Operation Manual

48
4
NL
Instellingen voor FM-radio
Auto-voorinst.
[Auto-preset]
( Blz. 49)
Voegt automatisch
ontvangbare zenders toe aan de
voorgeprogrammeerde zenders.
Scanniveau
[Scan Level]
( Blz. 67)
Hiermee kunt u de
scangevoeligheid instellen voor
automatische programmering.
Uitgang
[Output]
( Blz. 67)
Hiermee kunt u de audio-uitgang
van de FM-radio instellen.
Gebruik in de modus FM-radio
Om de ontvangst van de FM-radio te
stoppen, drukt u op de knop LIST om naar
de weergave [Home] te gaan. In de weergave
[Home] kunt u een andere modus kiezen.
2 Radiozenders programmeren.
Radiozenders automatisch
programmeren:
U kunt zenders automatisch
programmeren om hierop
gemakkelijk te kunnen afstemmen.
Zie “Radiozenders automatisch
programmeren [Auto-voorinst.]
voor meer details ( Blz. 49).
Gebruik in de modus FM-radio
1 Kies de modus [
FM-radio
] ( Blz. 25).
Wijzig de modus naar [FM-radio].
Het volume kan worden aangepast
binnen het bereik van [00] tot [30].
U kunt ook een zender selecteren
die niet geprogrammeerd is. Zie “De
ontvangstmodus wijzigen“ voor
meer details ( Blz. 50).
4 Druk op de knop
+
of
om het
volume te regelen.
Voor WS-813:
Een radiozender toevoegen aan de
voorgeprogrammeerde zenders:
Wijzig de radiomodus in handmatige
ontvangst en stem af op de gewenste
frequentie. De zender waarop u
bent afgestemd, kunt u vervolgens
toevoegen ( Blz. 50, Blz. 51).
3 Druk op de knop 9 of 0 om
een zender te selecteren.
U kunt een geprogrammeerde zender
selecteren.
+ −
-knop
9 0-knop
De oortelefoon aansluiten