Operating Instructions

34
Veiligheidsmaatregelen
2-2. Werkzaamheden
Voordat er begonnen wordt met werk aan
systemen met brandbare koelmiddelen
zijn er veiligheidscontroles nodig om het
risico op ontbranding te minimaliseren.
Voor reparaties aan het koelsysteem
moeten de voorzorgsmaatregelen in #2-2
tot #2-8 worden opgevolgd, voordat het
werk aan het systeem wordt uitgevoerd.
Werk moet volgens een gecontroleerde
procedure worden uitgevoerd om het
risico te minimaliseren dat een brandbaar
gas of damp aanwezig is terwijl het werk
wordt uitgevoerd.
Alle onderhoudspersoneel en anderen
die in de buurt werken, moeten worden
ingelicht over de aard van het werk dat
wordt uitgevoerd en er moet toezicht
worden gehouden.
Vermijd het werken in beperkte ruimten.
Zorg er altijd voor dat er minimaal
2 meter veiligheidsruimte is vanaf de
apparatuur of een vrije ruimte met een
straal van tenminste 2 meter.
Draag de juiste beschermingsmiddelen
inclusief ademhalingsbescherming als de
omstandigheden dit vereisen.
Houd alle ontstekingsbronnen en hete
metalen oppervlakken uit de buurt.
2-3. Controle op de aanwezigheid van
koelmiddel
De ruimte moet voor en tijdens het werk
worden gecontroleerd met een geschikte
detector voor koelmiddel om ervoor te
zorgen dat de monteur op de hoogte is
van een mogelijk brandbare atmosfeer.
Zorg ervoor dat de gebruikte
detectieapparatuur voor lekkages
geschikt is voor gebruik met brandbare
koelmiddelen, d.w.z. vonkvrij, goed
afgedicht of intrinsiek veilig.
Als er lekkage is opgetreden, moet de
ruimte onmiddellijk worden geventileerd
en moet u aan de kant blijven waar de
wind vandaan komt en uit de buurt van
de lekkage.
Als er lekkage is opgetreden, moet
u personen waarschuwen die zich
bevinden aan de kant waar de wind
naartoe gaat, het gevaarlijke gebied
onmiddellijk afzetten en onbevoegd
personeel uit de buurt houden.
2-4. Aanwezigheid van een
brandblusser
Als er werk aan de koelapparatuur of
bijbehorende onderdelen moet worden
uitgevoerd waarbij warmte vrijkomt, moet
er direct geschikt brandblusmateriaal
beschikbaar zijn.
Er moet een poeder- of CO
2
-brandblusser
aanwezig zijn in het gebied waar gevuld
wordt.
2-5. Geen ontstekingsbronnen
Iemand die werk uitvoert aan een
koelsysteem waarbij leidingwerk
betrokken is dat brandbaar koelmiddel
bevat of heeft bevat, mag niet op een
zodanige manier ontstekingsbronnen
gebruiken dat dit kan leiden tot risico's
op brand of explosie. Bij het uitvoeren
van zulke werkzaamheden mag niet
gerookt worden.
Alle mogelijke ontstekingsbronnen,
inclusief roken, moeten voldoende ver
weg blijven van de plaats van installatie,
reparatie of verwijdering zolang er
brandbaar koelmiddel kan ontsnappen
naar de omliggende ruimte.
Voordat het werk plaatsvindt, moet
de ruimte rond de apparatuur worden
onderzocht om zeker te zijn dat er geen
brandgevaar of ontstekingsrisico's zijn.
Er moeten "Niet roken"-borden worden
geplaatst.
2-6. Geventileerde ruimte
Zorg ervoor dat het gebied in de open
lucht is of dat het voldoende geventileerd
wordt voordat u het systeem openmaakt
of werk uitvoert waarbij warmte vrijkomt.
Tijdens de periode dat het werk wordt
uitgevoerd, moet voortdurend in zekere
mate geventileerd worden.
De ventilatie moet eventueel
vrijgekomen koelmiddel veilig
verspreiden en bij voorkeur het naar
buiten afvoeren in de buitenlucht.