Operation Manual

102
6
Instellen van beeldkwaliteit en belichting
Witbalans
De wijze waarop kleuren worden weergegeven is afhankelijk van de
lichtomstandigheden. Wordt bijvoorbeeld daglicht of gloeilamplicht
gereflecteerd door wit papier, dan zal dat in beide gevallen een andere tint wit
opleveren. Door de functie WB (Witbalans) in te stellen, kunt u meer natuurlijk
ogen kleuren in uw opnamen realiseren.
1 Selecteer in het hoofdmenu: MODE
MENU PICTURE WB en druk
dan op d.
g“Hoe u de menu’s gebruikt” (zie blz. 33)
Is de WB in het hoofdmenu vermeld als
een snelmenu, dan drukt u de pendelknop
in dezelfde richting als de pijl naast WB
aangeeft.
g“SHORTCUT – Snelmenu” (zie
blz. 133).
2 Selecteer, afhankelijk van de
lichtomstandigheden, AUTO,
PRESET of V door op a of c te
drukken.
AUTO Druk op de OK/MENU-knop e. Sluit het menu door
opnieuw op de OK/MENU-knop e te drukken.
PRESET Open het volgende instelmenu door op d te drukken.
g“Vooringestelde witbalans” (zie blz. 103)
V Open het volgende instelmenu door op d te drukken.
g“Aangepaste witbalans” (zie blz. 103)
Functieknop
Pendelknop
OK/MENU-knop
CARDSEt
CAM
PICtURE
AUtO
PRESEt
WB
SHARPNESS
CONtRASt