User manual
49
NL
Basisbewerkingen
5
Kunstfi lters gebruiken
1
Draai de functieknop naar ART.
• Een menu met kunstfi lters wordt weergegeven.
Selecteer een fi lter met FG.
• Druk op Q of druk de ontspanknop half in om het
gemarkeerde item te selecteren en het kunstfi ltermenu
te verlaten.
1
Pop Art
Soorten kunstfi lters
j Pop Art t Cross Process
k Soft Focus u Gentle Sepia
l Pale&Light Color v Dramatic Tone
m Light Tone Y Key Line
n Grainy Film Z Watercolor
o Pin Hole u ART BKT (ART bracketing)
s Diorama
2
Maak een opname.
• Om een andere instelling te kiezen, drukt u op Q om het kunstfi ltermenu weer
te geven.
ART-bracketing
Bij één opname worden de beelden opgenomen voor iedere geselecteerde kunstfi lter.
Druk op I om fi lters te kiezen.
Kunsteffecten
Kunstfi lters kunnen worden gewijzigd en effecten kunnen worden toegevoegd. Door in het
kunstfi ltermenu op I te drukken worden bijkomende opties weergegeven.
Filters aanpassen
Optie I is de originele fi lter, terwijl de opties II en volgende effecten toevoegen die de
originele fi lter aanpassen.
Effecten toevoegen*
Soft focus, pin-hole, frames, white edges, starlight, fi lter, tone, blur
* De beschikbare effecten zijn afhankelijk van de geselecteerde fi lter.
# Let op
• Om de voordelen van de kunstfi lters maximaal te benutten, zijn enkele instellingen van
opnamefuncties gedeactiveerd.
• Als [RAW] momenteel geselecteerd is voor de beeldkwaliteit, wordt de beeldkwaliteit
automatisch ingesteld op [YN+RAW]. De kunstfi lter wordt alleen toegepast op de
JPEG-kopie.
• Afhankelijk van het onderwerp kunnen toonovergangen gekarteld zijn, kan het effect
minder goed merkbaar zijn of kan het beeld 'korreliger' worden.
• Bepaalde effecten zijn mogelijk niet zichtbaar in live view of tijdens het opnemen
van fi lms.
• De weergave is afhankelijk van de gebruikte fi lters, effecten of instellingen voor de
fi lmkwaliteit.