DIGITALE CAMERA FE-48/X-44 Handleiding ● Wij danken u voor de aanschaf van deze digitale Olympus-camera. Lees voordat u uw nieuwe camera gaat gebruiken deze handleiding aandachtig door om u van optimale prestaties en van een lange gebruiksduur van de camera te verzekeren. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats zodat u hem ook later nog eens kunt raadplegen. ● Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet u er goed aan eerst enkele proefopnamen te maken teneinde u met uw camera vertrouwd te maken.
Stap 1 De inhoud van de doos controleren Camerariem Digitale camera USB-kabel Twee AA-batterijen AV-kabel ib CD-ROM Andere niet afgebeelde accessoires: Instructiehandleiding (deze handleiding), garantiekaart. De inhoud kan variëren naar plaats van aankoop. 2 Stap Stap 3 De camera gereedmaken Fotograferen en beelden weergeven “De camera gereedmaken“ (Blz. 10) “Fotograferen, weergeven en wissen“ (Blz. 14) Stap 4 Stap 5 Gebruik van de camera Printen “Camera-instellingen“ (Blz.
Camera-instellingen Directe knoppen gebruiken Vaak gebruikte functies kunnen worden opgeroepen met de directe knoppen. Ontspanknop (Blz. 14) Zoomknoppen (Blz. 16) q-knop (schakelen tussen fotograferen en weergeven) (Blz. 15) knop (Blz. 4) E-knop (menugids) (Blz. 19) Pendelknop F (op)/ INFO-knop (wijzigen informatiedisplay) (Blz. 16, 19) De symbolen FGHI die worden weergegeven voor beeldselecties en instellingen geven aan dat de pendelknop moet worden gebruikt. X Y M D TIME 2010 . 02 .
Het menu gebruiken Gebruik het menu om camera-instellingen zoals de stand Fotograferen te wijzigen. Druk op de -knop om het functiemenu weer te geven. Het functiemenu kan worden gebruikt om vaak gebruikte foto- en weergavefuncties in te stellen zoals de stand Fotograferen. Geselecteerde optie Fotograferen PROGRAM AUTO P Fotograferen stand 14M o [SETUP]menu De fotostand selecteren Gebruik HI om een fotostand te selecteren en druk op de knop H.
Menu-index Menu’s voor fotofuncties PROGRAM AUTO P 0.0 WB AUTO ISO AUTO 14M 4 1 Stand Fotograferen P (PROGRAM AUTO).....Blz. 14 M (iAUTO)..................Blz. 20 N (DIS MODE).............Blz. 20 s (SCENE MODE)....Blz. 20 P (MAGIC FILTER)...Blz. 21 ~ (PANORAMA).............Blz. 22 A (MOVIE).....................Blz. 15 2 Flitser...............................Blz. 23 3 Macro..............................Blz.
Namen van onderdelen Camera 4 5 6 7 1 8 2 9 3 1 2 3 4 10 Oogje voor de camerariem Klepje van het batterijcompartiment/ het kaartje................................... Blz. 10 Vergrendelknop van het batterij-/ kaartjescompartiment.................. Blz. 10 Microfoon.............................. Blz. 29, 31 5 6 7 8 9 10 Lens...................................... Blz. 46, 58 Flitser.......................................... Blz. 23 Zelfontspanner-LED.................... Blz. 24 Multiconnector.......
5 1 6 7 2 8 3 9 4 1 2 3 4 5 6 n-knop........................ Blz. 12, 14 Monitor.................................. Blz. 14, 42 m-knop................................... Blz. 4 E-knop (menugids).................... Blz. 19 Ontspanknop............................... Blz. 14 Zoomknoppen............................. Blz. 16 7 8 9 q-knop (schakelen tussen fotograferen en weergeven)........ Blz. 15 H-knop (OK).......................... Blz. 3, 12 Pendelknop................................... Blz.
Monitor Weergave stand fotograferen 1 2 P 18 17 16 0.0 P WB AUTO ISO AUTO 14M 4 NORM 1 3 4 5 6 7 8 9 10 2 0.0 17 16 15 14 12 WB AUTO 0:34 VGA ON 4 5 6 7 10 15 9 13 12 11 1/100 F3.5 20 19 Videobeelden Stilstaand beeld 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 NL Batterijcontrole............................ Blz. 10 Stand Fotograferen............... Blz. 14, 20 Flitser.......................................... Blz. 23 Flitser standby/Opladen flitser.... Blz. 42 Macro................................
