Operation Manual

Uw camera beter leren kennen
56 NL
Videobeelden
Gebruik van een nieuw kaartje
Als u een kaartje gebruikt van een andere fabrikant dan Olympus of een kaartje dat voor
een andere toepassing werd gebruikt, zoals voor een computer, wordt de melding [CARD
ERROR] weergegeven. Om het kaartje met deze camera te gebruiken, dient u de
[FORMAT]-functie te gebruiken om het kaartje te formatteren.
g “MEMORY FORMAT (FORMAT) Het interne geheugen of kaartje formatteren“ (blz. 29)
Indicatie-LED's
Deze camera gebruikt verschillende LED's om de status van de camera aan te geven.
Gebruiksduur van de batterij verlengen
Door uitvoering van een van de volgende handelingen terwijl u geen foto's maakt, kan de
batterij uitgeput raken.
Herhaald half indrukken van de ontspanknop.
Herhaald zoomen.
Schakel de camera uit wanneer deze niet gebruikt wordt om de batterij te sparen.
Functies die niet vanuit menu's geselecteerd kunnen worden
Het is mogelijk dat sommige functies niet geselecteerd kunnen worden vanuit de menu's
als de pendelknop gebruikt wordt ( ).
Functies die niet ingesteld kunnen worden met de huidige fotofunctie.
Beeld-
kwaliteit
Resolutie
Opnametijd (in minuten)
Intern geheugen
Bij gebruik van een 128 MB kaartje
SHQ
640
× 480
(15 beelden / s)
17 112
HQ
320 × 240
(15 beelden / s)
50 333
SQ
160
× 120
(15 beelden / s)
129 848
LED Status
Zelfontspanner-LED De zelfontspanner-LED brandt eerst ongeveer 10 seconden
continu, knippert dan ongeveer 2 seconden en daarna wordt
de foto gemaakt.
Indicatie-LED
Dataverkeer
knippert: Er wordt een beeld opgeslagen, de camera leest
videobeelden of er worden beelden gedownload (indien
aangesloten op een computer).
Als de indicatie-LED Dataverkeer knippert, mogen onderstaande
activiteiten niet uitgevoerd worden. Hierdoor wordt het
beeldmateriaal eventueel niet opgeslagen of het interne
geheugen of het kaartje onbruikbaar gemaakt.
• Het klepje van het batterijcompartment / het kaartje openen.
• De batterij verwijderen.
• Lichtnetadapter aansluiten of loskoppelen.
Groene LED in de
LCD-monitor
brandt: Gemeten scherpstelling en belichting worden
vastgehouden.
knippert: Gemeten scherpstelling en belichting worden niet
vastgehouden.
In dat geval laat u de ontspanknop los, richt u het autofocusteken
weer op het object en drukt u de ontspanknop opnieuw half in.
6
Uw camera beter leren kennen