Operation Manual

21
Voorpaneel Achterpaneel Afstandsbediening
Inhoud
Aansluitingen
Afspelen
Setup
Luidsprekeraansluitingen en "Speaker Setup" -instellingen
Aansluitingen
(Opmerking) Luidsprekerimpedantie
Verbind luidsprekers met een impedantie van 4 Ω tot 16 Ω. Als één van de aan te sluiten luidsprekers een impedantie heeft van 4 Ω of meer en minder dan 6 Ω, stelt u
"Speaker Impedance" in op "4 ohms" voor "Speaker Setup" in de sectie Initial Setup ( p80). Wanneer u "Speaker Impedance" in het menu Setup instelt, drukt u op
op de afstandsbediening en stelt u "2.Speaker"- "Conguration" - "Speaker Impedance" ( p68) in op "4 ohms".
De luidsprekerkabels verbinden
1/2˝
(12 mm)
Maak een correcte verbinding tussen de aansluitingen van het toestel en de luidsprekeraansluitingen (+ zijde naar + zijde, en - zijde naar - zijde) voor elk kanaal. Als
de verbinding verkeerd is, kan een basgeluid misschien niet correct worden weergegeven als gevolg van een verwisselde fase. Draai de draden van de punt van de
luidsprekerkabel samen zodat de draden niet uit de luidsprekeraansluitingen steken tijdens het aansluiten. Als de blootgelegde draden het achterpaneel raken of als de
+ en – draden elkaar raken, dan kan er een storing optreden.