Scherm stand Weergave ● Normale weergave 1 1 2 3 4 2 3 4 10 10 5 6 5 6 4/30 ’10/02/26 12:30 Stilstaand beeld ● Gedetailleerde weergave 2 3 4 2 3 4 10 10 5 6 5 6 4/30 00:12/00:34 15 15 00:12/00:34 Videobeelden 7 7 4/30 1/1000 F3.5 2.0 ISO WB 1/1000 F3.5AUTO 2.0 P AUTO P ISO WB M ORM 14 NAUTO AUTO FILE 100 0004 14M NORM ’10/02/26 FILE 100 12:30 0004 18 17 18 17 ’10/02/26 12:30 1 2 3 4 5 6 7 8 4 4 4/30 ’10/02/26 12:30 1 1 1 1 Batterijcontrole............................ Blz.
De camera gereedmaken De batterij en het SD/SDHCgeheugenkaartje (afzonderlijk verkocht) plaatsen 3 Gebruik altijd SD/SDHC-geheugenkaartjes in deze camera. Plaats geen andere soorten geheugenkaartjes in het toestel. 1 Vergrendelknop van het batterijcompartiment/ het kaartje 1 3 2 Klepje van het batterijcompartiment/het kaartje 2 Schrijfbeveiliging Voor de soorten batterijen die u kunt gebruiken, zie “Voorzorgsmaatregelen bij de omgang met batterijen“ (Blz. 46).
4 1 2 De meegeleverde computersoftware (ib) installeren Nadat de systeemvereisten werden gecontroleerd, volgt u de onderstaande instructies om de camera aan te sluiten op een computer, de batterij op te laden en de meegeleverde computersoftware (ib) te installeren. Systeemeisen Met deze camera kan de gebruiker foto’s maken met behulp van het interne geheugen, zelfs als er geen SD/SDHCgeheugenkaartje (afzonderlijk verkocht) in de camera geplaatst is. “Een SD/SDHCgeheugenkaartje gebruiken“ (Blz.
1 Plaats de meegeleverde CD in een CD-ROM-station. ● Er verschijnt een instelscherm op de monitor van de computer. Als het instelscherm niet verschijnt, selecteert u “Deze Computer“ (Windows XP) of “Computer“ (Windows Vista/Windows 7) in het startmenu. Dubbelklik op het pictogram voor het CD-ROM-station om het instelvenster te openen, en klik vervolgens op “CameraInitialSetup.exe“.
3 Druk op I om de instelling voor [Y] op te slaan. X Y M D 1 TIME 2010 . -- . -- -- : -- Taal voor de monitor wijzigen U kunt de taal voor het menu en de foutmeldingen op de monitor instellen. “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Y/M/D 2 CANCEL MENU 4 Zoals in stappen 2 en 3 gebruikt u FGHI en de knop H om [M] (maand), [D] (dag), [TIME] (uren en minuten) en [Y/M/D] (volgorde datum) in te stellen.
Fotograferen, weergeven en wissen Fotograferen met de optimale diafragmawaarde en sluitertijd [PROGRAM AUTO] 2 Houd de camera goed vast en kadreer de foto. In deze stand worden de automatische opnameinstellingen geactiveerd en kunt u naar wens diverse andere fotofuncties aanpassen, zoals belichtingscorrectie, witbalans enz. 1 AUTO Monitor 1/400 Druk op de n-knop om de camera in te schakelen. F3.5 Horizontale stand [PROGRAM AUTO]-indicator P Verticale stand 0.
4 3 Om de foto te maken drukt u de ontspanknop voorzichtig volledig in zonder de camera te bewegen. P Half indrukken Helemaal indrukken 1/400 F3.5 0:34 Scherm voor beeldcontrole Helemaal indrukken Foto’s bekijken tijdens fotograferen PROGRAM AUTO 0:00 Continue opnametijd (Blz. 48) Huidige lengte Brandt rood tijdens opname 4 Druk de ontspanknop volledig in om de opname te stoppen. Geluiden worden ook opgenomen. P 0.
Gebruik van de zoomfunctie Met de zoomknoppen kunt u het opnamebereik aanpassen. Op de groothoekknop (W) drukken Op de teleknop (T) drukken De weergave van de fotoinformatie wijzigen De weergave van de scherminformatie kan worden aangepast aan de situatie, bijvoorbeeld om het scherm goed te kunnen zien of om een nauwkeurige compositie te maken met behulp van de rasterweergave. 1 Zoombalk P P 0.0 0.0 WB AUTO ISO AUTO 14M 4 Druk op F (INFO).
