Operation Manual

NL-56
Problemen oplossen
Raadpleeg de onderstaande lijst met symptomen en maatregelen voordat u
de projector verzendt voor reparatie. Neem contact op met uw lokale
verdeler of met een onderhoudsdienst als het probleem zich blijft voordoen.
Raadpleeg ook "LED-indicatorberichten" as well.
Starten
Als er geen lampen worden ingeschakeld:
Controleer of de voedingskabel stevig is aangesloten op de projector en
op een stopcontact.
Druk opnieuw op de voedingsknop.
Koppel de voedingskabel los, wacht even, sluit de kabel opnieuw aan en
druk opnieuw op de voedingsknop.
Beeld
Als de zoekbron wordt weergegeven:
Druk op SOURCE op de projector of op Source op de
afstandsbediening om een actieve invoerbron te selecteren.
Controleer of de externe bron is ingeschakeld en aangesloten.
Voor een computeraansluiting, moet u controleren of de externe
videopoort van uw notebook is ingeschakeld. Raadpleeg de
computerhandleiding.
Als het beeld niet is scherpgesteld:
Stel de scherpstelring af terwijl het OSD-menu wordt weergegeven. (De
beeldgrootte mag niet veranderen. Als dat toch het geval is, bent u bezig
met zoomen en niet met scherpstellen.)
Controleer de projectielens om te zien of de lens moet worden
schoongemaakt.
Als het beeld flikkert of onstabiel is voor een computeraansluiting:
Druk op “Menu”, ga naar BEELD > GEAVANC. > Signaal en pas Fase
of Frequentie aan.
Afstandsbediening
Als de afstandsbediening niet werkt:
Controleer of er niets de ontvanger van de afstandsbediening op de
voorkant van de projector blokkeert. Gebruik de afstandsbediening
binnen het effectieve bereik.
Richt de afstandsbediening naar het scherm of naar de voorkant van de
projector.
Verplaats de afstandsbediening zodat deze zich meer direct voor de
projector bevindt en niet teveel opzij.