beschikbare flitserfuncties variëren afhankelijk van het gekozen programma.
w gblz. 63
Stel de flitsintensiteit in op een waarde tussen [+3] en [-3].
# X-SYNC.
U kunt de sluitertijd instellen die zal worden gebruikt als de flitser flitst. De sluitertijd kan
worden ingesteld van 1/60 tot 1/180 in stappen van 1/3 EV.
#SLOW LIMIT
U kunt de trage grens van de sluitertijd instellen die zal worden gebruikt als de flitser flitst.
De sluitertijd kan worden ingesteld van 1/30 tot 1/180 in stappen van 1/3 EV.
w+F
In de stand [ON] wordt deze waarde opgeteld bij de waarde van de belichtingscorrectie
en wordt de flitssterkteregeling geactiveerd.
X K/COLOR/WB
NOISE REDUCT.
Hiermee reduceert u de ruis die optreedt bij erg lange sluitertijden. Met name bij nachtelijke
opnamen gebruikt u lange sluitertijden en kan in de opnamen beeldruis verschijnen. Met
[NOISE REDUCT.] onderdrukt de camera automatisch ruis om scherpere foto's te maken.
Als de ruisonderdrukking is ingesteld op [AUTO] wordt de ruisonderdrukking alleen
ingeschakeld als de sluitertijd lang is. Als het ingesteld is op [ON] wordt de ruisonderdrukking
steeds ingeschakeld.
Terwijl de ruisonderdrukking is ingeschakeld, duurt het tweemaal zo lang om een foto te maken.
Na de opname start het proces waarmee de beeldruis wordt onderdrukt.
Tijdens de bewerking knippert de indicatie-LED Dataverkeer. U kunt pas een volgende foto
maken zodra de indicatie-LED Dataverkeer niet meer brandt.
Indien ingesteld
op [OFF]
Indien ingesteld op
[ON] of [AUTO]
E-P2_MASTER_116x168_NL.fm Page 104 Thursday, November 19, 2009 5:56 PM