Operation Manual

Gebruik van de flitser
NL 21
Opmerking
Bij overmatig helder licht is het mogelijk dat invulflitsen niet het gewenste effect heeft.
Flitser uit (
$
)
De flitser ontsteekt nooit, ook niet bij weinig licht.
1
Druk meerdere keren op knop
#
om de gewenste flitserfunctie in te stellen.
In de standen S en M verandert de volgorde van de flitsfunctie:
2
Druk de ontspanknop half in.
Bij omstandigheden waaronder de flitser geactiveerd zal worden,
brandt het #-teken (flitser stand-by).
3
Maak de opname door de ontspanknop helemaal
in te drukken.
TIPS
De oranje LED knippert of [BUSY] verschijnt.
De flitser wordt opgeladen. Wacht tot de oranje LED naast de zoeker dooft.
Opmerking
In de volgende situaties ontsteekt de flitser niet.
Snel repeterende opnamen, “Auto bracketing“ (repeterende opnamen met verschillende
belichtingen), stand supermacro, en panorama-opnamen.
Als de camera in de stand macro staat met de zoomlens in de groothoekstand (W) dan levert de
flits eventueel niet het optimale resultaat. U doet er dan ook goed aan de door u gemaakte
opname in de monitor te controleren.
Bij gebruik van een voorzetlens in combinatie met de ingebouwde flitser kunnen de randen van
de foto donkerder worden (vignettering). Indien nodig kunt u in dit geval een externe flitser
gebruiken (SP-350).
U kunt instellen hoe sterk het flitslicht moet zijn.
Hoofdmenu [MODE MENU] [CAMERA] [
w
]
g
“Gebruik van de menu’s“ (Blz. 8)
1
Druk op
sr
om de flitssterkte in te stellen en druk vervolgens op
Z
.
Regelen van de flitssterkte
AUTO
(autoflitsen)
! (flitsen met onderdrukken
van rode ogen)
# (invulflitsen)
H (ter onderdrukking van
rode ogen invulflitsen)
$ (flitser uit)
# (invulflitsen) H (invulflitsen met onderdrukken van rode ogen)
$ (flitser uit)
4
1600
1600
×
12
1200
SQ1
SQ1
FF4.0
1/200
1/200 0.0
#
pictogram
3
Basisfuncties voor het fotograferen
SP-310_NL.fm Seite 21 Freitag, 14. Oktober 2005 7:57 07