Operation Manual

Stoelen, veiligheidssystemen 61
De kans op hoofdletsel bij een zijde‐
lingse aanrijding wordt aanzienlijk
verminderd.
9 Waarschuwing
Lichaamsdelen of voorwerpen uit
het werkingsgebied van de airbag
houden.
De haken aan de handgrepen van
het dakframe zijn alleen geschikt
om lichte kledingstukken, zonder
kleerhangers, aan op te hangen.
Geen voorwerpen in de kleding‐
stukken bewaren.
Stoelbezettingsherkenning
Herkenbaar aan het etiket onder op
de passagiersstoel en controlelamp
y, die na het inschakelen van het
contact ca. 4 seconden lang brandt.
Het systeem voor stoelbezettingsher‐
kenning schakelt de frontale en zijde‐
lingse airbags voorin uit, als de pas‐
sagiersstoel niet bezet is of als er op
deze stoel een Opel-kinderveilig‐
heidssysteem met transponders ge‐
monteerd is. De hoofdairbags blijven
geactiveerd.
9 Gevaar
Op de passagiersstoel mogen uit‐
sluitend Opel-kinderveiligheids‐
systemen met transponders wor‐
den gemonteerd. Bij gebruik van
systemen zonder transponders
bestaat levensgevaar.
Controlelamp 3 96.
Let op
Personen lichter dan 35 kg alleen
achterin vervoeren.
Geen zware voorwerpen op de pas‐
sagiersstoel leggen. Anders gaat de
stoelbezettingsherkenning er ten
onrechte van uit dat de stoel bezet is
en worden de airbags aan de pas‐
sagierskant niet gedeactiveerd.
Geen stoelhoezen of extra kussens
op de passagiersstoel gebruiken.
Let op
Bij de Astra TwinTop kunnen er sto‐
ringen optreden in de ontvangst van
bepaalde frequenties op de midden‐
golf, als het dak openstaat en de
passagiersstoel voorin niet bezet is.