Operation Manual
63
Gebruik van de flitser
Flitsen
4
Flitser uit ($)
De flitser ontsteekt nooit, ook niet bij weinig licht. Deze functie gebruikt u op
plaatsen waar flitsen niet gewenst of zelfs verboden is. Deze functie gebruikt
u ook als u een natuurlijk ogende schemering of een nachtscène wilt
fotograferen.
• Omdat met de flitser uitgeschakeld en bij weinig licht automatisch
een lange sluitertijd wordt ingesteld, doet u er goed aan een statief
te gebruiken om bewegen van de camera tegen te gaan en
bewegingsonscherpte te voorkomen.
Flitsen met lange synchronisatietijd (
#
SLOW1
#
SLOW2
H
SLOW)
Flitsen met lange sluitertijden is bedoeld om ook met lange sluitertijden
flitsopnamen te kunnen maken. Normaal kunnen bij flitsopnamen sluitertijden
langer dan een bepaalde tijd niet worden gebruikt, om de gevolgen van
bewegen van de camera tegen te gaan. Maar fotografeert u een nachtelijke
scène met een korte sluitertijd, dan wordt de achtergrond te donker
afgebeeld. Door de flitser met een lange sluitertijd te synchroniseren, is het
echter mogelijk een lange sluitertijd voor de achtergrond te gebruiken en het
onderwerp met de flitser te belichten. Door de lange sluitertijd moet u er wel
voor zorgen dat u de camera stil houdt door een statief te gebruiken. Doet
u dat niet dan kan het beeld door bewegen van de camera onscherp worden.
1st curtain (voorste gordijn) #SLOW1
Normaal ontsteekt de flitser, ongeacht de sluitertijd, vlak nadat het
sluitergordijn zich volledig geopend heeft. Dit heet eerste (voorste) gordijn en
tenzij u dat anders instelt is dit het moment waarop de flitser altijd ontsteekt.
#SLOW1 is de standaardinstelling af fabriek.
Opmerking