2 Bedieningen tijdens het weergeven van videobeelden Gebruik HI om een beeld te selecteren. Toont het volgende beeld Toont het vorige beeld Houd I ingedrukt om snel vooruit te gaan en houd H ingedrukt om snel achteruit te gaan. De weergavegrootte van de beelden kan worden gewijzigd. “Indexweergave en close-upweergave“ (Blz. 18) Geluidsopnamen weergeven Om geluid weer te geven dat bij een beeld werd opgenomen, selecteert u het beeld en drukt u op de knop H.
Beelden wissen tijdens afspelen (één beeld wissen) 1 Geef het beeld weer dat u wenst te wissen en druk op G (D). ERASE Indexweergave en closeupweergave Met indexweergave kunt u snel het gewenste beeld selecteren. Met close-upweergave (tot 10x vergroting) kunt u beelddetails controleren. 1 Druk op de zoomknoppen. ALL ERASE SEL. IMAGE ERASE Enkel beeld CANCEL BACK MENU 2 Close-upweergave SET OK 4/30 Druk op FG om [ERASE] te selecteren en druk op de knop H. [ALL ERASE] (Blz. 30) en [SEL.
De weergave van de beeldinformatie wijzigen De foto-informatie die op het scherm wordt weergegeven, kan worden gewijzigd. 1 Druk op F (INFO). ● De weergegeven beeldinformatie wijzigt in onderstaande volgorde telkens als u op de knop drukt. Normaal 10 4/30 Geen informatie ’10/02/26 12:30 Gedetailleerd 10 4/30 1/1000 F3.5 P 2.
Fotostanden gebruiken De fotostand kan in deze volgorde worden geselecteerd in het functiemenu: P, M, N, s, P, ~ en A. “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Fotograferen met automatische instellingen [iAUTO] In deze stand kan de gebruiker onscherpte verminderen die wordt veroorzaakt door cameratrilling en bewegingen van het onderwerp. 1 Overeenkomstig het motief selecteert de camera automatisch de optimale fotostand uit de opties [PORTRAIT]/[LANDSCAPE]/ [NIGHT+PORTRAIT]/[SPORT]/[MACRO].
3 Gebruik HI om de beste fotostand voor de scène te selecteren, en druk op de knop H. Fotograferen met speciale effecten [MAGIC FILTER] Voeg een mooi effect toe aan uw foto door de gewenste magische filter te selecteren. 1 Stel de fotostand in op P. MAGIC FILTER 0.0 WB AUTO 14M 4 0.0 Pictogram dat de ingestelde [SCENE MODE] aangeeft In [SCENE MODE] zijn de optimale instellingen voorgeprogrammeerd voor specifieke motiefprogramma’s.
Panoramabeelden maken [PANORAMA] 3 Maak foto’s die met behulp van de computersoftware ib kunnen worden samengevoegd tot een panorama. Druk op de ontspanknop om het eerste beeld te maken en kadreer dan de tweede opname. Voor de eerste opname De scherpstelling, de belichting (Blz. 24), de zoomstand (Blz. 16) en de witbalans (Blz. 25) worden vastgezet bij het eerste beeld. 1 De flitser (Blz. 23) is vast ingesteld op de stand $ (FLASH OFF). 1 2 BACK MENU Stel de fotostand in op ~.
Fotofuncties gebruiken Close-upopnames maken (stand Macro) “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Gebruik van de flitser Met deze functie kan de camera scherpstellen op onderwerpen die zich zeer dichtbij bevinden. De flitserfuncties kunnen worden gekozen overeenkomstig de lichtomstandigheden. 1 1 Selecteer de flitseroptie in het menu met fotofuncties. Selecteer de macro-optie in het menu met fotofuncties. P P FLASH AUTO OFF 0.0 WB AUTO ISO AUTO 0.
Gebruik van de zelfontspanner Nadat de ontspanknop volledig werd ingedrukt, wordt de foto met een korte vertraging genomen. 1 Selecteer de zelfontspanneroptie in het menu met fotofuncties. P Y OFF 2 Helderheid aanpassen (belichtingscorrectie) De standaardhelderheid (juiste belichting) die door de camera wordt ingesteld op basis van de fotostand (behalve [iAUTO]) kan helderder of donkerder worden ingesteld om een bepaald effect te verkrijgen. 1 12 0.0 WB AUTO ISO AUTO 0.3 0.0 0.
