Operation Manual
NL
17
Knopfuncties
Draai de regelaar. Druk op
F
om te schakelen tussen de diafragmawaarde en de sluitersnelheid.
A
Diafragmawaarde aanpassen bij het fotograferen
Draai de regelaar. De camera kiest automatisch de bijpassende sluitertijd.
Diafragmawaarde
: Draaien naar
U
verhoogt de diafragmawaarde.
: Draaien naar
G
verlaagt de diafragmawaarde.
Als met dit diafragma geen correcte belichting mogelijk is, wordt de
F-waarde in rood weergegeven.
S
Sluitertijd aanpassen bij het fotograferen
Draai de regelaar. De camera kiest automatisch de bijpassende
diafragmawaarde.
Sluitertijd
: Draaien naar
U
verkort de sluitertijd.
: Draaien naar
G
verlengt de sluitertijd.
Als met deze sluitertijd geen correcte belichting mogelijk is, wordt de
sluitertijd in rood weergegeven.
M
Diafragmawaarde en sluitertijd aanpassen bij het fotograferen
Belichtingstolerantie
Als het bereik met ±3.0EV wordt onder- of overschreden, wordt de
belichtingstolerantie in het rood weergegeven.
Diafragmawaarde
: Draaien naar
U
verhoogt de diafragmawaarde.
: Draaien naar
G
verlaagt de diafragmawaarde.
Sluitertijd
: Draaien naar
U
verkort de sluitertijd.
: Draaien naar
G
verlengt de sluitertijd.
Instelbereik
W : F2.8 tot F8.0
T : F4.5 tot F8.0
F2.8
F2.8
Instelbereik 1/2 naar1/1000
(Als [NOISE REDUCT.] op [ON]
staat: max. 4 sec.)
1/1000
1/1000
Instelbereik
Diafragmawaarde: F2.8 tot F8.0
(De diafragmawaarde varieert
afhankelijk van de zoompositie.)
Sluitertijd: 15" tot 1/2000
(De sluitertijd varieert afhankelijk
van de diafragmawaarde.)