User manual

60
NL
60
NL
Raadpleeg voor de bedieningsmethode (Blz. 48).
Gedeelten oplichten die te donker zijn wegens tegenlicht of
een andere reden q [Schad.Aanp]
Submenu 1 Submenu 2
Bewerk. Schad.Aanp
1 Gebruik HI (pendelknop) om een beeld te selecteren, en druk op de knop
A.
Het bewerkte beeld wordt opgeslagen als een nieuw beeld.
Afhankelijk van de foto is het mogelijk dat het bewerken niet efficiënt
verloopt.
Het retoucheren kan de beeldresolutie verlagen.
Rode ogen bij flitsopname retoucheren q [Rode ogen]
Submenu 1 Submenu 2
Bewerk. Rode ogen
1 Gebruik HI (pendelknop) om een beeld te selecteren, en druk op de
knop A.
Het bewerkte beeld wordt opgeslagen als een nieuw beeld.
Afhankelijk van de foto is het mogelijk dat het bewerken niet efficiënt
verloopt.
Het retoucheren kan de beeldresolutie verlagen.
Beelden roteren q [y]
Submenu 1 Submenu 2
Bewerk.
y
1 Gebruik HI (pendelknop) om een beeld te kiezen.
2 Druk op de knop A om het beeld te draaien.
3 Indien nodig herhaalt u stap 1 en 2 om instellingen uit te voeren voor
andere beelden, waarna u op de knop drukt.
Gedraaide beelden blijven in hun nieuwe stand opgeslagen, ook als de
camera wordt uitgeschakeld.