User manual

26
NL
^ (Onderwatermodus)
Onderwater fotograferen met een correcte instelling is alleen mogelijk
wanneer u een submodus selecteert afhankelijk van het onderwerp of het
motief.
Submodus Toepassing
]
Z Snapshot
Geschikt voor het maken van foto's van portretten aan
zee en zwembaden.
\
Z Wide1
Geschikt voor onderwateropnames.
[
Z Wide2
Geschikt voor onderwateropnames.
De scherpstelafstand is vastgezet op ongeveer 5 m.
w
Z Macro
Geschikt voor close-ups onder water.
_
Z HDR
Geschikt voor contrasterende onderwaterscènes.
Bij deze stand worden meerdere beelden vastgelegd
en tot één correct belicht beeld samengevoegd.
Deze stand werkt mogelijk niet goed bij het fotograferen
van een snel bewegend onderwerp.
1
Draai de functieknop naar ^.
2
Gebruik HI (pendelknop) om een
submodus te selecteren en druk daarna
op de knop A.
Druk nogmaals op de knop H (pendelknop)
om het selectiescherm voor de submodus
weer te geven.
MENUMENU
4:3
16
M
0,00,0
0,00,0
Z Momentopname
U kunt met een vaste scherpstelstand fotograferen. gAFL (Blz. 38)
Flitscompensatie
In []], [\], [[] en [w] kunt u de flitshelderheid instellen.
g “Flitscompensatie“ (Blz. 42)