Operation Manual
NL 25
De bestandsnamen en bijbehorende mapnamen voor opgeslagen foto’s worden automatisch
aangemaakt door de camera. De bestandsnamen en mapnamen bevatten respectievelijk
bestandsnummers (0001 t / m 9999) en mapnamen (100 tot 999). Deze worden als volgt benoemd.
Met de functie Pixel Mapping kan de camera de CCD en de beeldbewerkingfuncties controleren
en bijstellen. U hoeft deze functie niet vaak uit te voeren. Wij raden u aan dit één keer per jaar
te doen. Wacht ten minste één minuut na het nemen of bekijken van foto’s om de functie pixel
mapping optimaal te laten functioneren. Als u tijdens het controleren van de
beeldbewerkingsfuncties de camera uitschakelt, dient deze procedure opnieuw uitgevoerd te
worden. Selecteer [PIXEL MAPPING]. Zodra [START] verschijnt, drukt u op
.
VOLUME
........................................................................ Het volume tijdens weergeven aanpassen
OFF (Geen geluid) / 1 / 2 / 3 / 4 / 5
REC VIEW
................................................................................................. Beelden meteen bekijken
OFF De foto die wordt opgeslagen, wordt niet weergegeven. Dit is handig als u zich wilt
voorbereiden voor de volgende foto terwijl de vorige foto opgeslagen wordt.
ON De foto die wordt opgeslagen, wordt weergegeven. Dit is handig als u de foto die u zojuist heeft
genomen even wilt controleren. U kunt doorgaan met fotograferen terwijl de foto nog wordt
weergegeven.
FILE NAME
....................................................................... Bestandsnamen van beelden herstellen
RESET Deze methode is handig bij het groeperen van bestanden op aparte geheugenkaartjes.
De bestandsnummers en mapnummers worden geannuleerd als er een nieuw kaartje in
de camera wordt geplaatst. Het mapnummer wordt teruggezet op [nr.100] en het
bestandsnummer wordt teruggezet op [nr. 0001].
AUTO Deze methode is handig als u al uw bestanden met doorlopende nummers wilt beheren.
Zelfs als u een nieuwe geheugenkaart inzet, worden het map- en bestandsnummer van het
vorige kaartje aangehouden. Dit is handig bij het beheer van meerdere kaartjes.
PIXEL MAPPING
................................................................ Beeldbewerkingsfuncties controleren
s
..........................................................................................Helderheid van de monitor aanpassen
\DCIM\***OLYMP\Pmdd****.jpg
Mapnr.
(100 – 999)
BestandsnaamMapnaam
Maand (1 – C)
Dag (01 – 31)
Bestandsnr.
(0001 – 9999)
Maand: jan. – sept. = 1 – 9, okt. = A, nov. = B, dec. = C
OK
SET
MENU
BACK
s
[IN]
: Maakt de monitor helderder. : Maakt de monitor donkerder.
Druk op nadat het instellen voltooid is.
2
Menufuncties