Operation Manual
48
Stilstaande beelden fotograferen
3
Fotograferen
2 Richt het autofocusteken op
uw onderwerp terwijl u naar het
beeld in de monitor kijkt.
3 Stel scherp door de
ontspanknop rustig half in te
drukken.
• Als de groene LED in de monitor
constant brandt, heeft de camera
zich scherpgesteld.
• Knippert in de monitor het
functiepictogram #, dan ontsteekt
de flitser automatisch.
4 Druk de ontspanknop helemaal in.
• De camera maakt de opname.
• Terwijl het beeld wordt opgeslagen op het kaartje,
knippert de indicatie-LED Dataverkeer.
• Als de indicatie-LED Dataverkeer niet meer knippert, kunt u de
volgende opname maken. Met de camera in de stand fotograferen kunt
u het gefotografeerde beeld onmiddellijk bekijken door op de knop
QUICK VIEW (Snelweergave) te drukken. g
“QUICK VIEW –
Snelweergave” (zie blz. 112)
TIPS
De monitor wordt automatisch uitgeschakeld.
→ Wordt de camera circa 3 (drie) minuten niet gebruikt, dan wordt de
monitor automatisch uitgeschakeld. Om de zoeker of de monitor
weer in te schakelen, drukt u op de ontspanknop of op de
zoomknop. g
“SLEEP – Sluimerfunctie” (P.144)
Helderheid van de monitor instellen
→ Selecteer de functie “ Helderheid van de monitor instellen“ en stel
de helderheid van de monitor in. g
“Helderheid van de monitor
instellen” (zie blz. 142)
F2.8
F2.8
1600 1200
1600 1200
SQ1
SQ1
Aantal stilstaande beelden
dat nog kan worden
opgeslagen
Geheugenindicator
Flitser paraat / Flitser wordt opgeladen
→Dit functiepictogram geeft dezelfde
status aan als de oranje LED links
van de zoeker. (zie blz. 51)
Groene LED
→Deze LED geeft dezelfde status
aan als de groene LED links van
de zoeker. (zie blz. 51)
AF-teken