User manual

2
1
3
2
Opname
28
NL
Opname
De recorder heeft drie opnamestanden, die u met de
modusknop kunt selecteren. Gebruik deze standen
overeenkomstig uw behoeften.
[QUICK]-modus: In deze modus wordt het
opnameniveau automatisch aangepast. Deze
modus is handig als u onmiddellijk met een
opname wilt beginnen.
[SMART]-modus: In deze modus wordt het
opnameniveau automatisch aangepast naar het
optimale niveau overeenkomstig het binnen de
ingestelde tijd ingevoerde volume. De opname
start nadat het opnameniveau werd aangepast,
zodat zelfs plotse luide geluiden zonder vervorming
worden opgenomen. Met deze modus kunt u
een tijd instellen om het ingevoerde volume te
detecteren (
Blz. 29, Blz. 68).
[MANUAL]-modus: In deze modus kan het
opnameniveau handmatig worden aangepast
(
Blz. 30).
1
Zet de modusknop in de [QUICK]-
positie.
[QUICK]-modus
2
Druk op de knop REC (
s
) om de
opname te starten.
Het indicatielampje voor opnemen licht op
en [
H
] verschijnt op het scherm.
Opmerkingen
Het nieuw opgenomen bestand wordt als laatste
opgeslagen in de map [RECORDER].
• Stel [Rec Format] in terwijl de recorder is gestopt
(
Blz. 66).
Stel de modusknop in terwijl de recorder is gestopt.