Operation Manual

73
Geavanceerde fototechnieken
5
Diafragmavoorkeuze
1 Selecteer de functie A.
g“A/S/M functie” (zie blz. 72)
2 Stel de diafragmawaarde in door
op a of c te drukken.
a : Stelt een hogere diafragmawaarde
in.
c : Stelt een lagere diafragmawaarde in.
Wordt in de monitor de diafragmawaarde in rood aangegeven, dan is het
ingestelde diafragma niet geschikt voor de lichtomstandigheden. In dat geval
voert u onderstaande stappen uit. (Wordt de diafragmawaarde in groen
aangegeven, dan zorgt die instelling voor een optimale belichting.)
Diafragmabereik:Naar de T-kant : f2,8 tot f8,0
Naar de W-kant : f4,8 tot f8,0
Wordt de flitser ingesteld op autoflitsen, dan wordt in de uiterste
groothoekstand een vaste sluitertijd van 1/30 s ingesteld of van
1/100 s in de uiterste telestand. Een langere sluitertijd kunt u dan
niet instellen.
Functieknop
ac
Diafragmawaarde
Als verschijnt :
Het beeld is
overbelicht.
Kies een hogere diafragmawaarde
door op a te drukken.
Als verschijnt :
Het beeld is
onderbelicht.
Kies een lagere diafragmawaarde
door op c te drukken.
Opmerking