Afregelen op een natuurlijk kleurenschema (witbalans) De ISO-gevoeligheid selecteren Afkorting voor International Organization for Standardization. De ISO-normen specificeren de gevoeligheid van digitale camera’s en film. Codes als “ISO 100“ worden dus gebruikt om de gevoeligheid te beschrijven. Voor meer natuurlijke kleuren kiest u een witbalans die afgestemd is op het motief. 1 Selecteer de optie witbalans in het menu met fotofuncties.
De grootte van stilstaande beelden selecteren 1 Selecteer de resolutie-optie in het menu met fotofuncties. P 0.0 4 2 14M 16:9S 14M WB AUTO ISO AUTO 8M Gebruik HI om de optie te selecteren en druk op de knop H om in te stellen. Optie 14M (4288×3216) Beschrijving Geschikt voor het printen van foto’s op A3-formaat. 8M (3264×2448) Geschikt voor het printen van foto’s tot A3-formaat. 5M (2560×1920) Geschikt voor het printen van foto’s op A4-formaat.
Voor informatie over het gebruik van de menu’s, zie “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Menu’s voor fotofuncties De standaardinstellingen van de functie zijn aangegeven in . Een compressiefactor voor stilstaande beelden selecteren [COMPRESSION] z (Fotomenu) COMPRESSION Beschikbare fotostanden: P M N s P ~ Submenu 2 Toepassing FINE Fotograferen met hoge kwaliteit. NORMAL Fotograferen met normale kwaliteit.
Selectie van het scherpstelgebied [AF MODE] z (Fotomenu) AF MODE Beschikbare fotostanden: P M N s P~ Submenu 2 FACE/iESP SPOT AF TRACKING *1 *2 Submenu 2 Voor sommige onderwerpen verschijnt het kader niet of niet onmiddellijk. Als het kader rood knippert, kan de camera niet scherpstellen. Probeer de ontspanknop nogmaals half in te drukken. 2 Wanneer de camera het onderwerp herkent, volgt het autofocusteken de bewegingen van het onderwerp automatisch zodat er voortdurend op wordt scherpgesteld.
Voor informatie over het gebruik van de menu’s, zie “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Geluid opnemen tijdens fotograferen [R] z (Fotomenu) R Beschikbare fotostanden: P M N s Submenu 2 Pictogramgidsen weergeven [ICON GUIDE] z (Fotomenu) ICON GUIDE Beschikbare fotostanden: P M N s P~A Toepassing OFF Er wordt geen geluid opgenomen. ON Nadat een beeld werd gemaakt neemt de camera automatisch gedurende ongeveer 4 seconden geluid op. Dit is handig om notities of commentaar bij het beeld op te nemen.
Menu’s voor weergave-, bewerkingsen printfuncties Beelden automatisch afspelen [SLIDESHOW] SLIDESHOW Een diashow starten Nadat u op de knop H heeft gedrukt, start de diashow. Om de diashow te stoppen, drukt u op de knop H of op de knop . Eén beeld vooruit/achteruit: Tijdens een diashow drukt u op I om één beeld vooruit te gaan, of op H om één beeld achteruit te gaan. Beelden retoucheren [PERFECT FIX] PERFECT FIX Het retoucheren kan de beeldresolutie verlagen.
Voor informatie over het gebruik van de menu’s, zie “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Als u beelden in het interne geheugen wenst te wissen, mag er geen kaartje in de camera zitten. Wanneer u foto’s van het kaartje wenst te wissen, dient u vooraf een kaartje in de camera te plaatsen. Alle beelden wissen [ALL ERASE] Beelden beveiligen [0] q (Weergavemenu) 0 Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist met [ERASE] (Blz. 18, 30), [SEL. IMAGE] of [ALL ERASE] (Blz.
Menu’s voor andere camera-instellingen Gegevens volledig wissen [MEMORY FORMAT]/[FORMAT] r (Instellingen 1) MEMORY FORMAT/ FORMAT Voor het formatteren gaat u na of er geen belangrijke gegevens in het interne geheugen of op het kaartje staan. Kaartjes moeten met deze camera worden geformatteerd voor ze voor het eerst worden gebruikt, of nadat ze met een andere camera of computer werden gebruikt.
