Operation Manual
NL 25
Diafragma aanpassen bij het fotograferen
Bij deze functie kunt zelf het diafragma instellen. De camera kiest automatisch de bijpassende
sluitertijd. Bij een grote diafragmaopening (bijv. F 2.8) zal de camera scherpstellen op een kleiner vlak
en wordt de achtergrond vaag weergegeven (weinig scherptediepte). Naarmate u een kleinere
diafragmaopening kiest (bijv. F 8), zal de camera over een groter vlak scherpstellen, met als gevolg
een grotere scherptediepte waarbij zowel onderwerp als achtergrond scherp worden afgebeeld.
Gebruik deze functie als u zelf wilt bepalen hoe scherp de achtergrond wordt afgebeeld.
1
Druk op
sr
om de
diafragmawaarde (F-waarde)
in te stellen.
s : verkleint de diafragmaopening (verhoogt de F-waarde).
r : vergroot de diafragmaopening (verlaagt de F-waarde).
Instelbereik:
Groothoek : F 2.8 tot F 8.0
Tele : F 4.9 tot F 8.0
• Als de belichting in orde is, wordt de F-waarde in groen
weergegeven. Als met dit diafragma geen correcte belichting
mogelijk is, wordt de F-waarde in rood weergegeven.
Hierbij stelt u zelf de sluitertijd in. De camera kiest automatisch het bijpassende diafragma.
Stel de sluitertijd in aan de hand van het onderwerp en het soort effect dat u wilt bereiken.
1
Druk op
sr
om de sluitertijd in te stellen.
s : verkort de sluitertijd.
r : verlengt de sluitertijd.
Sluitertijdenbereik:
1/2 tot 1/1000 s (als [NOISE REDUCTION] is ingeschakeld
[ON]: tot max. 4 seconden)
• Als de belichting in orde is, wordt de sluitertijd in groen
weergegeven. Als met deze sluitertijd geen correcte belichting
mogelijk is, wordt de sluitertijd in rood weergegeven.
Opmerking
• Bij opnamen met een lange sluitertijd doet u er goed aan een statief te gebruiken om
camerabewegingen te vermijden.
De diafragma-
waarde
(F-waarde)
wordt kleiner.
De diafragma-
waarde
(F-waarde)
wordt groter.
4
4
1600
1600
×
1200
1200
SQ1
SQ1
1/200
1/200
F4.0
F4.0
0.0
0.0
Dia
f
ragmawaarde
Sluitertijd aanpassen bij het fotograferen
Bij een korte sluitertijd komt
een bewegend onderwerp
scherp op de foto alsof de
beweging “bevroren“ is.
Bij een lange sluitertijd wordt een
bewegend onderwerp onscherp
afgebeeld, wat de indruk van een
beweging geeft.
4
4
1600
1600
×
1200
1200
SQ1
SQ1
F4.0
F4.0
1/200
1/200
0.0
0.0
Sluitertijd
4
Geavanceerde functies voor het fotograferen
SP-310_NL.fm Seite 25 Freitag, 14. Oktober 2005 7:57 07