Operation Manual
6
1,4
De stemfunctie gebruiken
80
NL
b
a
c
d
De stemfunctie gebruiken
U kunt de chromatische stemfunctie van de recorder
gebruiken om muziekinstrumenten te stemmen. Het
verschil tussen de referentietoon en het ingevoerde
geluid wordt gemeten en weergegeven op het
scherm.
1
Zet de modusknop op de [
v
]-
positie.
2
Stem het muziekinstrument door
één enkele toon te spelen.
a
De naam van de noot die het dichtst bij het
ingevoerde geluid ligt
b
Doelpositie aangegeven door de
referentietoon
c
Stemmeter
d
Kalibratiewaarde
• De naam van de noot verschijnt die het
dichtst bij het herkende geluid ligt.
• Druk op de knop F1 (DISPLAY) om de
visualisering te schakelen tussen golfvorm
en meter.
• Het golfvormtype wordt gebruikt voor
blaasinstrumenten, omdat het tooninterval
hiermee visueel wordt weergegeven.
Over de stemmer