Voor informatie over het gebruik van de menu’s, zie “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Een methode selecteren om de camera aan te sluiten op andere apparaten [USB CONNECTION] De camera aanzetten met de q-knop [q POWER ON] r (Instellingen 1) q POWER ON r (Instellingen 1) USB CONNECTION Submenu 2 Submenu 2 Toepassing Wanneer de camera aangesloten is op een ander apparaat, verschijnt het instelkeuzescherm.
Het camerageluid en -volume selecteren [SOUND SETTINGS] s (Instellingen 2) SOUND SETTINGS Submenu 2 SILENT MODE*1, 2 VOLUME SHUTTER SOUND 8 q VOLUME *2 Submenu 4 OFF/ON SOUND TYPE BEEP *1 Submenu 3 SOUND TYPE VOLUME Toepassing Selecteer [ON] om camerageluiden uit te schakelen (bedieningsgeluid, sluitergeluid en waarschuwingsgeluid) en het geluid tijdens de weergave uit te schakelen.
Voor informatie over het gebruik van de menu’s, zie “Het menu gebruiken“ (Blz. 4) Schakelen tussen de eigen tijdzone en de tijdzone van de reisbestemming [WORLD TIME] s (Instellingen 2) WORLD TIME U kunt geen tijdzone selecteren met [WORLD TIME] als de klok van de camera voordien niet werd ingesteld met [X]. Submenu 2 Submenu 3 x HOME/ALTERNATE y Toepassing De tijd in de eigen tijdzone (de tijdzone geselecteerd voor x in submenu 2).
4 Druk op de knop q en gebruik HI om het weer te geven beeld te selecteren. Afhankelijk van de instellingen van uw televisie kunnen de weergegeven beelden en de informatie uitgesneden zijn. Batterijvermogen sparen tussen opnames [POWER SAVE] t (Instellingen 3) POWER SAVE Submenu 2 Toepassing OFF Annuleert [POWER SAVE]. ON Als de camera gedurende ongeveer 10 seconden niet wordt gebruikt, schakelt de monitor automatisch uit om de batterij te sparen.
Printen Direct printen (PictBridge*1) 2 Sluit u de camera aan op een voor PictBridge geschikte printer, dan kunt u beelden rechtstreeks printen zonder een computer te gebruiken. Om vast te stellen of uw printer wel of niet geschikt is voor PictBridge, raadpleegt u de handleiding van de printer. *1 Schakel de printer in en verbind de printer met de camera.
De printerinstellingen wijzigen [CUSTOM PRINT] 1 2 3 5 Voer stap 1 en 2 uit in [EASY PRINT] (Blz. 37). Druk op de knop H om het printen te starten. Gebruik FG om de printfunctie te selecteren, en druk op de knop H. PRINT MODE SELECT PRINT ALL PRINT MULTI PRINT ALL INDEX Submenu 4 Toepassing OFF/ON*1 Het beeld wordt geprint met een rand ([OFF]). Het beeld wordt op het volledige papier geprint ([ON]). (Het aantal beelden per blad is afhankelijk van de printer.
Submenu 5 <× DATE FILE NAME P Submenu 6 Toepassing 0 tot 10 Hiermee stelt u het aantal prints in. WITH/ WITHOUT Als u [WITH] selecteert, worden de beelden met de datum geprint. Als u [WITHOUT] selecteert, worden de beelden zonder de datum geselecteerd. WITH/ WITHOUT Als u [WITH] selecteert, wordt de bestandsnaam op het beeld geprint. Als u [WITHOUT] selecteert, wordt de bestandsnaam niet op het beeld geprint. (Gaat naar het instelscherm.
11 Druk op de knop . 3 Gebruik FG om [<] te selecteren en druk op de knop H. 12 Als de melding [REMOVE USB 4/30 CABLE] verschijnt, koppelt u de USB-kabel los tussen de camera en de printer. 0 NORM 14M 100 0004 ’10/02/26 12:30 Printreserveringen (DPOF *1) Bij printreserveringen worden het aantal prints en de instelling voor het afdrukken van de datum opgeslagen in het beeld op het kaartje.
Eén print reserveren voor elk beeld op het kaartje [U] 1 2 3 Voer stap 1 en 2 uit bij [<] (Blz. 40). Gebruik FG om [U] te selecteren en druk op de knop H. Voer stap 5 en 6 uit bij [<]. 2 1 2 3 Annuleren van alle printreserveringsgegevens 1 Annuleren van de printreserveringsgegevens van geselecteerde foto’s 4 Voer stap 1 en 2 uit bij [<] (Blz. 40). Gebruik FG om [<] of [U] te selecteren en druk op de knop H.
Handige tips Als de camera niet werkt zoals verwacht of als er een foutmelding op het scherm verschijnt en u niet zeker weet wat u moet doen, raadpleegt u de volgende informatie om het probleem te verhelpen. Problemen oplossen Batterij “De camera werkt niet, zelfs als de batterijen geplaatst zijn“. ● Plaats nieuwe of opgeladen batterijen in de juiste richting. “De batterij en het SD/SDHC-geheugenkaartje (afzonderlijk verkocht) plaatsen“ (Blz.
Foutmelding NO PAPER Als één van de volgende meldingen op de monitor verschijnt, probeert u de aangegeven oplossing uit. Foutmelding Oplossing CARD ERROR Probleem met het kaartje Steek een nieuw kaartje in de camera. WRITE PROTECT Probleem met het kaartje De schrijfbeveiliging van het kaartje staat op “LOCK“. Verschuif de schakelaar. MEMORY FULL Probleem met het interne geheugen • Plaats een geheugenkaart. • Wis ongewenste beelden.*1 CARD FULL Probleem met het kaartje • Vervang het kaartje.
Fotografeertips Als u niet zeker weet hoe u de gewenste foto kunt maken, raadpleegt u de volgende informatie. Scherpstellen “Scherpstellen op het onderwerp“ Snel bewegend onderwerp Het onderwerp staat niet in het midden van het beeld ● Een foto maken van een onderwerp dat niet in het midden van het scherm staat. Nadat u heeft scherpgesteld op een object dat zich op dezelfde afstand als het onderwerp bevindt, kadreert u de opname en maakt u de foto. Druk de ontspanknop half in (Blz.
Kleurschakering “Foto’s maken met kleuren in dezelfde schakering als in de realiteit“ ● Foto’s maken door witbalans te selecteren (Blz. 25) In de meeste omgevingen kunt u normaal gesproken de beste resultaten verkrijgen in de instelling [WB AUTO], maar voor sommige onderwerpen kunt u experimenteren met andere instellingen. (Dit geldt bijvoorbeeld voor een zonnescherm bij heldere hemel, gemengde natuurlijke en kunstmatige lichtinstellingen enz.
Appendix Onderhoud van de camera Camerahuis • Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek. Is de camera erg vuil, dan dompelt u de doek in een mild sopje en wringt u de doek goed uit. Wrijf de camera met de vochtige doek goed af en droog hem vervolgens met een droge doek. Als u de camera op het strand heeft gebruikt, dan wrijft u hem schoon met een in schoon water gedompelde en goed uitgewrongen doek. Monitor • Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek.
Een SD/SDHC-geheugenkaartje gebruiken Een kaartje (en het interne geheugen) is ook vergelijkbaar met de film waarmee beelden worden opgenomen in een filmcamera. De opgenomen beelden (gegevens) kunnen echter worden gewist en ze kunnen ook worden geretoucheerd op de computer. Kaartjes kunnen uit de camera worden gehaald en verwisseld, maar dit is niet mogelijk met het interne geheugen. Als u kaartjes van grotere capaciteit gebruikt, kunt u meer beelden maken.
Aantal foto’s dat kan worden opgeslagen (stilstaande beelden)/continue opnametijd (videobeelden) in het interne geheugen en op SD/SDHC-geheugenkaartjes De waarden voor het aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen en voor de continue opnametijd gelden bij benadering. De effectieve capaciteit is afhankelijk van de opnameomstandigheden en van het gebruikte kaartje. Stilstaande beelden Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen IMAGE SIZE COMPRESSION 6 4.288×3.216 4 3.264×2.448 n 2.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN LET OP GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOK NIET OPENEN LET OP: OM HET GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, MAG DE BEHUIZING (OF ACHTERKANT) NIET VERWIJDERD WORDEN. IN DE CAMERA BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN WAARAAN U ONDERHOUD KUNT VERRICHTEN. LAAT DAT OVER AAN ERKENDE SERVICETECHNICI VAN OLYMPUS. Een driehoek met daarin een uitroepteken vestigt uw aandacht op belangrijke aanwijzingen in de bij deze camera geleverde documentatie ten aanzien van de bediening en het onderhoud ervan.
LET OP • Bespeurt u in de buurt van de camera ongewone geuren, vreemde geluiden of rook, gebruik de camera dan onmiddellijk niet meer. • Haal de batterijen nooit met blote handen uit de camera omdat u zich dan kunt branden. • Gebruik de camera niet met natte handen. • Laat de camera nooit achter op plaatsen waar deze aan extreem hoge temperaturen kan worden blootgesteld.
• Indien NiMH-batterijen niet binnen de vastgestelde tijd opgeladen zijn, laad de batterijen dan niet verder op en gebruik ze niet meer. • Gebruik geen batterij die gebarsten of gebroken is. • Is een batterij gaan lekken, verkleurd of vervormd, of gedraagt de batterij zich op een of andere manier afwijkend, gebruik de camera dan niet meer. • Als er batterijvloeistof op uw kleding terecht is gekomen, trek het kledingstuk dan uit en spoel het onmiddellijk met schoon, stromend, koud water.
• Kijkt u met de camera schuin naar een object, dan kunnen de contouren van het beeld er op de monitor gerafeld uitzien, maar dat wijst niet op een defect. Met de camera in de stand Weergeven is dit verschijnsel minder opvallend. • Op plaatsen waar lage temperaturen kunnen optreden kan het enkele momenten duren voordat de LCD-monitor oplicht of kunnen tijdelijke kleurverschuivingen optreden.
• Vergroot de afstand tussen apparaat en ontvanger. • Sluit het apparaat aan op een stopcontact van een andere groep dan die waarop de ontvanger is aangesloten. • Raadpleeg voor hulp de dealer of een ervaren radio/televisie-technicus. Voor het aansluiten van de camera op een personal computer (PC) mag uitsluitend het door OLYMPUS bij de camera geleverde USB-kabeltje worden gebruikt.
afdrukken, negatieven, kabels en batterijen); en/of (f) Producten die geen geldig geplaatst en geregistreerd Olympus-serienummer hebben, tenzij het om een model gaat waarop Olympus geen serienummers plaatst en registreert.
Verpak het product zorgvuldig en gebruik hiervoor voldoende opvulling om schade tijdens de verzending te vermijden, en bezorg het product aan de geautoriseerde Olympus-dealer die u het product heeft verkocht of verzend het product gefrankeerd en verzekerd naar een van de servicediensten van Olympus. Wanneer u producten terugzendt voor service, moet het pakket de volgende zaken bevatten: 1 De originele bon met de datum en plaats van aankoop.
d. Gebreken of beschadigingen die ontstaan door een brand, aardbeving, overstroming, blikseminslag, andere natuurrampen, milieuvervuiling en onregelmatige spanningsbronnen. e. Elk gebrek dat optreedt wegens onzorgvuldige of ongeschikte opslag (zoals opbergen op een plaats die is blootgesteld aan hoge temperaturen en relatieve vochtigheid, nabij insectenwerende middelen zoals naftaleen of schadelijke stoffen, etc.), ondeskundig onderhoud, etc. f. Elk gebrek dat optreedt wegens lege batterijen, etc. g.
(zoals opbergen op een plaats die is blootgesteld aan hoge temperaturen en relatieve vochtigheid, nabij insectenwerende middelen zoals naftaleen of schadelijke stoffen, etc.), ondeskundig onderhoud, etc. f. Elk gebrek dat optreedt wegens lege batterijen, etc. g. Elk gebrek dat ontstaat doordat zand, modder, etc. in de behuizing van het product is gekomen. h. Indien de garantieverklaring niet wordt meegeleverd met het product. i.
TECHNISCHE GEGEVENS Camera Soort camera : Digitale camera (voor het fotograferen en weergeven van beelden) Stilstaande beelden : Digitaal opslagsysteem, JPEG (in overeenstemming met Design Rule for Camera File system (DCF)) Compatibel met de normen : Exif 2.
http://www.olympus.com OLYMPUS EUROPA HOLDING GMBH Vestiging: Consumer Product Division Wendenstrasse 14 – 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40 - 23 77 3-0/Fax: +49 40 - 23 07 61 Afleveradres goederen: Bredowstrasse 20, 22113 Hamburg, Duitsland Brieven: Postfach 10 49 08, 20034 Hamburg, Duitsland Europese Technische klantendienst: Bezoek ook onze homepage http://www.olympus-europa.